Prisma vzw: Het Neutraliteitsdebat wederom ontspoord

Wie na de beschamende opvoering van Karin Heremans in 2009 en het algemeen hoofddoekenverbod dat daaruit volgde in het Gemeenschapsonderwijs (GO!) dacht dat wij hiermee het dieptepunt in Het Vlaamse Neutraliteitsdebat hebben gehad, moet wederom teleurgesteld worden.
Prisma vzw: Het Neutraliteitsdebat wederom ontspoord
 

Wie na de beschamende opvoering van Karin Heremans in 2009 - door de Antwerpse Sp.a gebombardeerd tot de Jean d’Arc van het hoofddoekendebat - en het algemeen hoofddoekenverbod dat daaruit volgde in het Gemeenschapsonderwijs (GO!) dacht dat wij hiermee het dieptepunt in Het Vlaamse Neutraliteitsdebat hebben gehad, moet wederom teleurgesteld worden.

Sinds enkele weken zijn de Mechelse moslimgemeenschappen bekommerd om de evolutie in het Vlaamse Neutraliteitsdebat. Het diversiteits- en integratiecentrum Prisma vzw heeft namelijk voor haar personeelsleden een verbod uitgevaardigd om een andere taal dan het Nederlands te gebruiken, en van hun contractuele werkonderbreking gebruik te maken om hun religieuze verplichtingen te vervullen. De laatste maatregel werd vooral ingevoerd voor een tweetal islamitische medewerkers die reeds meer dan 10 jaar gebruik maakten van de kelderruimte om hun gebeden te verrichten.

De Mechelse Moskeeëngroep, Rojm, V.e.M. en nog andere middenveldorganisaties uit Vlaanderen hebben prompt gereageerd met het opzeggen van alle samenwerkingen met Prisma vzw en tevens trekken zij zich terug uit alle overlegplatformen waar deze organisatie aan deelneemt. Ook werd een officiële kennisgeving t.a.v. het Extern Verzelfstandigd Agentschap (E.V.A.) verstuurd door het Platform van Moslimorganisaties (PMO).

Radicale invulling van het neutraliteitsprincipe

Deze radicale invulling van het neutraliteitsprincipe, zoals we hier zien, is behept met een onvervalste islamofobie. Het radicalisme bestaat in dit geval uit het doortrekken van het neutraliteitsprincipe naar alle facetten van de maatschappij, waarmee wij de geldigheid ervan - zelfs in radicale vorm - bij de overheid op volgende wijze onderschrijven:

"Het doortrekken van het administratieve neutraliteitsprincipe naar alle facetten van de maatschappij moet ten stelligste een halt toegeroepen worden, zeker door moslims die enig belang hechten aan de verdragsrechtelijke en grondwettelijke vrijheden, m.n. de godsdienstvrijheid en het vrije gebruik van de eigen talen. Er is m.a.w. nood aan een werkelijk maatschappelijk debat, behept met alle instrumenten die een eerlijke afhandeling garanderen, en dat gevoerd moet worden door alle betrokken actoren van goede wil."

De gematigde secularisten beschouwen het neutraliteitsprincipe als een garantie op gelijkberechtiging, waarbij de burger een 'onweerlegbaar vermoeden' mag uitspelen tegen de uiterlijk niet-neutrale loketambtenaar. Men heeft het hier met andere woorden over de schijn van partijdigheid. Op basis van dit ‘recht’ heeft de huidige Antwerpse Burgemeester, Bart De Wever (N-VA), zich laten verleiden om zelfs openlijke homoseksualiteit achter de loketten te weren. Het radicalisme van het GO! en Prisma vzw bestaat er echter in om het neutraliteitsprincipe van de overheid door te trekken naar de schoolbanken én de werkvloer. Het kan ons eigenlijk niet schelen welk trauma de linkse kerk heeft overgehouden aan de jarenlange kerkelijke onderdrukking, maar op deze wijze ageren tegen andere religieuze minderheden zal altijd een brug te ver zijn!

Denkbeeldig teken van verzet

De directie van Prisma vzw kadert deze schendingen in een ruimere denkoefening, waarin ze zogenaamd nadenkt over de totstandkoming van een professioneel werkkader dat ruimte biedt aan een respectvolle co-existentie van alle erkende levensbeschouwingen! Ondanks het doorprikken van deze kwaadwillige houding blijft Prisma vzw bij hoog en bij laag beweren dat ze alle erkende levensbeschouwingen de plaats wil geven die ze verdienen. Volgens Prisma vzw hebben burgers in een democratische samenleving het recht om hun leven te oriënteren vanuit een specifieke levensbeschouwelijke overtuiging, maar is er ook het principe van de scheiding tussen Kerk en Staat dat als basisprincipe van onze moderne samenleving ten allen tijde primeert. Ze bekijken dus intern op welke manier ze deze democratische fundamenten kunnen toepassen en welke grondrechten hiervoor moeten wijken!

Uiteraard heeft dit non-argument niets te maken met deze maatregel. In deze discussie wordt echter een denkbeeldig teken van verzet gezien: verzet tegen de Westerse waarden en cultuur, verzet tegen al wat ‘goed’, ‘rechtvaardig’ en ‘normaal’ is. Dáár knelt het schoentje: een deel van onze ruimdenkende integratiesector is helaas doordrenkt met absurde xenofobe en islamofobe normalisaties!

Het is duidelijk dat deze ingrepen op sofistische wijze worden toegespeeld aan de noodzaak om tot neutraliteit te komen, waarbij het exclusieve gebruik van het Nederlands en het weren van élke religieuze praktijk als noodzakelijke voorwaarden worden opgelegd! Dat Prisma vzw met grote woorden als "democratische fundamenten" zwaait, getuigt alleen maar dat ze in hetzelfde bedje ziek zijn als de islamofoben die vinden dat moslims en Europa niet compatibel zijn met elkaar.

Dergelijke drastische maatregelen invoeren, door valselijk gebruik te maken van “neutraliteit op de werkvloer”, getuigt vooral van ernstige tekortkomingen bij een organisatie die zich divers durft te noemen én actief is in de integratiesector!

Een ontspoorde integratiesector

Racisme en islamofobie zijn de laatste twee decennia zodanig ingeburgerd dat we het zelfs niet meer zien. Het is onderdeel geworden van onze collectieve denkbeelden. Men mag dan vanuit de linkerzijde op selectieve wijze verontwaardigd reageren op de relativiteitstheorie van Liesbeth Homans (N-VA), maar bij de socialisten kan men het zo te zien ook goed bruin bakken. De affaire deze week met de speculaas en de apencartoon tijdens het bezoek van Obama heeft het nog maar eens pijnlijk aangetoond. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat de integratiesector er ook mee besmet geraakt. Hoe vaak hebben wij in diezelfde integratiesector niet gehoord: "Ach, het zijn die kut-Marokkanen die zo moeilijk doen. Laten wij gewoon werken met andere minderheden"’, of dooddoeners zoals: "Wij kunnen dit niet toelaten want die "extremisten" zetten andere moslims onder druk". Dit schijnargument steekt telkens de kop op wanneer deze radicalen geen zinnige argumenten meer kunnen bedenken tegen té assertieve moslims. Het zou mij dus niet verwonderen mocht dit argument in dit specifiek geval ook worden gebruikt.

Laat ons hiermee duidelijk maken dat deze lokale ontsporing geen geïsoleerd geval is, maar volledig past in de algemene ontsporing door toedoen van een onderstroom die zich geen houding weet te nemen tegenover een nieuwe moslimgeneratie. Een generatie die zich assertiever gedraagt en terecht beroep doet op de civiele rechten én plichten om actief deel te nemen aan het opbouwen van een pluralistische en democratische samenleving. Wat wel merkwaardig is, is dat deze ontsporing zich nu voordoet binnen een deel van de integratiesector... traditioneel een links bastion!
Zou het kunnen dat het linkse middenveld de bocht van 180°, zoals ingezet door de Sp.a na de electorale afstraffing in Antwerpen, (nog) niet heeft gevolgd?

In dat geval kan ik alleen maar toejuichen hoe de PVDA ook de komende verkiezingen een kaper op de kust zal blijken te zijn.

We zijn in ieder geval "onder de indruk" van het gebrek aan diversiteit binnen de leiding en het bestuur van deze organisaties. Hoe geloofwaardig kunnen dergelijke integratiecentra nog over diversiteit spreken wanneer - na 50 jaar migratie! - de diversiteit nog altijd niet doorgedrongen is tot hun leidinggevende structuren. Wij doen er dus best aan om nét nu de rekening te presenteren aan alle boosdoeners in het maatschappelijk debat, links én rechts.
Evalueren van de integratiecentra

Minister Bourgeois kondigde eind 2012 een volledige herziening van deze integratiesector aan. Van de 30 VZW’s die op dat moment in de integratie actief waren in Vlaanderen, zullen er uiteindelijk maar 8 overblijven. Eén per provincie en één voor Antwerpen, Brussel en Gent. Misschien verklaart dit ook voor een deel de zenuwachtigheid binnen de leiding van deze integratiecentra.

Wij stellen ons de vraag of het niet beter zou zijn om stapsgewijs - om zo weinig mogelijk werknemers van de ene dag op de andere op straat te zetten - deze achterhaalde integratiecentra af te bouwen? Ondertussen bestaat de overgrote meerderheid van de zogenaamde doelgroepen uit een generatie die niet meer wenst te horen van integratie! Het zijn volwaardige burgers met grondwettelijke rechten en plichten.

Het is duidelijk dat een diepgaande evaluatie en uitgebreid onderzoek naar de werking van de integratiesector nodig is. Men kan niet voorbijgaan aan al de kritische geluiden die in verband met de werking van die sector te horen zijn. De minister van inburgering zou er alleszins eens moeten over nadenken of er geen andere formule, of een ander instrumentarium, kan uitgewerkt worden waarmee hij de behoeftige nieuwkomers nog kan helpen met inburgering.
Waarom behouden wij geen beperkte inburgeringcentra, die zich voornamelijk focussen op het begeleiden en inburgeren van nieuwkomers, en houden wij gewoon op met de kostelijke en opgeblazen lege dozen van de integratiefabrieken?

Integratie wordt maar al te vaak gereduceerd tot assimilatie, en de integratiesector is te lang een door blanke Vlamingen gedomineerd paternalistisch bolwerk geweest. Met veel goede bedoelingen en idealisme, maar met beperkt resultaat. Ondanks de inzet van heel wat middelen, is men er niet in geslaagd meetbare resultaten voor te leggen. Een van de redenen is dat de integratiesector nauwelijks aandacht heeft voor wat het grootste taboe is in de hele integratiediscussie: het racisme dat in Vlaanderen zeer reëel is en dat een rem vormt op de volwaardige participatie van alle minderheden.

Deze minderheden, ongeacht het nu gaat om de tweede, derde of komende generaties - ongeacht hun levensbeschouwelijke achtergrond! - zijn Europese burgers. Zij hebben, net als elke Europeaan, het recht om bij te dragen aan de Europese Cultuur. Dit onomkeerbare proces is een doorn in het oog van deze radicalen. De vurigheid en agressiviteit waarmee deze seculiere fundamentalisten het maatschappelijk debat naar zich toe willen trekken verdient geen enkel begrip vanuit de verschillende gemeenschappen in dit land. Wij zijn dan ook benieuwd welk standpunt andere integratiecentra, het Minderhedenforum, het overkoepelend Extern Verzelfstandigd Agentschap én de politieke partijen, in deze radicale wending zullen innemen.

Neutraal en selectief doof blijven is alvast geen optie meer...

 

Abdelhay Ben Abdellah, Chef Politiek De Andere Mening