Mensen zonder wettig verblijf, die tussen wettelijke statussen schipperen, ontwikkelen innovatieve manieren van politieke expressie.
Sinds het begin van deze eeuw hebben stedelijke wetenschappers geargumenteerd dat steden de sites bij uitstek zijn waar nieuwe politieke subjecten opduiken die het aanzicht van burgerschap drastisch veranderen. Door de intensivering van globalisering worden globale krachten als massamigratie tastbaar en voelbaar in steden. Groepen burgers die zonder wettig verblijf in deze steden verblijven, worden door de staat gecriminaliseerd, geïllegaliseerd en gereduceerd tot niet-burgers. Het controleren van ‘illegale migratie’ vind grotendeels weg van het publieke oog plaats in afgeschermde ruimtes zoals de immigratie-administratie, opvangplaatsen en gesloten centra. Maar steden zijn niet enkel vehikels voor de controle van migratie. Tegelijkertijd maken ze immers het strijdtoneel uit waarop niet-burgers hun ‘recht op rechten’ opeisen. De opkomst van activisme van mensen zonder wettig verblijf in steden in Europa en Noord-Amerika wordt vaak aangehaald als voorbeeld van dit fenomeen. Wat echter onduidelijk blijft, is hoe deze precaire actoren, die fundamenteel uitgesloten zijn van institutionele kanalen om hun eisen te laten weerklinken en die weinig tot geen toegang hebben tot materiële en immateriële hulpbronnen, politiek actief worden.
In dit artikel argumenteer ik dat stedelijke ‘tussenruimtes’, of de schemerruimtes tussen legaliteit en illegaliteit, zichtbaarheid en onzichtbaarheid en formaliteit en informaliteit, strategische kansen bieden voor ongedocumenteerd activisme. Deze tussenruimtes ontsnappen in belangrijke mate aan controle van de staat en representeren daarmee zones van ‘verwarde soevereiniteit’ van waaruit de opbouw van verzet mogelijk wordt. Ik ontwikkel hiertoe een theorie van ‘liminale politiek’ die focust op de ruimtelijke en symbolische praktijken waardoor mensen zonder wettig verblijf, die schipperen tussen wettelijke statussen, innovatieve manieren van politieke expressie ontwikkelen. Liminaliteit verwijst in deze context naar het werk van antropoloog Victor Turner, die de term inriep om het tussenstadium aan te wijzen dat pre-adolescenten in Zambia doorlopen tijdens overgangsrituelen vooraleer ze aanzien worden als volwassen lid van de gemeenschap. Mensen zonder wettig verblijf bevinden zich op gelijkaardige wijze in een tussenstadium, maar hun doorgang tot volwaardig burgerschap wordt doelbewust geblokkeerd door de staat. Ik beroep mij vervolgens op het werk van Jacques Rancière om te stellen dat het heen en weer gaan tussen publieke zichtbaarheid en relatieve onzichtbaarheid van staatsautoriteiten cruciaal is om aan ongedocumenteerd activisme te doen.
Het artikel baseert zich op jarenlang etnografisch onderzoek in de VS en in België. In Chicago onderzocht ik hoe jongeren zonder papieren, de zogenaamde ‘1.5 generatie’ die samen met hun ouders op irreguliere wijze de grens overstaken, hun meervoudige identiteit als student en Amerikaans burger uitspeelden in hun zoektocht naar erkenning. In Brussel volgde ik het traject van de sans-papiers die hun identiteit als precaire arbeiders benadrukten om hun roep om solidariteit kracht bij te zetten. Ondanks de verschillen tussen beide groepen, toon ik aan dat ongedocumenteerde activisten in beide cases de stedelijke ruimte strategisch gebruiken als ‘backstage’ en als ‘frontstage’ voor hun strijd om burgerschap. Aan de ene kant bouwen mensen zonder wettig verblijf met de hulp van hun bondgenoten ‘veilige ruimtes’ op waarin ze hun eigen (zelf-)verstaan kunnen (her-)denken en politieke scripts kunnen ontwikkelen. Aan de andere kant voeren ze deze scripts uit door de publieke ruimte eigen te maken tijdens protesten, marsen en acties van burgerlijke ongehoorzaamheid. Deze studie belicht op die manier het ruimtelijke, theatrale en performatieve karakter van opkomende vormen van stedelijk burgerschap. Bovendien toont deze paper aan dat precaire actoren zoals mensen zonder wettig verblijf geen willoze slachtoffers zijn, maar politieke innovators die er via hun creativiteit en vindingrijkheid in slagen om hun stem te laten horen en fundamentele principes van gelijkheid en democratie opnieuw onder de aandacht te brengen.
Thomas Swerts is een post-doctoraal onderzoeker aan het onderzoekscentrum voor Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASeS) van de Universiteit Antwerpen en geeft les in de Master in Immigration Studies aan de Université de Liège. Hij doet onderzoek naar politieke processen rond irreguliere migratie, stedelijke sociale bewegingen en nieuwe vormen van burgerschap.
Beeld: De Wereld Morgen