Antwerpen is Brussel niet

De VUB-studie (De Morgen 12 mei 2011) over jongeren in Brussel, blijft niet onbesproken en wordt uitgebreid becommentarieerd. Tom Naegels legt in zijn commentaar en betoog over de Brusselse jongeren (DM 13/5) heel eenzijdig de nadruk op het element antisemitisme (en negeert de andere elementen van het onderzoek). Hij verklaart dit antisemitisme door wat hij het meest voor de hand liggende argument noemt: “de verspreiding van een eeuwenoude racistische ideologie die wijdverspreid over de wereld voorkomt”. Het betoog van Tom Naegels zou ik typisch Antwerps en Westers noemen.
Tom Naegels projecteert de Antwerpse situatie op Brussel en negeert de recente geschiedenis De VUB-studie (De Morgen 12 mei 2011) over jongeren in Brussel, blijft niet onbesproken en wordt uitgebreid becommentarieerd.
 
Tom Naegels legt in zijn commentaar en betoog over de Brusselse jongeren (DM 13/5)  heel eenzijdig de nadruk op het element antisemitisme (en negeert de andere elementen van het onderzoek).
 
Hij verklaart dit antisemitisme door wat hij het meest voor de hand liggende argument noemt: “de verspreiding van een eeuwenoude racistische ideologie die wijdverspreid over de wereld voorkomt”.
 
Het betoog van Tom Naegels zou ik typisch Antwerps en Westers noemen.
 
 
Brussel is Antwerpen niet De Morgen publiceert in haar editie van heden vrijdag 13 mei, o.a. een interview met de gesluierde Marokkaanse studente fotografie Hajir Aziz, geboren uit Marokkaanse ouders in Vorst.
 
Zij haalt terecht de segregatie in het onderwijs aan met het bestaan van elitescholen voor Belgische leerlingen; de problematische sociaal-economische situatie en het terugplooien op zichzelf in de wijken.
 
Over het antisemitisme zegt ze en ik citeer: “Ook kan ik me geen problemen herinneren tussen de Joodse en de moslimgemeenschap in Brussel. Bij manifestaties tegen Israël zie je ook vaak Joden die meelopen. Racisme en antisemitisme, het zijn zware woorden die soms te snel gebruikt worden”.
 
En daar raakt ze een punt aan dat fundamenteel is in deze discussie: Brussel is Antwerpen niet en dus is de Brussels-Joodse gemeenschap op veel vlakken verschillend van de Antwerps-Joodse gemeenschap niet. Deze laatste is met name veel meer opgesloten in zichzelf, conservatiever en orthodoxer dan de Brussel-Joodse gemeenschap waarvan geweten is dat ze veel liberaler en opener is naar de Belgische samenleving toe.
 
De Brussels-Joodse gemeenschap is groter dan de Antwerpse maar onzichtbaar in het straatbeeld. Een opvallende vaststelling.
 
Dat maakt dat de Brussels-Joodse gemeenschap veel kritischer staat tegenover Israël dan de Antwerpse; ook dat is bekend. Toen het Israëlische leger begin de jaren 80 Libanon binnenviel en ik student was aan de VUB, protesteerden een grote groep professoren van VUB/ULB tegen de oorlogsmisdaden van de Joodse staat in het Palestijnse kamp van Sabra & Shatila.
 
In Antwerpen bleef het oorverdovend stil.
 
De verhouding tussen moslims en joden in Brussel, is dan ook veel minder gespannen dan in Antwerpen. En de Marokkaanse studente stelt terecht zich geen problemen te kunnen herinneren tussen Brusselse jongeren en de Joodse gemeenschap.
 
Mag ik Tom Naegels er op wijzen hoe belangrijk de geschiedenis is voor het verklaren van de huidige situatie ? Burgemeester Patrick Janssens van Antwerpen, zag zich eind 2007 (en dus na ruim 60 jaar), genoodzaakt zijn excuses aan te bieden voor de rol van de Antwerpse politie in de deportatie van duizenden Antwerpse joden naar de Duitse concentratiekampen. (Studie Cegesoma in opdracht van de Belgische senaat 2007 – www.cegesoma.be).
 
In Brussel weigerde het stadsbestuur mee te werken aan de Jodenvervolging tijdens WOII.
 
De schaduw van de Tweede Wereldoorlog hangt nog steeds over Antwerpen in die zin dat de Joodse gemeenschap zich sindsdien heeft opgesloten in zichzelf; in Brussel is dat nooit het geval geweest. Dat is belangrijk voor het begrip van de situatie in de 2 steden.
 
Steeds weer probeert men de Antwerpse problemen op Brussel te projecteren, maar dat is niet correct. Brussel is Antwerpen niet en gelukkig maar.
 
 
Al Andalus: het samenleven tussen moslims & joden  Zo mogelijks nog korter door de bocht, vind ik zijn redenering over het gegeven als zou het antisemitisme  en ik citeer “een eeuwenoude racistische ideologie zijn die wijdverspreid over de wereld voorkomt”.
 
Dat is typisch westers denken.
 
Marokkaanse, Turkse en andere Belgen met Arabische roots, stellen terecht dat het antisemitisme een hoofdzakelijk Europees en Westers probleem was (en misschien zelfs nog steeds is). Zij verwijzen verder terecht naar de tijd van Al Andalus, de glorietijd van de Arabische beschaving in het Spanje tussen de 8e en de 15e E N.C.
 
Symbool van de vermenging van culturen, draagt Andalusië tussen Cordoba en Granada in zich de herinnering van één van de meest geslaagde prototypes van het samenleven van verschillende gemeenschappen in Europa. Vertrouwen, respect en tolerantie vormden de basis voor het samenleven van verschillende culturen en er was samenhang was tussen christenen, joden en moslims.  Elk kon zijn eigen identiteit bewaren en de cultuur van onderwijs & wetenschap kreeg een centrale & dominerende rol toebedeeld: enkel zij kunnen immers de creativiteit en inventiviteit leveren om de toekomst gezamenlijk vorm te geven.
 
Velen hebben zich verdiept in de geschiedenis van dit deel van Europa na de glorieuze periode van de Arabische wetenschap op het Iberische schiereiland. Ik raad Tom Naegels aan hetzelfde te doen en zijn mening bij te stellen (www.ellegadoandalusi.es).
 
De Marokkaanse student Houssein Bouhassan – geboren uit een Italiaanse moeder en een Marokkaanse vader  – stelt terecht dat antisemitisme niet hetzelfde is als antizionisme. Dat is een terechte opmerking in het licht van het Israelisch-Palestijnse conflict en ik ben ervan oertuigd dat veel leden van de Joodse gemeenschap in Brussel, antizionisten zijn.
 
Terloops gezegd, gemengde huwelijken zoals dat tussen de vader van Houssein Bouhassan en zijn Italiaanse moeder, zijn in Brussel schering en inslag en veel verder doorgedrongen dan in Antwerpen. Ook dat is een niet onbelangrijk element in het samenleven van diverse gemeenschappen.
 
En ook dat “detail” is in de VUB-studie op geen enkele manier aan bod gekomen.
 
Tot slot Tom Naegels projecteert de Antwerpse situatie zomaar op Brussel en gaat voorbij aan het gegeven dat het antisemitisme hoofdzakelijk een Westers en de voorbije 200 jaar, ja zelfs hoofdzakelijk een Europees probleem was.
 
De VUB-studie gaat net als Tom Naegels, voorbij aan de essentiële gevoeligheden in Brussel: ze bekijkt alles vanuit een Vlaamse bril (de studie is enkel uitgevoerd in de 32 Nederlandstalige Brusselse scholen), ze houdt dus geen rekening met de spanningen tussen Brussel en de Vlaamse rand, ze bekijkt op geen enkel moment de verhouding tussen de Brusselse jongeren en de Franstaligen en ze miskent de rol van de Brussels-Joodse gemeenschap in de pacificatie tussen de gemeenschappen; het garanderen van het samenleven in het licht van het Israelisch-Palestijnse conflict.
 
Brusselse jongeren zijn wereldser en staan dichter bij de Joodse gemeenschap - en ook omgekeerd - dan men voor mogelijk houdt. Het gevaar voor  de Brusselse jongeren zit in de gespannen verhouding met Vlaanderen en dat miskennen de VUB-onderzoekers compleet in hun onderzoek.
 
Natuurlijk, de integratie is een hobbelig verhaal van ups & downs en niets gaat vanzelf. Een optimistische noot in de conclusies van de VUB-studie, is dan ook zeker gerechtvaardigd, m.b.t. Brussel welteverstaan.