De crisis uitgelegd, nu ook voor gewone mensen

“Communist schrijft bestseller”, kopte De Standaard van 21 januari bijna verbouwereerd. In tegenstelling tot de gemiddelde journalist laat de lezer zich echter minder uit het lood slaan door de linkse signatuur van Hoe durven ze?, het nieuwe boek van PVDA-voorzitter Peter Mertens.
De crisis uitgelegd, nu ook voor gewone mensen

een leesbare en tegelijkertijd diepgaande analyse van de Europese crisis

 

“Communist schrijft bestseller”, kopte De Standaard van 21 januari bijna verbouwereerd. In tegenstelling tot de gemiddelde journalist laat de lezer zich echter minder uit het lood slaan door de linkse signatuur van Hoe durven ze?, het nieuwe boek van PVDA-voorzitter Peter Mertens. Integendeel, een kleine maand nadat De Standaard erover berichtte prijkt het zelfs helemaal bovenaan de top tien van de best verkopende non-fictie in Vlaanderen. En dat hoeft niet te verbazen.

Samen met zijn studiedienst is Peter Mertens er immers in geslaagd een gemakkelijk leesbare en tegelijkertijd diepgaande analyse te maken van de Europese crisis. En daarmee heeft hij een gat in de markt gevonden. Want hoewel de crisis in onze media dagelijks uitvoerig aan bod komt, blijft het voor mensen zonder economie-diploma vaak moeilijk om te begrijpen wat er precies aan de hand is in Griekenland, hoe het zit met de bankencrisis en met onze pensioenen, of wie er nu eigenlijk de plak zwaait in Europa. In Hoe durven ze? wordt het allemaal van naaldje tot draadje uitgelegd, en zowaar in gewone mensentaal.
En ja, het is een links boek. Mertens aarzelt dus niet om te onderstrepen dat de sterkste schouders de zwaarste last moeten dragen en hij geeft de banken en de multinationals er flink van langs. Maar dankzij het gedegen onderzoekswerk van de PVDA-studiedienst is het allesbehalve een gratuit links pamflet geworden. Integendeel, ook voor wie een andere politieke overtuiging heeft is het een goed gedocumenteerd naslagwerk.

Op het eerste gezicht bulkt het boek vooral van weinig opbeurende informatie over de crisis. Zo leert het bijvoorbeeld dat Duitsland haar economie mede draaiende weet te houden dankzij de 1,4 miljoen working poor. Dit zijn mensen die wel een job (of twee) hebben maar desondanks toch in armoede leven. Even daarvoor beschrijft Mertens dan weer de lotgevallen van Dexia. Voor wie door de bomen het bos niet meer ziet: vijftien jaar geleden deed onze (toen rooms-rode) regering het Gemeentekrediet van de hand voor 750 miljoen euro. Samen met Crédit Locale de France doopte men de nieuwe bank Dexia. Dat betekende het einde van het voorzichtig bankieren, met alle treurige gevolgen vandien. In 2011 spendeerde onze staat dan ook maar liefst vier miljard euro aan de aankoop van Dexia Bank, 800 miljoen aan de vereffening van de gemeentelijke holding en meer dan drie miljard aan verliezen bij de gemeenten. En nog eentje om het af te leren: grote winstgevende bedrijven als Solvay of Exxon Mobil betalen gemiddeld 1,04% belastingen in plaats van het wettelijke tarief van 33,99%. Volgens Peter Mertens verliest de staat daarmee bijna negen miljard aan inkomsten. Samen met de bijna acht miljard voor Dexia komen we aan een som waarmee we al een aardig deel van onze pensioenen zouden kunnen betalen.

Niet min. Maar wie de moeite neemt om het boek van A tot Z te lezen merkt dat Mertens veel meer doet dan een willekeurige opsomming maken van wetenswaardigheden rond de Europese economische crisis. Hij stoot namelijk door tot de wortels van de problematiek. Beginnend bij de Belgische situatie brengt het boek ons naar Europa om vervolgens te onderzoeken welke ideologieën de grondslag vormen van de huidige crisis. Ayn Rands neoliberale bijbel Atlas Shrugged wordt uitvoerig besproken, net als de ideeën van Theodore Dalrymple en Edmund Burke. Vervolgens wijdt hij een hoofdstuk aan de band tussen de crisis en het oprukkende nationalisme om ten slotte in een algemeen beschouwend deel na te gaan hoe het socialisme een antwoord kan bieden op de volgens Mertens volledig vastgelopen toestand. Het neoliberale gedachtegoed met zijn blinde geloof in de vrije markt heeft volgens de PVDA-voorzitter immers niet alleen geleid tot een verziekte situatie waarbij de burger opdraait voor de schulden van de privésector, terwijl de winsten van die sector alsmaar meer geprivatiseerd worden. We geraken er ook alleen maar uit door het stuur radicaal om te gooien: Mertens wilt een écht debat met echte politieke tegenstellingen en een échte democratie met inspraak van alle lagen van de bevolking. Het hoeft niet te verbazen dat hij daaraan toevoegt dat de PVDA de sleutel hiervoor in handen heeft. Maar ook wie daar niet in meegaat zal moeten toegeven dat Hoe durven ze? een verfrissende en informatieve afwisseling biedt op het bij wijlen erg steriel debat in de media en de politiek.

En de minpunten? Het boek had wellicht iets minder militant geschreven mogen zijn. Zinnen als “Tjonge jonge toch.” (p.63) of “Wat een hypocrisie.” (p.68) zijn niet nodig om te begrijpen dat er iets verkeerd loopt. Mertens gaat hier en daar ook wat te kort door de bocht. Zo is zijn historische analyse van het Vlaams nationalisme zeker accuraat. Maar beweren dat de crisis noodzakelijk leidt tot het nationalisme dat vandaag bij ons aan kracht wint, is niet helemaal correct te noemen. Niet alleen is het nationalisme een complex fenomeen dat ouder is dan het kapitalisme, er zijn ook verschillende soorten gemeenschapsvormende verhalen denkbaar die helemaal niet zo kwalijk hoeven te zijn als de rechtse en mensonterende doctrines die hij beschrijft. Je zou zelfs kunnen zeggen dat linkse partijen de fout hebben begaan om nationalistische projecten te laten kapen door rechts. Impliciet geeft Mertens hier al een eerste aanzet toe door zichzelf in te schrijven in de Vlaamse tradities van Tijl Uilenspiegel of Edouard Pilaet, maar de vraag blijft waarom de PVDA de kans laat liggen om aartsvijand N-VA te bekampen met een heel ander, inclusief gemeenschapsvormend verhaal. Een nationalisme met andere woorden, dat alle inwoners van ons land deel laat uitmaken van de samenleving, in plaats van enkel de Nederlandstaligen, de blanke tweeverdieners, of de hoger opgeleiden.

Dat daar gelaten is Hoe durven ze? zonder meer een aanrader. In het voorwoord klaagt auteur Dimitri Verhulst het feit aan dat de PVDA nog vaak uit publieke debatten geweerd wordt. Misschien kan dit boek voor een eerste echte ommekeer zorgen.

 

Recensie Hoe durven ze? De euro, de crisis en de grote hold-up van Peter Mertens (Uitgeverij EPO)
Door Ciska Hoet
 

 

Hoe durven ze? - ON TOUR