De theorie van de rijke weldoener – de visie van Bracke en consorten – is deze week definitief naar het rijk der verzinsels verwezen. 25 biljoen privaat kapitaal staat fijn geparkeerd buiten de greep van samenlevingen die kreunen onder de toenemende verarming van grote delen van hun bevolking.
Superrijken hebben 25 biljoen Euro netjes uit de buurt van hun fiscus geplaatst in belastingparadijzen de wereld rond. Dat nieuws is echt wel nieuws, en er heerst gejubel op alle banken onder journalisten – men spreekt in gedreven lyriek van een historisch hoogtepunt in de onderzoeksjournalistiek.
Op de lijst die deze week werd vrijgegeven staan honderden Belgen. De Morgen, verwijzend naar le Soir, weet te melden:
“Het zou gaan om verschillende Antwerpse diamantairs van Indiase origine, fiscale raadgevers uit alle delen van het land, bankkaderleden die een rekening openden voor hun klant en verschillende particulieren uit Antwerpen, Brussel, Ukkel, Waterloo en Dinant.”
En de studiedienst van de PVDA geeft namen van Belgen die een offshore-constructie hebben opgezet in Panama. we vinden er de usual suspects de Spoelbergh (AB InBev), Bekaert, Saverys, en De Nul van de gelijknamige bedrijven, geflankeerd door flinke jongens zoals George Forrest. De namen zijn bekend.
Het is een spectaculair feit, maar geen uitzonderlijk feit. Ik zet nog een paar recente voorvallen op een rijtje, gewoon omdat ze er zijn en omdat het geheugen van mensen zo kort is.
1. Op 1 februari meldt de Standaard bij monde van Marco Vanhees (de inmiddels mythische studiedienst van de PVDA) dat 20 grote bedrijven via de notionele belastingaftrek samen 2,38 miljard Euro belastingen hebben vermeden.
2. Op 26 maart beslist het Antwerpse schepencollege tot een kwijtschelding van een boete van in totaal 52 miljoen Euro opgelegd aan een havenbedrijf uit Singapore en een uit Dubai.
3. Op 5 april meldt De Tijd dat de Bijzondere belastinginspectie een deal aan het voorbereiden is in een fiscaal fraudedossier in de Antwerpse diamantsector. Er is voor 3 miljard (!) gefraudeerd, en de BBI stelt 150 miljoen (!!) voor als boete. 80% van het gefraudeerde bedrag wordt kwijt gescholden. Als ik goed klan rekenen is dat ongeveer 2,8 miljard – precies het volume geld dat de regering in de begrotingscontrole van april 2013 extra moet besparen.
Die Antwerpse diamantairs, daarvan weten we dat ze op de lijst van de belastingparadijzen voorkomen. Vanwaar die bijzondere mildheid tegenover een beroepsgroep die het duidelijk niet te nauw neemt met het gegeven van een normale fiscaliteit?
Het antwoord wordt misschien gegeven door de Heer Jan Jambon, welbekend van de N-VA (en daarvoor van Bank Card Company, waar hij “de sleutelklanten” beheerde), die sinds december 2010 “informeel” blijkt samen te komen in de Antwerpse Diamantclub, vergezeld van jongeheer Schiltz (Open VLD) en Servais Verherstraeten (CD&V). Ik citeer even De Morgen van 21 december 2010:
“‘Zeggen dat de diamanthandel van groot belang is qua imago en economische impact voor Antwerpen en voor het land, is een open deur intrappen’, luidt de invitatie. ‘In de Diamantclub willen we politici samenbrengen die de waarden en de belangen van onze diamanthandel verdedigen.’”
Zo, deze politici verdedigen de waarden van de diamanthandel. De belangen van de diamantairs zijn overduidelijk, ja: kapitaal, maximale winst. Hun waarden eveneens: hebzucht, fraude, het behoud van fiscale, sociale en politieke privileges, lobbyen met de brute kracht van poen, zo weinig mogelijk bijdragen aan de samenleving wiens infrastructuur en middelen men wel graag gebruikt en zelfs opeist. Zo vraagt De Nul, plots geen Panamees bedrijf meer maar voluit Belgisch, een staatswaarborg voor een project met Gazprom – bekend als ethische ondernemers, nietwaar – op de Noordpool. Belastingbetaler, help ons winst te maken, anders breng je ‘de economie’ in gevaar. Wel wel wel.
Deze waarden worden dus verdedigd door het kransje politici onder leiding van meneer Jambon. Is het onnozel te veronderstellen dat deze politici die waarden dan delen? Er geen graten in zien dat de diamantairs er op los frauderen, dat de overheden in dit land – chronisch op zoek naar geld – omwille van “het imago van Antwerpen” oogjes dichtknijpen, reusachtige boetes kwijtschelden en absurde fiscale cadeaus uitdelen?
Het is om gek van te worden. Dezelfde politici die cadeau na cadeau geven aan wat men zeer accuraat als een graaicultuur kan omschrijven, zijn de herauten van de structurele besparingen, de loonstop, de flexibilisering van arbeid, de ‘activering’ van zij die van uitkeringen leven, de strenge aanpak van bijklussende steuntrekkers. Ze zijn de anti-armoede politici, of beter gezegd: ze zijn anti de armen. We weten pro wie ze zijn.
Ze zijn ook de kampioenen van de moraal. De partij van de Heer Jambon ziet Vlaanderen in de eerste plaats als een ‘ethische gemeenschap’, een gemeenschap die een reeks waarden deelt. Werklozen, allochtonen, hangjongeren, linkse kunstenaars en intellectuelen delen die waarden niet en worden dus bestendig met de vinger gewezen. De Wever beklaagt zich over het feit dat men vandaag de dag voor zowat alles naar de rechter trekt, bij gebrek aan een duidelijk kader van gedeelde waarden. Vlaanderen moet volgens hem – en, ik neem aan, dan ook volgens de Heer Jambon – terug een ‘warm nest’ worden waarin mensen om mekaar geven, mekaar steunen vanuit een spontane, organische solidariteit. We leven immers in hetzelfde huis, we zijn nu eenmaal ‘lotsverbonden’.
Vanuit die lotsverbondenheid moeten we ophouden met scherp te schieten op de rijken. Immers, zo wist die andere zedenmeester Siegfried Bracke, het slechtste dat armen kan overkomen is dat er geen rijken meer zouden zijn. De rijkdom van de rijken druppelt naar beneden. Hun rijkdom is, minstens deels, collectieve rijkdom waarvan we allemaal mee mogen snoepen. Bovendien scheppen ze werk en nemen ze enorme risico’s als ondernemers. En jawel hoor, ze betalen PAKKEN belastingen. Dus: zwijgen mensen. Rijken zijn OK.
Het wordt de hoogste tijd dat men dat gemoraliseer eens uitbreidt naar de rijken. De armen worden er zoals gezegd mee om de oren geslagen. En de rijken? Wel, daarvan zegt men dat ze ‘niets onwettig hebben gedaan’ wanneer ze een vennootschap in Panama oprichten. Hier moet plots de rechter oordelen. Over waarden zwijgen we hier zedig.
Welnu, akkoord. Laat ons erover zwijgen, over die stomme waarden. En laat ons naar de rechter trekken. Laat ons de fraudeurs keihard vervolgen, zowel de sloeber die naast z’n dop voor 25 Euro een dag gaat schilderen of behangen, als de diamantair die miljoenen aan fiscale fraude heeft overgehouden, als de havenbaas die z’n quota niet haalt en dus een contractuele boete moet betalen. Als een debat over waarden niet lukt, dan hanteren we de wet. Voor iedereen, en voor iedereen gelijk, zoals het in de Grondwet staat. Laat de Staat daarin investeren: in sterke forensische fraudeteams met accountants van het kaliber van Jan Jambon, gewend om met “sleutelklanten” te werken. Bouw een instrument dat de debatten over waarden overbodig maakt, want wet is wet en daarmee uit. Ik ben bereid om daarvoor belastingen te betalen, ik krijg ze gegarandeerd via andere wegen terug.
Vandaag laat Groen weten dat een nieuwe fiscale amnestie “fundamenteel oneerlijk” is tegenover de hardwerkende die netjes z’n taksen afdraagt. Slecht bezig jongens: hier zijn die idiote waarden weer. Eerlijk, oneerlijk? Wat kan het me schelen? Wettelijk of onwettelijk is een duidelijker criterium. Vervolgen tot het einde der tijden. Het zal ons “imago” misschien ten goede komen.
Want dat is de vraag nu. We kennen de feiten, we kennen de namen. Welke partij neemt nu een initiatief om hier nu eens voor eens en altijd komaf mee te maken? En daarbij niet zeurt over eerlijk of oneerlijk, maar sociale rechtvaardigheid – een waarde – afdwingt met de middelen die de Staat daarvoor heeft: de wetgeving en de rechtbank?
De theorie van de rijke weldoener – de visie van Bracke en consorten – is deze week definitief naar het rijk der verzinsels verwezen. 25 biljoen privaat kapitaal staat fijn geparkeerd buiten de greep van samenlevingen die kreunen onder de toenemende verarming van grote delen van hun bevolking.
Die samenlevingen worden onderhouden, voor zover het nog kan, door de gesalarieerde wiens inkomsten en consumptie belast worden. Kom dus niet meer af met dat idiote idee dat we rijken moeten verwennen omdat ze ons anders wel eens zouden kunnen verlaten. Wie belastingen betaalt is welkom; wie ze ontduikt steelt van mij, van U, van iedereen, en diefstal is een misdrijf.
Zoiets uitgelegd krijgen aan grote fraudeurs is, denk ik, snel voor mekaar. Welke politici doen het? Ik wacht vol ongeduld op aanmeldingen.