Zijn roman fungeert niet als een excuusbriefje of een vergoelijking. De schrijver schetst geen rooskleurig beeld, maar licht wel de sluier over een paar donkere kantjes van de huidige tijdsgeest.
Toen ik voor het eerst over Drarrie in de nacht, de tweede roman van Fikry El Azzouzi hoorde, was ik meteen getriggerd. Mijn jongste broer duidt namelijk (het mannelijke deel en de kern van) zijn zeer uitgebreide en internationale vriendenkring aan als de drarrie, soms ook de boys of de crew. De andere twee broers hebben geen koosnaampjes voor hun kliekje, maar die zijn dan ook iets ouder en ernstiger. Op straatwoordenboek.nl vinden we de term dreries terug en wordt het verklaard als vrienden. Over de betekenis zijn we het dus eens, over de schrijfwijze heerst er blijkbaar minder consensus.
In El Azzouzi’s roman zijn de drarrie Ayoub, Fouad, Maurice en Kevin/Karim, vier bevriende jongeren uit een fictief dorp in het Waasland. Ayoub, het hoofdpersonage kwamen we al tegen in de eerste roman van El Azzouzi, Het schapenfeest. Ayoub is opgegroeid tot een nukkige tiener en wil graag een groot schrijver worden. Zijn dagboek, waarin hij zijn indrukken en ervaringen neerpent, vormt de leidraad in dit verhaal. Fouad, zijn beste vriend wil dan weer graag bodybuilder worden. Hij fitnesst, let op zijn voeding en schuwt een anabolenkuurtje zo nu en dan niet.
Maurice is de zoon van een Belgische moeder en Ivoriaanse vader. Zijn moeder is al lang getrouwd met een Belgische man, maar Maurice verkiest het gezelschap van zijn vrienden boven het burgerlijke leventje thuis.
Karim tenslotte, die eigenlijk gewoon Kevin heet, is de zoon van een aan alcohol verslaafde moeder en een vader die zich nooit om zijn opvoeding heeft bekommerd. Karim heeft zich tot de islam bekeerd en slingert heen en weer tussen halfslachtige moslim en militante salafist, dat laatste tot ergernis van de drie anderen. Karim trouwt halverwege het boek met een vrouw die van Ayoub wanneer hij haar ontmoet meteen de bijnaam de zwarte weduwe krijgt. Deze vrouw wiens aangezicht ze nooit te zien krijgen, stoomt de jonge mannen klaar voor de heilige oorlog in Syrië.
In groep komt door een explosieve cocktail van emotionele verwaarlozing, puberale onzekerheden en een teveel aan testosteron een destructieve dynamiek tot stand en word je als lezer getuige van achtereenvolgens het intimideren van vrouwen op straat, diefstalletjes, geweldpleging, een carjacking en brandstichting. In een complexloos Nederlands doorspekt met termen als zehma, tfoe, chataar en tarnoun neemt de schrijver ons mee bij de nachtelijke escapades van de vier. Voor de slang analfabeet verwijzen we graag nog eens naar straatwoordenboek.nl voor meer duiding, een verklarende woordenlijst is namelijk niet opgenomen in het boek.
Met Drarrie in de nacht brengt El Azzouzi een roman van deze tijd. Hangjongeren en Syrië-strijders zijn een hot issue. In praatprogramma’s en journaalbulletins zijn jongeren die kiezen voor de jihad het onderwerp du jour en politici, sociologen en andere analytici schuiven aan om ons meer duidelijkheid over dit fenomeen te brengen. El Azzouzi draagt op geheel eigen wijze zijn steentje bij in dit debat. In zijn flitsende vertelstijl en op schijnbaar naïeve toon gunt hij ons een kijk in het hoofd en de beweegredenen van deze jongeren. Toch blijf je als lezer achter met een heleboel vragen en een knagend gevoel van onbehagen. Zijn roman fungeert niet als een excuusbriefje of een vergoelijking. De schrijver schetst geen rooskleurig beeld, maar licht wel de sluier over een paar donkere kantjes van de huidige tijdsgeest.
El Azzouzi sluit niet uit dat we Ayoub zien opdraven in een derde roman. Ik ben alvast zeer benieuwd hoe het hem en de drarrie verder vergaat in het leven.
Drarrie in de Nacht
Fikry El Azzouzi
Uitgeverij Vrijdag, 183 p.