Vluchtelingen in Duinkerke: de waarde van 1 paar schoenen

Tijdens een bedeling in Duinkerke op 24 oktober, werd ik aangesproken door een jongeman, Mourad. Hij is 32 en afkomstig uit Syrië. Hij vluchtte voor het geweld tussen het regeringsleger en de opstandelingen in Syrië, trok richting Europa en kwam zo in verschillende vluchtelingenkampen terecht.
Vluchtelingen in Duinkerke: de waarde van 1 paar schoen

Als de berichten kloppen, verblijven er ondertussen zo'n 1600 mensen in het kamp, dat is bijna een verdubbeling in amper drie weken tijd.

 

Tijdens een bedeling in Duinkerke op 24 oktober, werd ik aangesproken door een jongeman, Mourad. Hij is 32 en afkomstig uit Syrië. Hij vluchtte voor het geweld tussen het regeringsleger en de opstandelingen in Syrië, trok richting Europa en kwam zo in verschillende vluchtelingenkampen terecht. Hij liet er zijn hele leven achter in de hoop te kunnen overleven. Hij vertelt me dat hij onnoemelijk veel pijn heeft aan zijn voeten en vraagt me in gekunsteld Engels of we daarbij kunnen helpen. Hij draagt bottines maat 43, terwijl hij eigenlijk 44/45 nodig heeft. Ik haal een notitieboekje uit mijn achterzak en noteer zijn naam en schoenmaat. Ik beloof hem om, na het uitdelen van de voedselpakketten, terug te komen met schoenen. Zijn gebroken ogen kijken me nederig aan, zijn rechterhand legt hij op zijn hart en hij mompelt shukraan...

De waarde van 1 paar schoenen

 

Een eind verder zie ik een vrouw zitten in een 'shelter'. Het is te zeggen: 3 rechtstaande planken, de hoeken leunend tegen elkaar, overdekt met een zeil. In de opening kookt Ziba op een klein vuurtje, gemaakt van karton en geschilderd hout. De geur van het vuur snijdt mijn adem af. Alles, werkelijk alles wat kan branden, wordt effectief gebruikt zodat er kan 'gekookt' worden. Karton, defect speelgoed, resten stof van tenten/shelters, kapotte schoenen… Ziba loopt op zelfgemaakte slippers, vervaardigd uit houten plankjes met daarop maandverband. Een stukje koord moet alles bijeen houden. Ze kookt een handvol rijst en wat groenten bij elkaar voor haar gezin. Haar man slaapt nog, hij is moe daar hij de voorbije nacht opnieuw geen oog heeft dichtgedaan. ‘s Nachts dient hij te waken over hun weinige 'bezittingen'. Slaapzakken, dekens, gasflesjes, voedsel, kleren, schoenen: alles is er heel erg schaars en dus gegeerd. Wie toch iets heeft, mag zich gelukkig prijzen. En als je dat 'iets' kan behouden, mag je al heel erg gelukkig zijn.

Als ik Ziba vraag wat ze nog kunnen gebruiken, vraagt ze schoenen voor haar zoontje, Elyas. Zijn schoenen hangen bijeen met van die bruine brede tape. Terwijl ik dit noteer komt Elyas er bij, hij vraagt of er een bal in mijn rugzak zit, want hij wil graag 'Messi' worden. Een bal heb ik niet bij, maar ik beloof ook hem schoenen. Een zoveelste teleurstelling staat te lezen op het kindergezicht. Mijn hart breekt.

Na enkele uren kennismaken, ging ik terug naar de parkeerplaats waar we onze wagens parkeerden. Ik ging er op zoek naar mannenschoenen maat 44 en maat 45 die in de kofferbak lagen. Beide paar schoenen die ik vastnam, waren degelijke schoenen met een harde zool, 'oude nieuwe' zoals ik tweedehands spullen noem. Mijn oog viel ook nog op een dikke winterjas, die uit een grote blauwe plastieken zak piepte. Met deze voorwerpen op zak, trok ik opnieuw het kamp in op zoek naar Mourad. Hij was aan de praat met een oudere man. Toen hij me zag, wierp hij me een verrassende blik. Ik haalde beide paar schoenen uit en bood hem die aan. Hij deed zijn veel te kleine schoenen uit en hij liet zijn blote voeten in de nieuwe (oude) schoenen glijden. Het hoofd van Mourad ging richting hemel, hij sloot zijn ogen hij haalde diep adem. Met vochtige ogen keek hij me aan en ik kreeg een omhelzing waarvan ik dacht dat hij me nooit meer zou los laten. Zijn bedanking was zo hartelijk dat ik me haast ongemakkelijk voelde. ‘Shukraan, shukraan, thank you!’
Het andere paar schoenen gaf hij me terug om er iemand anders mee te helpen. 

Wie denkt dat er slechts 1 hel is…

 
Nieuwe gezinnen die net toekomen van een lange reis, zijn door een hel geweest, komen toe in de hemel (lees : de parking van een grootwarenhuis), maar belanden al snel in een nieuwe hel. Nu, wie uit een hel vlucht, verwacht dan ook niet meteen terecht te komen in een paradijs. Maar allicht ook niet in dit niemandsland, op een stuk drassig weiland met geen enkele nutsvoorziening. Waar een pap van slijk, voedselresten, restafval,... een extra schoenzool vormen. Een plek waar je eigenlijk niet meer als mens wordt gezien en waar je al helemaal niet meer meetelt.  Deze mensen moeten dan een plekje trachten te vinden op een fel vervuild terrein. Er rest hen dan vaak een plek op een drassig stuk grond, waardoor hun weinige bezittingen in een mum van tijd nat zijn. Dit resulteert in fel verzwakte en zieke mensen. Het ontvangst in het kamp is niet bepaald hartelijk, het terrein ligt in een woonwijk. Buurtbewoners hinderen de burgerinitiatieven door de toegang te barricaderen en scanderen racistische en fascistische slogans. Hulpdiensten zijn er niet aanwezig. De mensen hebben geen bezittingen, enkel de kleren die ze aan hebben toen ze hun thuis achterlieten. En toch zijn ze heel erg blij dat ze zover zijn gekomen.
 

Dergelijke ernstige en grootschalige problematiek kan toch niet enkel steunen op de goodwill van burgers? Waar zijn de constructieve oplossingen van de overheid? Waar is de aanwezigheid van NGO’s, hulpdiensten en andere organisaties? Wanneer politici roepen dat nieuwkomers "westerse waarden" moeten erkennen, dan vraag ik mij af over welke waarden men het dan heeft. Indien dit waarden zijn die gebaseerd zijn op de grondrechten van de mens, dan heb ik er in Duinkerke nog weinig of niets van gezien!

Op woensdag 11 november 2015 trekken we met een 40-tal vrijwilligers opnieuw richting Duinkerke. Het betreft een samenwerking tussen 1) Het burgerinitiatief “Bredene met een hart voor vluchtelingen”, 2) Het Doorgeefhuis Blankenberge, 3) De moskeeën uit Sint-Andries (Brugge) & Genk. Ook een aantal vrienden en collega’s (vzw JONG, Gents Jeugdwelzijnswerk) steken vrijwillig de handen uit de mouwen.

Er is echter meer nodig dan het uitdelen van kleren, een fles shampoo, tenten, zeilen en voeding. Iedereen moet weten dat de mensen in het kamp in zeer ernstige en precaire omstandigheden leven. Als de berichten kloppen, verblijven er ondertussen zo'n 1600 mensen in het kamp, dat is bijna een verdubbeling in amper drie weken tijd. Onder hen fel verzwakte getraumatiseerde kinderen, vrouwen en mannen. 

Jammer genoeg is de berichtgeving met betrekking tot de vluchtelingenproblematiek in de media erg eenzijdig, vaak polariserend en stigmatiserend.  Er wordt deze vluchtende mensen vaak verweten dat het hun eigen keuze is om in dergelijke kampen te verblijven, dat het gelukzoekers en profiteurs zijn.  Het zijn echter mensen die hun land ontvlucht zijn, op zoek naar een veilige plek.  Je kan mensen toch niet laten leven in zo'n erbarmelijke en mensonwaardige omstandigheden.  Wegkijken kan echt niet meer!