De vrije pers moet eerlijk zijn tegenover zichzelf en haar lezers en gemaakte fouten niet verdoezelen. Iets anders getuigt van weinig respect ten aanzien van haar lezerspubliek.
Zondag 26 april 2015 om 07.57h verscheen een stuk over de bootvluchtelingen volgens de mening van Jean-Marie Dedecker op Knack.be en vervolgens in de vooravond op diezelfde dag om 18.46h op de websites van De Morgen en Het Laatste Nieuws met als titel 'Bootvluchtelingen: Het is niet onze schuld dat mensen op een gammele schuit het zeegat kiezen'.
Het pleidooi van Dedecker is zoals gewoonlijk scherp en hij maakt melding dat Soennieten en Sjieeten elkaar al 1.400 jaar bekampen. Verder geeft Dedecker mee dat Europese lidstaten het vluchtelingenvraagstuk al jaren uitbesteden aan Noord-Afrikaanse landen, die zoals we weten, soms geleid worden door regimes van bedenkelijk allooi. Een vergelijking wordt gemaakt met het Australische vluchtelingenaanpak dat volgens Dedecker 100% efficiënt is.
Dat Dedecker een uitgesproken mening heeft weten we al langer, het levert media-actoren een duidelijke en goedkope content of scoop op, zij moeten over het algemeen zelf niet veel meer doen om iets te creëren. Dat daarin een gevaar ligt in de huidige journalistiek werd op de websites van de Morgen en Het Laatste Nieuws op een bepaalde manier ongemeen duidelijk, daarenboven was zelfs het uiterst beperkte eigen werk aan het artikel door de redacties van DM & HLN foutief.
Volgens De Morgen en HLN, die het artikel van Knack overnamen en op hun websites plaatsten, was Dedecker federale volksvertegenwoordiger: op de tweede alinea in het toen net verschenen online artikel was het volgende te lezen: 'De federale volksvertegenwoordiger gaat verder: "Nagenoeg alle landen in deze regio's zijn kruitvaten met een smeulende lont.' De Morgen ofwel HLN hadden van JMD een federale volksvertegenwoordiger gemaakt en de andere nam deze content gewoon over. Deze gigantische kemel en de manier waarop zij hersteld werd doet een aantal belangrijke vragen rijzen.
Het artikel met de foutieve informatie werd op korte tijd om 19.59u al 175 keer gedeeld door lezers van De Morgen. Daags nadien, op 27 april om 20:28h was het artikel al gedeeld door 1110 personen en was de toevoeging met de fout hersteld. Wanneer men nu het artikel opsnort leest men: ‘De voormalig volksvertegenwoordiger gaat verder: "Nagenoeg alle landen in deze regio's zijn kruitvaten met een smeulende lont.’
Echter er wordt nergens vermeld dat de eerste uitbreng een redactionele toevoeging met fout bevatte, meer zelfs, het artikel met de herstelling staat op hetzelfde moment geregistreerd als de eerste uitbreng: op 26 april om 18.46h. Lezers weten dus niet dat het online artikel gereviseerd werd.
De volgende vragen komen op bij een lezer die niet over deze gigantische flater gelezen had en in die tijdspanne een verschil heeft gezien tussen beide artikels: aan het artikel van Knack werd door De Morgen en Het Laatste Nieuws toegevoegd dat JMD een (actieve) federale volksvertegenwoordiger was, waar volgens Knack, Dedecker een lid van een zevenkoppig schaduwparlement is voor Knack. De functie gegeven in DM en HLN geeft het stuk echter meer autoriteit en gezag. Was dit impliciet de bedoeling en geven de redacties van DM en HLN daarmee te kennen dat zij aan de inhoud van de opinie van JMD onderschrijft? Was het niet aangewezen om de fout te herstellen en dit ook op een bepaalde manier aan te geven? Is het tijdstip van herstel bewust op 18.46h gezet om de fout te verdoezelen? Werden de lezers aldus bedot en getuigt dit van normvervaging binnen bepaalde redacties? Zulke interpretatieve vragen zouden vermeden kunnen worden en zouden beter moeten voor een gespecialiseerde informatiebron, zelfs op facebook wordt er aangegeven of een post werd aangepast met de tijdsvermelding. De Standaard geeft correcties online onder het stuk aan. Hoog tijd voor DM en HLN dit ook te doen.
Het feit dat een opiniemaker aan bod komt op een podium is op zich niet problematisch en is normaal in een land met vrijheid van pers. Wel het feit dat je deze opinie kunstmatig en foutief meer waarde toekent, je fout vaststelt en deze fout -nadat zij een tijd vrij beschikbaar was op het internet- onmerkbaar remedieert en daarenboven bepaalde vragen onbeantwoord laat. De vrije pers moet eerlijk zijn tegenover zichzelf en haar lezers en gemaakte fouten niet verdoezelen. Iets anders getuigt van weinig respect ten aanzien van haar lezerspubliek. Opinies moeten door een medium dat objectiviteit en neutraliteit in algemene zin pretendeert omzichtig behandeld worden, wanneer er toevoegingen gebeuren dienden deze dan ook juist, en zo neutraal mogelijk te zijn. Op de website van Knack leest men in het stuk zelf niet dan Dedecker al dan niet een volksvertegenwoordiger is -of was- en deze bron is aldus neutraler in de weergave van een niet-neutraal stuk.
Journalistiek moet meer zijn dan het weergeven een waarderen van opinies
Dedecker zegt dat ontwikkelingshulp als opium wordt gebruikt, in een andere opinie van de minister van ontwikkelingssamenwerking, Alexander De Croo, in De Morgen lezen we iets anders. Het louter afzetten of meegeven van opinies tegenover elkaar is problematisch, waar is de journalist dan nog? De Morgen heeft goede journalisten en heeft in het verleden over wapenleveringen van België aan Libië geschreven (W. Pauli), de kennis is dus aanwezig. De Morgen en HLN hadden bijvoorbeeld in een gerelateerd artikel aan sommige partijen en huidige volksvertegenwoordigers de vraag kunnen stellen of de bombardementen in Libië nuttig zijn gebleken en of het daarvoor waard was de Grondwet als een vodje papier te behandelen in 2011 (de oorlog met Libië werd door de federale kamer unaniem door de kamer goedgekeurd terwijl de regering demissionair was in de 541 dagen van kabinetsvorming). Er kan geen enkele oorlog gestemd worden in het parlement wanneer er geen volstrekte en volledige bevoegdheid is van parlement en regering. Er worden door journalisten rond deze zaken amper nog vragen gesteld.
Ook niet over de constitutionele omstandigheden in de stemming in de deelname in de oorlog in Irak vlak voor de beëdiging van de regering van Charles Michel. De stemming van deze (vooralsnog) laatste oorlog in het federale parlement op 26 september 2014 -terwijl op dat moment de federale regering in lopende zaken was- konden wachten tot nadat de nieuwe regering Michel beëdigd was (11 oktober 2014). In de bestrijding van niet-democratische regimes en staten is de eigen Grondwet blijkbaar ondergeschikt.
De enige gerelateerde vervolgartikels die men wel kan lezen dragen de titel dat 'er dodelijke tijden aankomen'; angst wordt gekweekt. Zonder door te klikken naar het artikel is de conclusie nu al duidelijk: die muur rond Europa moet hoger, de kloof ervoor dieper.
Men kan zich afvragen of wapenexporten naar de regio en toenmalige wapenexporten naar Libië in de jaren 80 met PRB mijnen en ander tuig bijdraagt aan stabiliteit. En is het wel juist dat Soennieten en Sjiieten elkaar al 1.400 jaar onafgebroken naar het leven staan in alle regio's? Zijn alle bootvluchtelingen dus Sjiiet? Of Soenniet? Was volksvertegenwoordiger Dedecker trouwens aanwezig in de federale kamer tijdens de ongrondwettelijke stemming van de Libiëbombardementen en waarom krijgt hij een vrije tribune zonder daarop aangesproken te worden, wat was zijn opinie toen? Het had veel hoogstaandere journalistiek opgeleverd hem op te bellen en het te vragen, te meer omdat hij een zeldzame kwalitatieve oppositiestem was in die recentelijke periode en een grote meerwaarde betekende voor de resterende democratische werking ervan. Of de versnippering in buitenlands beleid wegens het loslaten van het neutraliteitsbeginsel van 1839 sinds buitenlands minister Louis Michel (1999-2004) opbrengt en last but not least of het verdrinken van vluchtelingen wegens het niet goed afstemmen van je buitenlands beleid in het al dan niet recente verleden op eigen (Grondwettelijke) normen, Europese normen en de Universele normen van de Rechten van de Mens kan verholpen worden door in de toekomst gevechtsvliegtuigen te kopen die atoombommen kunnen afwerpen. Zal dat de toekomstige oplossing van België blijken ten aanzien van perverse neveneffecten inzake buitenlands beleid ?
Johan Costermans
Bachelorstudent in de Communicatiewetenschappen
UAntwerpen