Autoritair respect : Uniformiteit versus Universialiteit

Het uitgangspunt van het wederigkerig karakter van respect wordt misbruikt door kwaadwilligen om bij afwezigheid van die wederkerigheid daar de legitimatie te leggen voor hun eigen discriminerend gedrag.
Autoritair respect : Uniformiteit versus Universialitei

Laten we dus nogmaals een kat een kat noemen, en de keuze voor respect een persoonlijke en vrije keuze laten

 

Politieke partijen alsook andere bewegingen (denk maar aan de verkiezingsslogan van CD&V en het gelijknamig project van vzw Objectief) gebruiken als thema het concept “Respect”. Dit lijkt een universeel thema waar ieder redelijk mens zou dienen achter te staan maar dat is het echter niet. Respect is geen universeel maar een zeer persoonlijk begrip en in deze context is het niet gebruikt om te streven naar universialiteit maar naar uniformiteit. Respect wordt een autoritair begrip.

Daadwerkelijk respect is een persoonlijke houding van waardering gebaseerd op verschillende gronden, maar steeds uit eigen overtuiging zonder externe sociale of maatschappelijke druk. Het respect in die campagnes echter wordt niet erkend als een individuele overtuiging maar als een uniforme gedragscode, ervan uitgaande dat die van een wederkerige universele aard zou zijn. Niets is minder waar.

Het uitgangspunt van het wederigkerig karakter van respect wordt misbruikt door kwaadwilligen om bij afwezigheid van die wederkerigheid daar de legitimatie te leggen voor hun eigen discriminerend gedrag. Zij claimen respect op te brengen maar ze krijgen het niet terug, de kwaadwiligheid ligt dus bij de andere, in werkelijkheid geven zij geen respect maar eisen van de naleving een gedragscode (één die volgens hun eigen interpretatie en daaruit voortvloeiende houding meestal weinig oog heeft voor de positie, laat staan de rechten van de ander), met respect heeft dit niets meer te maken. In het geval van de campagnes wordt dit gebruikt als populistisch argument waarbij eenieder er zijn eigen onredelijkheid in kan nestelen en legitimeren, een verdoken aanval van intolerantie.
een voorbeeld ter verduidelijking lijkt aangewezen:

Sommige mensen genieten mijn respect, omwille van hun intellectuele en morele integriteit en inhoud. Dit impliceert ook ontzag, vertrouwen en krediet, om ook bij verschil van visie de persoon in kwestie niet meteen te veroordelen maar de moeite te doen om te trachten hun visie op zijn minst te begrijpen. Rekeninghoudend met die mogelijke tegenstrijdigheid alsook een voldoende dosis zelfrelativeringsvermogen kan men nooit een terugschakeling verlangen of zelfs verwachten. Dat is de essentie van respect. Uiteraard indien iemand zich zeer onwaardig ten aanzien van mij opstelt zal dit na grondige analyse hetzij leiden tot zeer scherpe zelfkritiek en mogelijks zelfcorrectie, hetzij bij afwezigheid van redelijke argumenten voor een dergelijk gedrag leiden tot de afwezigheid van respect van mij voor die persoon.

Het is het vertrouwen en krediet hetwelke men geeft bij respect dat het tot geen evidentie maakt en iets wat niet meteen tussen wildvreemden ontstaat. Desgevallens kan men beter spreken van sympathie, een gevoel van broederlijkheid of amicaliteit, maar ook dat is uiteraard nooit wederkerig afdwingbaar. Respect op basis van een titel of uniform is uiteraard klinklare nonsens, zoiets is kompleet inhoudsloos.

In een context van samenleven zou respect niet het te beogen doel moeten zijn, maar daarentegen wel menswaardigheid. Een menswaardige of noem het humane houding is een persoonlijke houding die geen wederkerigheid impliceert, die men niet nastreeft omwille van een beoogd doel of tegengunst, maar louter op basis van morele overtuiging. (voorbeeld: Ikzelf zal nooit een dier gewild pijnigen, niet omdat ik op basis daarvan verwacht zelf niet gebeten of gekrabt te worden, maar louter omwille van mijn persoonlijke overtuiging en waardebepaling). Met een menswaardige houding trouwens, kan men op termijn uiteindelijk wel respect bekomen, juist omwille van het ongedwongen karakter.

Het stellen van een gedragscode daarentegen hoeft in sé niet verkeerd te zijn, belangrijk is wel te erkennen dat dit een opgelegde gedragscode is. Zo kan men op morele grond een gedrag afdwingen dewelke geen enkele vorm van fysiek of psychisch geweld impliceert ten aanzien van individuen die zich onvoldoende kunnen verdedigen of zelfs gewoon ten bate van een harmonieuze samenleving. Omdat dit een afgedwongen gedragscode is dient men zonder daarom enige toegeving te doen in de naleving wel ruimte laten voor discussie omtrent de morele legitimatie ervan.

Laten we dus nogmaals een kat een kat noemen, en de keuze voor respect een persoonlijke en vrije keuze laten, en liever door ons eigen gedrag een vrijblijvend voorbeeld stellen. Als we als maatschappij een bepaald gedrag ongewenst achten moeten we durven te erkennen wanneer we daarin een autoritaire houding aannemen. Die houding op zich kan perfect verdedigbaar zijn, maar de negatie van diens aard en daarmee negatie van eventueel welgefundeerde tegenargumenten is dat niet. Respect trachten af te dwingen is zinloos en leidt enkel tot schijnheiligheid en onwaardigheid.