Boekrecensie: De Keizer van Katanga

Lucas Catherine is ‘historicus van Vergeten Zaken’. Hij schreef al verschillende boeken over Congo, waaronder Kongo, een voorgeschiedenis (2017). Daarin presenteerde hij verhalen uit de periode voor Kongo-Vrijstaat. De keizer van Katanga is nog een verhaal uit die periode. Het gaat over Mushidi Ngelengwa, een vorst die van ongeveer 1856 tot 1891 heerste over Katanga. In de Belgische geschiedschrijving wordt hij afgeschilderd als een gewelddadige despoot. Maar was dat wel zo? Lucas Catherine schildert een genuanceerder portret. 

In de geschiedenisles tijdens mijn schooltijd was Midden-Afrika een witte vlek op de landkaart. Congo was echter niet leeg voor de Belgen er arriveerden; enkel de kusten van het continent waren 'verkend'. Lucas Catherine vindt geschreven bronnen terug die opgetekend werden door een Europeaan. De bronnen vermelden handelsreizen doorheen Afrika, van de Oostkust naar de Westkust. In één verhaal wordt Katanga expliciet genoemd. Er zijn grote kopermijnen en er wordt ook er ijzererts gewonnen. Naast de mijnen ligt een grote stad: Katanga. De stad wordt als volgt beschreven: “De winkels van Katanga liggen vol met rijst, maïs, parelgierst en alle soorten groenten. Je kan ook makkelijk een schaap of geit kopen. Er groeit veel katoen en daar maken ze hun kleren mee. In het gebergte rond de mijnen leven leeuwen, olifanten en andere wilde dieren.”

Op het moment dat de eerste Europeanen in het Afrikaanse binnenland arriveren, heerst Mushidi Ngelengwa over Katanga. Aanvankelijk was de vorst een handelaar in ivoor en koper, maar langzamerhand groeide hij uit tot een leider, een koning, die een aantal vorstendommen verenigde onder zijn gezag.

Catherine beschrijft ook een rudimentaire vorm van ‘vaccinatie’, door middel van sneetjes in het voorhoofd, die ingesmeerd werden met een mengsel van olie en etter uit een pestbuil van een zieke

Wat mij treft is dat Mushidi Ngelegwa ook medische kennis bezat. Mushidi deelde met koning Kazembe Kinyata enkele remedies, waaronder een tegen de pokken. Catherine beschrijft ook een rudimentaire vorm van ‘vaccinatie’: je maakt enkele sneetjes in de huid op het voorhoofd, waar de neus begint. Vervolgens smeer je ze in met een mengsel van olie en etter uit een pestbuil van een zieke, zodat het afweersysteem gestimuleerd wordt. Mushidi helpt ook de vorst Pande, een onderkoning bij het volk van de Basanga. De man is oud, en Mushidi helpt hem rebellen tot de orde te roepen.

Mushidi Ngelegwa beseft dat alle lokale koningen verzwakt zijn. Hij roept zichzelf via vriendschapsbanden en na oorlogen uit tot koning van al deze koninkrijken. Mushidi bouwt zijn rijk op door bestaande gemeenschappen op te slorpen. De voormalige leiders blijven op post als gouverneurs. Bunkeya wordt de hoofdstad van zijn rijk.

De Britse missionaris Frederick Arnot beschrijft dat de metropool zich over 15 kilometer uitstrekt en bestaat uit 43 aanpalende dorpen, ieder met hun eigen velden. Er wonen zo’n 25.000 mensen, afkomstig uit alle delen van Afrika. De missionaris wordt ingeschakeld als arts. Mushidi vaardigt orders uit die de hygiëne moeten verbeteren. Tegen al wie zich verzet tegen Mushidi hanteert hij strenge straffen. Je mag hem gerust een dictator noemen. Verder steunt zijn politiek systeem op onderkoningen: de vorsten van de rijken die hij overwonnen heeft, maar ook op vrouwelijke gouverneurs. Dat zijn meestal de leden van zijn familie: zijn zussen en vrouwen. Mushidi’s macht berust voornamelijk op zijn legeraanvoerders.

Zijn rijk breidt zich uit en gedijt goed. Tot de Europeanen het Afrikaans binnenland intrekken. In 1887 bezet Duitsland Dar es Salaam, in 1890 onderwerpen de Britten Zanzibar tot een protectoraat. Ook de Belgen zijn geïnteresseerd in de handelsroutes om grondstoffen vanuit Midden-Afrika naar Antwerpen te brengen. Voor Mushidi betekent dit zware economische neergang, met als gevolg: protest van de arbeiders. Mushidi reageert als absolute machthebber met repressie tegen al wie zich roert. De oude vorstendommen willen weer onafhankelijkheid, het rijk brokkelt af.

In 1891 en 1892 passeren er vier Belgische militaire expedities langs Katanga. Aanvankelijk wordt er nog gepraat en onderhandeld. Maar tijdens de vierde expeditie worden Mushidi en zijn onderhandelaars koudweg afgemaakt. Zo wordt Katanga een onderdeel van Kongo-Vrijstaat. In 1906 wordt de Union Minière du Haut Katanga opgericht en vertrekken de mineralen van Katanga richting Antwerpen. Tussen 1906 en 1956 wordt er 4,5 miljoen ton koper naar België uitgevoerd.

Congo was niet leeg. Het is een inzicht waarvan je doordrongen geraakt na het lezen van dit boek. Op school kregen we een historisch incorrect beeld mee over het reilen en zeilen in Afrika voordat de Belgen er arriveerden om er zogezegd beschaving te brengen. Lucas Catherine voedt de dekoloniseringsbeweging met een mooi voorbeeld. Het verhaal van Mushidi toont een Congolese koning die eenheid stichtte. Zijn rechtssysteem klinkt niet onredelijk. Hij stimuleerde en organiseerde een landbouwbeleid, ontgon koper en ijzer, dreef handel in ivoor, maar ook in tot slaaf gemaakte mensen. Dat laatste namen de Europeanen op veel brutalere  wijze en op grotere schaal over. Het geweld waarmee de Belgen een einde maakten aan dit rijk, om het in te lijven in de Kongo-Vrijstaat is onthutsend.

De keizer van Katanga bevat een Nederlandstalige en Franstalige versie van hetzelfde verhaal. Wie z’n Frans wil oefenen kan langs één zijde beginnen, en bij een moeilijke passage het boekje omkeren en de vertaling opzoeken.

Lucas Catherine, De keizer van Katanga, Berchem, EPO uitgeverij, 2020. 

 



Over de auteur:

Frederik Janssens bracht zijn jeugd door in het voormalige Belgisch-Congo. Op zoek naar zijn eigen plaats in de geschiedenis, spoort hij aan om hypocrisie te doorprikken, eerlijkheid centraal te plaatsen en verschillende stemmen te beluisteren.