#CAFE2016

Op woensdag 28 september organiseerde CCIB (Collectif Contre l'Islamophobie en Belgique asbl) in samenwerking met FEMYSO een opleidingssessie in het kader van het project #CAFE2016 om islamofobie beter te begrijpen naar een gemeenschappelijke definitie toe.
Door: Kif Kif - 04/10/2016 - 10:09
#CAFE2016

Islamofobie heeft niets te maken met kritiek op de islam.

 

Op woensdag 28 september organiseerde CCIB (Collectif Contre l'Islamophobie en Belgique asbl) in samenwerking met FEMYSO een opleidingssessie in het kader van het project #CAFE2016 om islamofobie beter te begrijpen naar een gemeenschappelijke definitie toe. De gastsprekers hebben vanuit hun expertise een inzicht gegeven over de thema. Hierbij een kort verslagje.

Alfiaz Vaiya coördineert de activiteiten van de intergroup ARDI waarbij leden van het Europees Parlement samenwerken tegen racisme en voor diversiteit. Binnen ARDI is er een werkgroep opgericht om islamofobie te bestrijden waar verschillende thema’s behandeld worden. Een grote deel van de moslims ervaren discriminatie op alle domeinen maar de kwesties rond terrorisme en migratie maakt het verschil met andere minderheidsgroepen haalt Vaiya aan. De economische realiteit is van fundamenteel belang, de huidige economische toestand is niet van toepassing voor minderheden. In de meeste onderzoeken worden aangegeven dat minderheidsgroepen de neiging hebben om aan de onderkant van de samenleving te behoren op vlak van gezondheidszorg, onderwijs, werkgelegenheid.

Nadia Fadil gaf kritische reflecties over het gebruik van het concept islamofobie en de algemene erkenning van de term want 10 jaar geleden betekende dat kritiek op de religie wat onder de vrije meningsuiting valt. Daarom vindt Fadil het interessant om die evolutie te analyseren wat teweeg is gebracht door enerzijds de mobilisatie van grassroots organisaties en anderzijds met het lokale radicaliseringproces als gevolg van de globale war on terror. De oorzaak van de erkenning van islamofobie is hier van essentieel belang want zo zien we hoe de noodzaak een veiligheidskwestie is geworden terwijl het een anti racistische beweegreden is.

Kahina Rabbahi werkt voor ENAR rond Islamofobie, meer bepaald rond de sociale inclusie van moslimvrouwen. Het project Forgotten Women mondde uit in een Europees rapport. Kahina onderstreept het belang van intersectionaliteit om coalities te creëren met verschillende groepen waarmee er gewoonlijk niet wordt samen gewerkt.

Els Keytsman, directrice van het Interfederaal Gelijkekansencentrum, haalde de juridische aspecten rond de definiëring van Islamofobie aan en lichtte de aanpak van Unia toe.

Assia Oulkadi die projectmedewerker is bij FEMYSO legde de samenwerking met een aantal ngo’s rond islamofobie in de Europese instellingen als ondersteuning van het advocacy-werk uit. Zo zette zij de bepaling van islamofobie uit waaraan samen met die ngo’s is gewerkt.

Mustapha Chairi, de voorzitter van CCIB (Collectif Contre l'Islamophobie en Belgique asbl) gaf een uitgebreide analyse van islamofobie in alle domeinen met speciale aandacht aan media en politiek. Hij onderstreept dat het kruispuntdenken de perspectief is om islamofobie te bestrijden.

Tot slot sprak Veysel Filiz over zijn verleden in maatschappelijke middenveldorganisaties zoals EMISCO, ENAR en OSCE. Na jarenlange studies stelt hij vast dat de groei van islamofobie in wezen te wijten is aan twee elementen (1) de extremistische gewelddadige gebeurtenissen die de normalisering van islamofobie versterkte en (2) haatmisdrijven van islamofobe karakter die de strijd tegen racisme heeft opgevoerd. Hij benadrukt dat Islamofobie geen religieuze kwestie is maar een kwestie van de eerbiediging van de fundamentele mensenrechten. We zijn in een periode dat een belangrijke gewetenstest is voor onze multiculturele continent, daarom is de moslimgemeenschap een kans om iets nieuws te creëren, de universele waarden van Europa.

De definiëring van islamofobie is heel duidelijk, nl. een specifieke vorm van racisme die verwijst naar de daden van geweld en discriminatie, evenals racistische praat, gevoed door historische misstanden en negatieve stereotypering dat leidt tot uitsluiting en ontmenselijking van de moslims, en al die gezien als zodanig. Islamofobie kan ook het gevolg zijn van structurele discriminatie. Islamofobie heeft niets te maken met kritiek op de islam.

Moslims vormen geen homogene groep, de diversiteit onder moslims moet erkend worden zodat ideologie moet worden vervangen door ethiek.