Godsdienstvrijheid versus vrije meningsuiting ? of toch niet ?

Het huidige debat dat gevoerd wordt omtrent hedendaagse maatschappelijk religieuze thema’s geeft een danig ridicuul beeld van het atheïsme en verlichting, dat ik als atheïst in het schemerlicht wel hevig moet protesteren.
Godsdienstvrijheid versus vrije meningsuiting ? of toch

godsdienstvrijheid kan enkel bestaan wanneer men niet enkel mensen het recht gunt hun godsdienst te beleven maar ook indien men hun individuele integriteit als gelovige beschermt.

 

Het huidige debat dat gevoerd wordt omtrent hedendaagse maatschappelijk religieuze thema’s geeft een danig ridicuul beeld van het atheïsme en verlichting, dat ik als atheïst in het schemerlicht wel hevig moet protesteren.

Nu ligt de verantwoordelijkheid voor die bijzonder simplistische en nog foutere beeldvorming van atheïsme niet bij gelovigen, ongeacht welke religie, maar wel bij kolderieke figuren die zich geheel ten onrechte opwerpen als intellectuele autoriteiten. Ook bij voorheen toch nog redelijk gerenommeerde instituten zoals de openbare omroep en zeker bij wat moet doorgaan voor kwaliteitskranten, die onophoudelijk een forum geven aan deze ondermaats geargumenteerde en smakeloze kwakkels. Men moet zich op den duur de vraag stellen welke agenda daarachter schuilgaat?

Vrijheid, vrije meningsuiting, godsdienstvrijheid en dit ten aanzien van neutraliteit… begrippen die keer op keer op de meest onzinnige wijze misbruikt worden.

Vrijheid impliceert ook verantwoordelijkheid, de verantwoordelijkheid om de basisrechten van het individu te vrijwaren, zonder deze kan er immers geen sprake zijn van vrijheid en is enkel de wet van de sterkste geldig. De wet van de sterkste ontneemt de vrijheid van allen die niet tot de dominante groep behoren, met vrijheid heeft dit niets te maken. Dit geldt evenzeer wanneer men het concept vrijheid in specifieke contexten gaat bekijken, zoals persvrijheid, vrije meningsuiting en ook godsdienstvrijheid. Het impliceert dat er enkel persvrijheid kan bestaan indien men regels oplegt die misbruik aan banden leggen. Mensen valselijk beschuldigen en daarbij doelbewust schade toebrengen maakt geen deel uit van de persvrijheid, ze ondermijnt ze. Discriminatie en racisme zijn geen vormen van vrije meningsuiting, maar misbruiken die net en brengen de vrije meningsuiting in gevaar. En godsdienstvrijheid, die kan enkel bestaan wanneer men niet enkel mensen het recht gunt hun godsdienst te beleven maar ook indien men hun integriteit in de persoonlijke beleving ervan beschermt. Dat wil zeggen dat men op een eerbiedwaardige wijze met dit gegeven dient om te gaan en niet enkel de beleving maar ook de keuze dient te eerbiedigen. Indien men dit niet eerbiedigt neemt men géén verlicht standpunt in maar werpt daarentegen een contra-religie op met een sektarische intolerantie.

Doelgerichte beledigingen louter om de godsdienstkeuze te bekritiseren (daaronder vallen onlosmakelijk beledigingen gericht naar een welbepaalde religie of religie als universeel concept) zijn daarom een aanval op de godsdienstvrijheid. Die aanvallen op zich maken geen deel uit van een persoonlijke levensbeschouwing en de daders kunnen zich daarom niet beroepen noch op godsdienstvrijheid, noch op vrije meningsuiting. Instituten kunnen bekritiseerd worden, absoluut, hiërarchische personen kunnen bekritiseerd worden mits op een eerlijke en redelijke wijze, maar een religie op zich aanvallen is ook een aanval op ieder individu dat zich deze religie op een persoonlijke wijze toekent. En daarmee een inbreuk op de integriteit van het individu.

Daar het katholicisme een duidelijk hiërarchische structuur heeft is het bijzonder gemakkelijk hierop kritiek te geven. Deze kritiek is geen aanval op de religie op zich maar enkel op het instituut dat daarin een autoriteit claimt. De islam daarentegen heeft geen gelijkaardige hiërarchische structuur, enkel zelf claimende lokale instituten bestaan, zoals bijvoorbeeld de ayatollah’s in Iran. Een kritiek op bijvoorbeeld hun beleid is mits een goede fundering zeker geoorloofd. Een veroordeling van de islam daarentegen is dat niet. Een veroordeling van het Christendom of andere religie net zo min. Vergeet immers niet dat iedere religie volgers gekend heeft die een zeer grote maatschappelijke bijdrage geleverd hebben, bijvoorbeeld Martin Luther King Jr, Priester Damiaan etc. Een veroordeling van een religie an sich is ook een ongeoorloofde veroordeling van dergelijke figuren.

Van instituten kan een neutrale houding vereist worden, dit betekent dat religieuze tekens in overheidsgebouwen geweerd kunnen worden en dat dit zelfs wenselijk is. Het apparaat op zich moet immers openstaan voor alle verschillende gelovigen en ongelovigen. Dit verbod geldt echter niet op individuen ook niet als zij deel uitmaken van een openbare dienst. Een individu niet neutraal zijn, daar eenieder zijn persoonlijke overtuiging heeft hoe dan ook. Het verbergen ervan leidt niet tot neutraliteit, net zoals het tonen ervan de neutraliteit van het instituut daarom niet noodzakelijk schaadt. Het is enkel een erkenning van het persoonlijk karakter van het individu, de erkenning van een realiteit.

Iedere daad die het individu stelt door zijn of haar profilering, maar ook elke daad die men niet stelt impliceert een stellingname, neutraliteit of objectiviteit op individueel vlak is een onbestaande. Een transparante en eerlijke benadering garandeert meer professionaliteit dan een opgelegde maskering.