‘2013 wellicht een van de 10 warmste jaren’, ‘Amerikaanse gevangenissen barsten uit hun voegen‘, ‘32.500 Spaanse gezinnen vorig jaar uit hun huis gezet’, ‘Kijk hoe het ooit reusachtige Aralmeer nu haast compleet opgedroogd is’, ‘Aantal zelfmoorden in Griekenland sinds crisis bijna 50 procent gestegen’, ‘Plasticvervuiling teistert oceanen nog honderden jaren’. Veel lezers zullen de krantenkoppen niet spontaan aan elkaar linken. Sociologe Saskia Sassen (Columbia University) onderzoekt in haar nieuwste boek Expulsions: Brutality and Complexity in the Global Economy de verbanden tussen dergelijke ontwikkelingen die ze benoemt als vormen van ‘uitbanning’. Ze vertrekt vanuit gevalstudies van brutale vormen van politieke, sociaaleconomische en ecologische uitstoting om de onderliggende, onzichtbare trends en dynamieken van het huidige globale kapitalisme bloot te leggen.
Krimpende economieën: van insluiting naar uitstoting
Sassen beargumenteert dat de overschakeling sinds de jaren 70 van een Keynesiaans systeem naar het mondiale financiële kapitalisme een overgang inhield van dynamieken van insluiting naar een logica van uitstoting van brede lagen van de bevolking. In de nieuwe systemische logica wordt algemeen belang steeds verder opzij gezet ten voordele van een gunstig klimaat waarin grote bedrijven onbelemmerd grote winsten kunnen opstrijken zonder om te kijken naar sociale en ecologische gevolgen. Overheden, centrale banken en internationale financiële instituties faciliteren dit door een ‘gunstig klimaat’ te scheppen voor de economie. Ze prediken voortdurend de noodzaak om begrotingen in evenwicht te brengen, sociale voorzieningen af te bouwen en privatiseringen door te voeren om ‘de economie’ zuurstof te geven. ‘Economie’ wordt geherdefinieerd en de economische ruimte krimpt in: de taal van economische groei en haar statistieken verbergen een onderliggende ‘economische zuivering’. Zo lieten ratingagentschappen en de Europese Centrale Bank zich begin 2013 optimistisch uit over het Griekse BNP. Deze dominante opvatting van economie verhult de grauwe sociale realiteit in Griekenland. De besparingsmaatregelen die deze BNP-groei mogelijk maakten, banden een derde van de Griekse arbeidskrachten uit, leidden tot een stijgende aantal daklozen, een groter aantal kinderen dat te vondeling werd gelegd omdat hun ouders hen niet konden voeden en een stijgend zelfmoordcijfer. Deze uitgestotenen worden onzichtbaar gemaakt door statistieken die een rooskleurig beeld van economisch herstel schetsen. Een gelijkaardig proces zien we wereldwijd in een minder extreme vorm. De uitgestotenen verdwijnen van de radar in sloppenwijken, in migratie, in (private) gevangenissen en vluchtelingenkampen.
Brutaal financieel systeem
De steeds groter worden complexiteit en technische vooruitgang brengen in het huidige systeem brutale vormen van uitdrijving voort. Een sprekend voorbeeld hiervan is het financieel systeem. De uiterst ingewikkelde financiële producten die werden ontwikkeld voor ongelooflijke winsten voor de speculerende rijksten, kunnen wereldwijd ravages aanrichten aan de andere kant van de samenleving. Terwijl het financieel systeem zich snel herstelde en verder uitbreidde na de crisis in 2008, werden tussen 2006 en 2010 9,3 miljoen mensen uit hun huis gezet in de Verenigde Staten. Ook in Spanje en Hongarije vonden hoge aantallen uitzettingen plaats.
Buitenlandse grond te koop
De verkoop van land aan buitenlandse overheden en bedrijven is een volgend voorbeeld van een complex systeem dat Sassen onder de loep neemt. Ze stelt dat deze markt sinds 2006 een sterke stijging in volume en geografisch spreiding kent door (1) de stijgende vraag naar palmbomen voor biobrandstof en andere industriële oogsten en (2) de stijgende voedselprijzen die ervoor zorgen dat land een interessante speculatieve investering is. Om buitenlandse grond te kopen is een gespecialiseerde, complexe diensteninfrastructuur nodig die deze markt verder stimuleert. Sassen argumenteert dat de herstructureringsprogramma’s die internationale financiële instellingen oplegden aan schuldlanden in het Globale Zuiden, de weg vrijgemaakt hebben voor de ontwikkeling van deze globale markt. Deze ‘disciplineringsregimes’ verminderden de politieke en economische slagkracht van veel landen in het Globale Zuiden wat op zijn beurt corrupte regimes in de hand werkte die weinig belang hechten aan het algemeen welzijn van hun bevolking. Voor kapitaalkrachtige overheden en bedrijven is het eenvoudiger om met verzwakte en corrupte regimes te onderhandelen over de aankoop van land. Deze gang van zaken vindt Sassen bovendien ook terug in het Globale Noorden, waar de huidige besparingswoede opgelegd door de Trojka van het ECB, de EU en het IMF en de gevolgen ervan veel parallellen vertonen met de structurele aanpassingsprogramma’s in het Globale Zuiden. De groeiende markt in buitenlandse grond heeft volgens Sassen het potentieel om jobs en positieve economische effecten te genereren. In de praktijk gaat ze echter verder op de ingeslagen, tegenovergestelde weg: ze verstoot niet enkel mensen, maar vernielt ook de biosfeer: “In het uiterste geval kunnen we ons afvragen wat de waarde van burgerschap is wanneer nationaal territorium wordt gedegradeerd tot grond in buitenlandse handen bestemd voor plantages, wat leidt tot de verdrijving van al het overige—flora, fauna, dorpen, kleine boeren, en de traditionele regels die het gebruik en bezit van land organiseren.”
De biosfeer moet eraan geloven
In het laatste hoofdstuk gaat Sassen dieper in op de vernietiging van de biosfeer. Door de versnelde en geïntensifieerde beschadiging kan de natuur zich niet snel genoeg herstellen wat resulteert in zones van dood land en water. “Veel van deze vernielingen van de kwaliteit van land, water en lucht treffen arme gemeenschappen bijzonder hard. Wereldwijd veroorzaken ze de ontheemding van naar schatting 800 miljoen mensen. Maar niemand is onaantastbaar, andere vormen van vernietiging kunnen ons allen treffen.” Aan de hand van concrete voorbeelden uit Rusland, Peru, de Dominicaanse Republiek bespreekt ze de problematiek van land dat onvruchtbaar wordt door giftig afval en de sociale gevolgen hiervan. Vervolgens behandelt ze de opdroging van grote waterreserves door menselijk gebruik en de rol van bedrijven als Nestlé en Coca Cola in deze problematiek. Tenslotte gaat ze in op de ongeziene schaalvergrotingen die ervoor zorgen dat de uitkomsten van milieuvervuiling wereldwijd voelbaar worden.
Besluit
Expulsions levert een harde kritiek op het mondiale economisch systeem dat zowel mensen als de biosfeer op brutale wijze uitbant. Sassen analyseert een amalgaam van negatieve ontwikkelingen in verschillende landen en politiek-economische systemen om aan te tonen dat de onderliggende uitstotingslogica overal gelijkaardige vormen van brutaliteit veroorzaakt. Om deze analyse te staven levert Sassen heel wat concrete voorbeelden, cijfermateriaal en grafieken.
Het boek leest niet als een trein. Lezers die niet erg vertrouwd zijn met de materie zullen hun aandacht er moeten bijhouden. Aangezien Expulsions een heel brede focus heeft voor een boek dat 222 pagina’s telt, zijn sommige passages wat summier uitgelegd. Sassen beloont de volhouder echter met een interessant denkkader om nieuwe ontwikkelingen en hun onderlinge verbanden te vatten. Bovendien leer je veel over bekende en minder bekende problemen van sociale, politieke, economische en ecologische aard die een (negatieve) invloed hebben op een steeds groeiende groep mensen en het milieu.