Rhetorical – Mpumelelo Paul Grootboom & Aubrey Sekhabi

Toneelauteur en regisseur Paul Grootboom duikt voor Rhetorical in het recente Zuid-Afrikaanse verleden. Hij beschrijft de val van de intellectuele president Thabo Mbeki, verteld in de speeches van de jonge, opruiende politicus Daniel “Dada” Mokone. [26.11.11, Kaaitheater, Brussel - Spoken World]
Rhetorical – Mpumelelo Paul Grootboom & Aubrey Sekhab

Liever zien we het op televisie dan dat we het aan den lijve moeten ondervinden. Het is de ‘ver van mijn bed’-show, brought to you live. Stuur maar een correspondent.

 

Voor het voetlicht passeert de geschiedenis van Zuid-Afrika. Of toch het post-Mandela tijdperk onder president Thabo Mbeki.

De voorstelling is opgebouwd rond de fameuze speeches die Mbeki afstak tijdens zijn presidentschap. Voor de ene waren die toespraken volksverheffend, voor de meeste vooral langdradig en moeilijk te vatten. Om wat weerwerk te bieden introduceert regisseur Mpumelelo Paul Grootboom een opponent van de president: Daniel ‘Dada’ Mokone, gebaseerd op de ANC-jongerenleider Julius Malema. De oppositiekandidaat is een player die zich graag laat omringen door vrouwelijk schoon en de oppervlakkige – en vooral gevaarlijke – taal spreekt die elkeen begrijpt. Met de nodige hitsigheid beschrijft Dada de neergang van Mbeki. Dada vertegenwoordigt de vandaag zo populaire politicus/populist die een beroep doet op zijn buikgevoel, in plaats van onderbouwde argumenten aan te dragen.

Net dat verschrikkelijke ‘buikgevoel’ zorgt vreemd genoeg voor de universele weerklank van de voorstelling. De voorstelling geeft eigenlijk een duidelijk beeld van hoe vandaag aan politiek wordt gedaan. Je hebt de politici die hun vak serieus nemen – en die zie je zelden in de media – en je hebt de mediageile populisten. En ja, er zijn ook gevallen tussenin, maar die neemt niemand serieus. Erger is het vast te stellen hoe de vierde macht reageert op dat populistische discours. Ook journalisten beginnen de onderbuik in te zetten als argument, terwijl zij net het buikgevoel van de politici moeten counteren door concrete vragen te formuleren. Edoch, al te vaak verliest ook de journalist zich in oppervlakkige berichtgeving en treedt hij/zij op als spreekbuis van politici.

Hoe het er werkelijk aan toe gaat in Zuid-Afrika, wie nu eigenlijk de verschillende bevolkingsgroepen zijn, krijgen we voorgeschoteld aan de hand van een aantal stereotypen. Mbeki is de intellectueel die in het buitenland studeerde en zich moeilijk kan verplaatsen in de leefwereld van zijn bevolking. De pimp in Dada behandelt het volk niet met het nodige respect, maar steelt wel hun harten. Gangsters zijn als plat-commerciële hiphoppers, ingestudeerd wandelpasje en mankepoot incluis. Achternagezeten door de politie, en vooral niets te verliezen. De rijken ogen oppervlakkig, met een groot gebrek aan daadkracht. Het is allerminst hun schuld…

Armen verschijnen in lompen en afgeschoten schoenen. Loensend of luiogend kijken ze vragend naar de wereld die hen omringt. Hun licht gekromde rug draagt de zware last van de armoede. Het hoofd hangt lichtjes schuin, de neus in de lucht. Ze slagen er niet in stil te blijven staan, alsof het hen nooit geleerd werd. Het kijken naar de onkunde van de arme enerveert de toeschouwer. Je wilt je ogen afwenden, afstand nemen, net zoals je in het dagelijkse leven de armoede ook liever ontwijkt, dan deelt. Wekken deze mensen bewust afkeer op? Werken ze in op ons zorgeloze, dagelijkse bestaan?

We blijven bedaard tot een verfomfaaid, onwelriekend persoon ons aanspreekt. Niet eens bedelend om een aalmoes, maar om zijn verhaal te vertellen. We horen het liever niet, hoezeer de ellende van anderen ons ook interesseert. Liever zien we het op televisie dan dat we het aan den lijve moeten ondervinden. Het is de ‘ver van mijn bed’-show, brought to you live. Stuur maar een correspondent.

De speeches van Mbeki blijven wel de rode draad waarmee de verschillende scènes aan elkaar geregen worden. En Mbeki was een begenadigde spreker. Zijn speeches zijn beklijvend, stuk voor stuk opgebouwd volgens de regels van de retoriek. Ethos en pathos wisselen elkaar vloeiend af. Toch laat ook Mbeki zich af en toe verleiden tot opruiende taal, met als hilarisch hoogtepunt het moment waarop hij de verpersoonlijking wordt van Adolf Hitler, geschreeuw en gestiek inbegrepen. Dergelijke vondsten bezorgen de voorstelling een heerlijke spanning wat je als toeschouwer doet schuifelen op je stoel.

Gezien op 26 november 2011 in Kaaitheater, Brussel tijdens Spoken World.
 

Bekijk hier een videofragment van de voorstelling