Sociaal beleid en kortetermijndenken gaan niet samen

'Met het sociaal beleid dat Antwerpen nu voert, dreigen de allerzwaksten te verworden tot ongewenste ballast'
Sociaal beleid en kortetermijndenken gaan niet samen
 

Het Antwerpse stadsbestuur gaat de sociale hulpverlening 'vermarkten' zoals dat dan zo mooi heet. Dit betekent dat vanaf 2017 sociale opdrachten, zoals bijvoorbeeld de begeleiding en opvang van daklozen, niet meer worden toegewezen aan partnerorganisaties van de stad, maar voor vrije bieding op de markt worden aangeboden. Diegene die met het beste prijs-kwaliteitsaanbod komt, haalt de opdracht binnen.

Met deze strategie hoopt N-VA een nieuwe impuls te geven aan een sector die volgens de partij al decennialang 'gemonopoliseerd wordt' door enkele vastgeroeste sociale organisaties. Het binnen brengen van het concurrentieprincipe in de markt van de sociale hulpverlening houdt echter meerdere gevaren in en kan leiden tot perverse effecten.

Het grote gevaar schuilt erin hoe je kwaliteit definieert. En daar knelt vandaag net het schoentje. Zo blijkt dat het eerste criterium dat zal gebruikt worden bij de gunning van de opdracht, de visie is die een organisatie heeft op de opdracht waarvoor ze meedingt. Nu weten we allemaal dat een kernelement van de visie van N-VA op sociale problemen er één is van individuele verantwoordelijkheid.

Dit staat haaks op de visie van het sociale middenveld zelf, waar individuele problemen ook bekeken worden in hun bredere, sociale context. Waar er een consensus heerst dat sociaal werk, een werk is van vallen en opstaan, van vertrouwen opbouwen en voldoende tijd. Eén rechte lijn naar succes bestaat nu eenmaal niet als je werkt met drugsverslaafden of jongeren die proberen recht te krabbelen vanuit een haast uitzichtloze armoedesituatie. De visie van de meeste sociale middenveldorganisaties staat haaks op de visie van N-VA. Bijgevolg staat de deur open voor organisaties die wél meer N-VA-minded zijn. Een bijzonder gevaarlijk precedent dat ruikt naar belangenvermenging en vriendjespolitiek.

Door deze vermarkting dreigen we bovendien te evolueren naar een sociaal beleid dat zich in de eerste plaats richt op de sterkere profielen. De zwaksten vallen als eerste uit de boot. Organisaties die de opdracht willen behouden, zullen zich willen bewijzen door hun succescijfers zo hoog mogelijk te krijgen. En succes haal je nu eenmaal makkelijker en sneller met mensen door je te richten op mensen met minder problemen.

Op korte termijn zoveel mogelijk resultaten halen, doe je alvast niet door te werken vanuit een langetermijnvisie. Het risico is dus dat het sociaal beleid zich enkel nog zal richten tot die groepen waarmee het snel resultaat kan behalen. De allerzwaksten verworden tot ongewenste ballast. De kans is groot dat organisaties zich zullen concentreren op eenvoudige projecten voor mensen met meer kansen. Intensieve begeleidingen komen onder druk te staan. Zo'n aanpak leidt ongetwijfeld tot mooiere cijfers, maar zal het sociaal beleid verder polariseren en het sociale landschap doen verschralen.

Expertise dreigt verloren te gaan

Als het de bedoeling van het Antwerpse stadsbestuur is om een aantal organisaties te ontmantelen en alle onderdelen op de markt te gooien, dan verliest zo'n organisatie haar bestaansreden. Dit betekent niet alleen een verlies van kennis en ervaring, maar ook van personeel, lokale verankering en vertrouwdheid. Ook hierdoor dreigt veel expertise verloren te gaan. Het is net belangrijk dat sociale organisaties voldoende ruimte krijgen om kritisch te zijn, problemen te signaleren en alternatieven voor te stellen. Als ze om de paar jaar moeten vechten voor een opdracht, zullen ze die kritische rol verliezen en monddood gemaakt worden. Ook hier is het gevaar dat het korte-termijn-denken de bovenhand haalt en dat structurele oplossingen op lange termijn uit blijven.

Ivoren toren

Uiteraard kan het nooit kwaad om op zoek te gaan naar manieren om het sociaal beleid van een stad nieuwe impulsen te geven. Maar doe dit niet vanuit een ivoren toren zoals vandaag gebeurt. Doe dit niet op een manier die de deur open zet voor toewijzingen vanuit de achterkamertjes aan organisaties die dezelfde politieke visie delen als de opdrachtgever. Nee, doe dit open en transparant, in nauw overleg met het sociale middenveld en de beoogde doelgroepen. Samen met de doeners die al jarenlang met hun beide voeten stevig in deze complexe praktijk staan. Gebruik de aanwezige expertise en versterk zo de kwaliteit van het sociaal beleid van onderuit. Dat is een veel duurzamere aanpak dan alle opdrachten én de bijhorende expertise ondoordacht de markt op te gooien.