Elke dag vertellen Antwerpse jongeren mij over de racistische opmerkingen die ze naar het hoofd geslingerd krijgen: op de tram, in de winkel, op straat...
De polarisering die onze samenleving al langer verdeelt, is na de recente aanslagen in Parijs sterk toegenomen. Angst is een slechte raadgever. Wat er de laatste dagen gebeurt baart mij ernstig zorgen. Elke dag vertellen Antwerpse jongeren mij over de racistische opmerkingen die ze naar het hoofd geslingerd krijgen: op de tram, in de winkel, op straat… Zelfs op school krijgen jonge Antwerpse moslims vragen als: ‘in de Koran staat toch dat jullie geweld mogen gebruiken, he Ahmed?’
Deze stigmatisering heeft ernstige gevolgen. In de eerste plaats voor deze jongeren zelf. Zij voelen zich gevangen: tussen vooroordelen aan de ene kant en de terreur aan de andere. Angst is geen excuus om de druk op hun plaats in de samenleving verder op te drijven. Ikzelf ervaar ook angstgevoelens. En net zoals iedereen betrap ik me soms op vooroordelen. Maar ik probeer me er niet door te laten leiden.
Marokkaanse looks
Dat deed de Antwerpse politie deze week wel in het shoppingcentrum van Wijnegem. Zonder aanleiding werd er een jongere met Marokkaanse looks onder schot gehouden. Tientallen minuten lang. Vervolgens werd hij opgepakt en opgesloten in de cel. Zonder aanleiding, zonder uitleg, zonder commentaar. Een typisch en zeer schrijnend geval van racial profiling. De criminalisering van jongeren met een ‘bruin’ kleurtje en een grijs joggingpak draagt niet bij aan oplossingen, integendeel.
Dit is geen nieuw, noch een alleenstaand feit. Enkele weken geleden was een als grap bedoelde conversatie van studenten op twitter tijdens een ING-event voldoende voor het Antwerpse Snelle Respons Team om met man en macht uit te rukken en een nietsvermoedende jongeman op te pakken. Een goed gesprek en luisterend oor waren in beide gevallen nochtans voldoende geweest om de zaken (efficiënter) op te helderen.
Politie problematisch
Jongeren van het Kiel vertellen me dat er te weinig plaatsen zijn waar ze terecht kunnen, dat er te weinig ruimte voor hen is. Ik stel vast dat de investeringen in jeugd in onze stad dalen, dat de bouw van jeugdcentra wordt uitgesteld, dat er te weinig sportinfrastructuur is en dat jeugdverenigingen kampen met plaatsgebrek. Jongeren hebben veel in zich, maar hoeveel plaats krijgen ze vandaag nog om hun ding te doen in onze samenleving?
Uit de verhalen van de jongeren blijkt ook dat velen hun relatie met de politie als zeer problematisch beschouwen. Zelfs al voor de aanslagen in Parijs werden jongeren regelmatig staande gehouden voor paspoortcontroles. Sommigen werden zelfs weggevoerd als mogelijke verdachte. De aanwijzingen om als verdacht te worden beschouwd zijn vaak onduidelijk, te meer doordat heel wat agenten de leefwereld van deze jongeren niet kennen.
Projecten die de dialoog tussen politie en jongeren bevorderen dienen veel meer ondersteund te worden. Dat is de enige manier om samen die vooroordelen weg te werken. Tegelijkertijd moeten racisme en discriminatie binnen het korps ernstig genomen worden en kordaat worden aangepakt.
Minder "wij, zij"
Ook in deze donkere tijden kom ik op voor jongeren en hun recht op ruimte in onze samenleving. Het is meer dan ooit de tijd om naar hen te luisteren. De stem van de jongeren moet onze raadgever zijn, niet de angstcultuur die ons vandaag bedreigt. Ik roep het stadsbestuur op om te (her)investeren in jongeren. Om te stoppen met het gebruiken van polariserende taal en een beleid dat verdeelt. Wat we vandaag moeten doen is meer inzetten in ‘wij’ en minder in ‘wij-zij’. Want samen vormen we onze mooie stad die Antwerpen is.