Toen ik twaalf was...

Voor VRT-cultuurplatform Podium 19 maakte Jennifer Baez Matos de theatermonoloog 'Wat moeten wij met jou doen?'. Naar aanleiding van die monoloog beschrijft ze voor Kif Kif een dag uit haar leven als 12-jarige. Een tekst over de diepe indruk die het gedrag van volwassenen kan maken op kinderen.

Toen ik twaalf was, veranderde mijn leven. Het kwam door één vraag. Een vraag die me onzeker maakte en me het gevoel gaf niet langer een onderdeel te zijn van het geheel. Een vraag die me leerde om na te denken over wie ik was in het systeem, wat ik betekende. Een vraag die me veel meer vragen deed stellen.

Ik zou graag even naast die twaalfjarige ik gaan staan. Ik zou tegen haar willen zeggen, dat een volwassene de taak heeft om een rolmodel te zijn. Dat het normaal is dat er nog niet zoveel antwoorden zijn, en dat het vragen zijn die een twaalfjarige zichzelf niet hoeft te stellen. 

Ik neem de lezer graag mee naar één blad uit het dagboek van die twaalfjarige ik.

Tram 3 (Zwijndrecht-Merksem) komt net op tijd aan, mijn loyale tram. Ik probeer mezelf naar binnen te wringen, zoals elke weekdag is het druk. Na enkele haltes komen er plaatsen vrij, ik zie er eentje en zet me neer. Oef, nu kan ik even mijn boekentas neerleggen. Ik kijk naar buiten en begin te mijmeren. Ik kijk hoe laat het is, want ik wil absoluut niet te laat komen. Dan moet ik langs de secretaresse, die me gaat vragen waarom ik te laat ben, en dan haalt ze mijn dossier erbij en gaat ze me ook vragen waarom mijn boeken nog niet betaald zijn. Iedereen die op dat moment ook te laat is, zal het dan horen.

Wat gaan ze dan van me denken? Ik heb haar ooit eens gezegd dat de tram onverwacht bleef staan. Ze antwoordde toen dat ik dan maar een tram vroeger moest nemen, maar dan ben ik veel te vroeg op school. Ik vind de ochtenden lastig, het brengt altijd stress met zich mee. Ik ben er bijna én ben mooi op tijd, ik druk op de bel zodat de tram zeker stopt. Ik wandel naar mijn school en piep snel wie er toezicht heeft op de speelplaats, ik ben opgelucht dat ik de secretaresse niet zie. Mijn vriendinnen zie ik wel, en ik ren naar hen toe.

Tien minuten later gaat de bel, dat is snel! Ik was net aan het vertellen dat ik bijna de choreografie van Janet Jacksons Try again ken. Mijn vriendinnen zeggen me dat ik dat goed doe. In rijen gaan we naar de klas. Ik zoek een bank om te gaan zitten. De leerkracht haalt de aanwezigheidslijst erbij en begint de namen af te roepen, op het einde zegt ze dat er een paar van ons langs het secretariaat moeten na de les, waaronder ik.

Ik begin te stressen en kijk door het raam naar buiten. “Jennifer!”, roept de leerkracht. “Wat is het antwoord?”, vraagt ze. Ik weet niet wat ze vroeg en panikeer. “Dan moet je niet naar buiten kijken!” roept ze. Iedereen kijkt naar me. Ik ben niet dom, denk ik, ik weet gewoon niet wat de vraag was. Wat voel ik me slecht. Wat gaat er subiet gebeuren? Hoe komt het eigenlijk dat mijn mama mijn schoolboeken niet kan betalen? Is dat zo raar? Heeft iedereen haar/zijn boeken al betaald dan?

De bel gaat. “Vergeten jullie je taak niet af te geven tegen morgen?”, roept de juf ons nog na. “Welke taak?” vraag ik aan mijn vriendin. “Heb je de leerkracht dan niet gehoord? Ze heeft het tijdens de les uitgelegd.” Ik ben met mijn gedachten ergens anders. “Leg het mij later uit, moet nu langs secretariaat”, wuif ik haar toe. Ik wandel door de gangen en hoe dichter ik bij het bureau van de secretaresse kom, hoe zenuwachtiger ik word.

Ik klop op de deur. “Kom maar binnen!” roept de secretaresse. Ik ben superzenuwachtig en zeg dat ik moest langskomen. “Ja, klopt! Jennifer, je boeken zijn nog niet betaald, leg dat eens uit?” Ik kijk weer naar buiten omdat ik niet weet wat ik moet zeggen, mijn handen worden warm en beginnen dan te zweten, mijn hart begint harder te kloppen en mijn ogen worden waterig. Ik kijk de secretaresse terug aan maar ze kijkt naar haar computerscherm, en ik zeg dat ik het aan mijn mama zal vragen. Ik blijf haar aankijken, maar weet niet of ze wel gehoord heeft wat ik zei. Nu weet ik niet wat ik moet doen, mag ik terug naar de klas, stoor ik haar? Ik bedenk me dat ik maar beter rustig doorga, want ik heb geen geld meegekregen van thuis en dit antwoord heeft ze al zo dikwijls gehoord. Ik zie dat ze gewoon verderwerkt en me negeert. Ik vraag me af of de secretaresse me wel graag heeft, ik denk van niet. Waarom zou ze me graag hebben, ik betaal mijn boeken niet.

Wat ben ik blij dat ik thuis in mijn kamer ben. Ik probeer de choreografie van Janet Jackson verder van buiten te leren. Ze lijkt me zo perfect, iedereen heeft haar graag. Zou er iemand zijn die haar niet graag heeft? Maar nee, ze is wereldberoemd. 

Jenny, a comer!” Joepie, het is etenstijd. Ik ren naar de tafel, oma heeft weer wat lekkers gemaakt. Het is mijn lievelingseten vandaag. Oma heeft me wel heel graag. Wat voel ik me gelukkig bij haar. Oma is de beste van de wereld. “Quiero mas!” Ik heb veel honger en ik wil nog. Het is bijna acht uur. Wat zijn deze momenten kort. Maar als ik blijf eten, mag ik misschien iets langer aan tafel zitten en gaat de tijd minder snel. 

Tijd om te gaan slapen. Even nakijken welke lessen ik morgen heb. O nee, er is die taak die tegen morgen af moet en ik ben mijn vriendin vergeten te vragen wat het was. Wat brengt die secretaresse mij altijd in de war wanneer ik haar bureau passeer. Ze geeft me het gevoel dat ik zo anders ben.

Wat ga ik morgen tegen de leerkracht zeggen? Zou ik zeggen dat de secretaresse mij zenuwachtig maakt omdat ze telkens over de rekeningen begint? Natuurlijk mag ik zo iets niet zeggen. Ik krijg weer buikpijn en mijn handen beginnen te zweten, ik voel me misselijk. Ik ga slapen.

De monoloog 'Wat moeten wij met jou doen?' is nog tot 18 mei te bekijken op Podium 19.
 



Over de auteur:

Theatermaker Jennifer Baez Matos komt op voor mensen die in onze maatschappij weinig kansen krijgen, door een moeilijke jeugd of vanwege hun afkomst. Haar website vind je via www.jenniferbaezmatos.com.