Voor de verklaringen van Daesh was er tot nog toe opvallend weinig aandacht. Een kritische analyse kan nochtans verhelderend werken.
Heel wat mediadebatten lijken het als vanzelfsprekend te beschouwen dat de aanslagen in Brussel in hoofdzaak uit religieuze motieven werden gepleegd. Vaak wordt de nuance toegevoegd dat de daders een specifieke extremistische interpretatie van de islam aanhangen die niet door de meerderheid van de moslims gedragen wordt. Maar tegelijkertijd ontwaar je in analyse- en opinieland ook telkens opnieuw de (vaak onuitgesproken) premisse dat er diep binnenin de islamitische traditie iets uiterst gevaarlijk verscholen zit en dat een groep als Daesh zich daarop baseert om zijn radicale ideologie uit te bouwen.
In de nasleep van de aanslagen in Parijs, beargumenteerde ik zelf in twee opiniestukken dat de huidige religieuze radicalisering meer het gevolg is van geweld dan de oorzaak en dat het theologische probleem van groepen als Daesh (IS) niet hun literalistische lezing is van de Koran, maar wel hun militaristische lezing.
Zijn die beweringen nog vol te houden in het licht van de recente aanslagen in Brussel?
Om die vraag te beantwoorden richt ik me tot de verklaringen die door Daesh zelf gegeven worden. Voor die verklaringen was tot nog toe opvallend weinig aandacht, maar een kritische analyse ervan kan toch verhelderend werken.
De eerste verklaringen
Op 22 maart leek Amaq News twee gelijkaardige verklaringen de wereld in te sturen waarbij Daesh de verantwoordelijkheid voor de aanslagen in Brussel opeiste.
“Strijders van de Islamitische Staat voerden op dinsdag een reeks bomaanslagen uit met bommengordels en springtuigen. Het doelwit was een luchthaven en een metrostation in het centrum van de Belgische hoofdstad Brussel, een land dat deelneemt aan de internationale coalitie tegen de Islamitische Staat. Strijders van de Islamitische Staat openden het vuur in de luchthaven van Zaventem alvorens verschillende onder hen hun bommengordels deden ontploffen, net zoals een zelfmoordmartelaar zijn bommengordel deed ontploffen in het station van Maalbeek. De aanslagen veroorzaakten meer dan 230 doden en gewonden.”
Het is bij dit alles wel van belang dat de betrouwbaarheid van Amaq News ter discussie staat. Het is schijnbaar onmogelijk om na te gaan of het werkelijk een nieuwsagentschap betreft dat officieel aan Daesh verbonden is. We kunnen immers enkel kunnen voortgaan op een zeer amateuristische Wordpress site of, naar verluid, enkele kanalen op een geëncrypteerde app zoals Telegram die snel verdwijnen omdat ze actief verwijderd worden door de ontwikkelaars van de app. Meer nog, de meeste publieke informatie over het nieuwsagentschap komt uiteindelijk van de behoorlijke controversiële private terreurmonitoringsorganistie ‘SITE’. De meeste internationale media lijken deze kwesties echter niet verder te onderzoeken, nemen het eenvoudigweg voor waar aan dat Amaq News een Daesh-persagentschap is, kopiëren elkaars citaten en voegen geen controleerbare bronnen toe aan de verklaringen die op dit moment weid verspreid op het net circuleren.
Niettemin, laat ons misschien toch het algemeen aanvaardde narratief volgen en veronderstellen dat die boodschappen inderdaad de visie van officiële Daesh instanties vertegenwoordigen tot het tegendeel bewezen is. Als we dat doen, wat kunnen we er dan van leren?
In elk geval zien we dat er geen melding wordt gemaakt van de wens om de hele wereld te islamiseren of elke persoon te vermoorden die er een ander geloof op na houdt. De uiteindelijke motivering voor de aanslagen is zeer helder en rechtuit: volgens de eerste verklaring is Brussel de hoofdstad van “een land dat deelneemt aan de internationale coalitie tegen de Islamitische Staat” en volgens de tweede verklaring heeft het “kruisvaarderland België (…) niet opgehouden met oorlog te voeren tegen de Islam en haar aanhangers.”
De tweede verklaring gaat daarenboven verder met een waarschuwing voor gelijkaardig geweld in de toekomst: “We beloven zwarte dagen voor alle kruisvaardernaties die zich alliëren in de oorlog tegen de Islamitische Staat, als antwoord op hun agressies ertegen.” In de laatste zin wordt Allah er uiteindelijk bij betrokken, maar niet zozeer als ‘motivatie’, wel veeleer als ‘invocatie’ voor hulp.
De volgende verklaring
Enkele dagen na de eerste verklaringen kwam ook een video bovendrijven waarin een Antwerpse Daesh-strijder in het Nederlands zijn visie op de aanslagen uiteen zet. De video toont de jongeman eerst in een drukke winkelstraat waar de voorbijgangers hem geen enkele aandacht schenken. Een volgend shot plaatst hem in het midden van de overblijfselen van gebombardeerde huizen. Een laatste en kortere scene, die plots in een studiosetting werd opgenomen, eindigt met de executie van een gevangene (die gekleed was in de typische naar Guantanomo refererende oranje kledij).
Wanneer we ons niet al te zeer laten afleiden door het gruwelijke einde (dat in de versie die ik te zien kreeg ook was weggeknipt) en een wat grondigere kijk nemen naar de vier minuten durende boodschap, dan zien we uiteindelijk exact dezelfde inhoud. Hij richt zijn boodschap “aan de Belgische bevolking, aan de Belgische regering, aan Europa, aan de hele wereld en aan de hele coalitie die de islamitische staat bestrijden”. Hij verwijt hen dat ze Daesh dagelijks bombarderen en bestrijden ‘met alle raketten en al het ijzer en vuur’ dat ze maar kunnen vinden. Zijn uitgesponnen betoog eindigt uiteindelijk als volgt:
“Daarom wil ik jullie zeggen dat de aanval in Brussel enkel en alleen de oogst is die jullie hebben gezaaid met jullie eigen handen. En ik zal duidelijke woorden gebruiken - en er zijn geen duidelijkere woorden dan de woorden van de almachtige wanneer hij zegt in het Heilige boek: ‘En doodt de afgodendienaren en doodt de ongelovigen, allen tesamen, zoals zij jullie doden.’ Zoals jullie ons volk bombarderen met F16's, zullen wij jullie doden. Zolang of zoals jullie onze vrouwen tot weduwen maken, zullen wij jullie vrouwen tot weduwen maken. En zolang jullie onze kinderen tot wezen maken, zullen wij jullie kinderen tot wezen maken. En weet dat de Almachtige enkel en alleen met de Godvrezende is.”
We zien dus opnieuw dezelfde politieke motivaties voor wraak. Wanneer God in zijn pleidooi betrokken wordt, is dat enkel op een algemene manier. Meer nog, wanneer hij helemaal op het einde dan toch de Koran citeert, doet hij dat niet op een letterlijk manier. Hij creëert wel een eigen vers door verschillende andere zinsneden tot één geheel samen te ballen.
Zo zou het kunnen dat hij een referentie wil maken naar de befaamde ‘vers van het zwaard’. Maar, zoals ik al in een vorige artikel uiteenzette, wordt die vers onmiddellijk gevolgd door de oproep om diegenen met rust te laten die geen verder kwaad willen berokkenen, om bescherming te bieden aan diegenen die asiel aanvragen en hen naar een veilige plaats te brengen. God is immers barmhartig, zo wordt gesteld.
Een andere vers die hij misschien wenst aan te halen is 16:126: “Als jullie [gelovigen] moeten antwoorden op een aanval, laat je antwoord dan proportioneel zijn.” Deze vers spreekt echter duidelijk over proportionaliteit in de context van een veldslag en wordt voorafgegaan door een vers die aanmaant tot ‘hoffelijk’ gedrag.
Een laatste mogelijkheid zou kunnen zijn dat hij 42:40 wenst te citeren: “Vergeld schade met gelijkaardige schade.” Op het eerste zich lijkt dat een typische ‘oog om oog’ uitspraak, maar diezelfde vers gaat verder met de woorden: “maar iedereen die vergeeft en alles weer recht trekt, zal zijn beloning bij God zelf vinden.” En drie verzen later lezen we daar: “Als iemand geduldig is en vergeeft, dan is dat het allerhoogste wat men kan doen.” (42:43)
Welke verzen hij ook wenst te citeren, hij negeert in elk geval zowel de tekstuele als de historische context en hij wordt tegengesproken door de verzen die er aan voorafgaan of er op volgen. Kortom: zijn enige expliciete referentie naar de islamitische traditie, is niets meer dan een aggressieve one-liner die misschien wel past in zijn militaire exposé, maar die weinig met de traditie te maken heeft.
Conclusies
Indien dus de verschillende geciteerde verklaringen inderdaad officiële boodschappen van Daesh bevatten, dan kunnen we daaruit een paar eenvoudige conclusies trekken.
1. De initiële voorstellen (dat religieuze terreur niet zozeer de oorzaak is van geweld maar veeleer het ‘antwoord’ erop en dat deze terreur niet gelegitimeerd wordt door een literalistische maar wel door een militaristische lezing van heilige teksten) houden zonder problemen stand.
2. Ze lijken niet erg geïnteresseerd om hun boodschap te onderbouwen met grondige verwijzingen naar de Koran of de Soenna.
3. Ze proberen zaken te legitimeren die elke normale religieuze persoon in de wereld spontaan ronduit afgrijselijk zou vinden. Hun verdraaide zin voor rechtvaardigheid, die hen er toe brengt onschuldige burgers te doden, maakt hen dus even crimineel als de politieke leiders die ze zo heftig beschuldigen. (Drie dagen voor de aanslagen in Brussel, bijvoorbeeld, werd de universiteit van Mosul gebombardeerd door Amerikaanse vliegtuigen, waarbij ongeveer 50 burgers om het leven kwamen en zo’n 120 mensen gewond raakten.)
4. Of het nu in Mosul is of in Brussel, onschuldige burgers zijn niet zozeer het slachtoffer van religieuze overtuigingen. Zij zijn bovenal het slachtoffer van krankzinnige oorlogsstokers. Of die religieus zijn of seculier is daarbij van weinig belang.