Black hanteert een combinatie van registers en mag niet beoordeeld worden op basis van zuivere criteria
Elk product, zij het een roman, een film of wat dan ook, houdt zijn eigen beoordelingscriteria in. Dat is een fundament van de kritiek. Dat gezegd zijnde, zou het oneerlijk zijn om Black te beoordelen met arthouse criteria, bijvoorbeeld, want Black is geen arthouse film. Het zou ook oneerlijk zijn om Black te beoordelen met dezelfde criteria als de vorige films van regisseurs Adil El Arbi en Bilall Fallah (Image, Broeders, Astaghfiro en Coupe Ghoroto) want Black vertrekt niet vanuit dezelfde maatschappelijke urgentie als zijn voorgangers. Een voor een waren hun vorige films een poging om diepte te geven aan gestigmatiseerde personages, aan clichés. Begrippen zoals de goeie, de slechte of de Marokkaan stelden ze voortdurend in vraag met afwisselende mate van succes. In Black gaat dat grotendeels verloren.
De personages van Black belichamen alles wat slecht is. Kleine diefstal, roekeloos rijgedrag, machismo, drugs, moord, (groeps)verkrachting(en), zinloos geweld, gebrek aan respect voor de mens, het leven en de samenleving, oppervlakkigheid, lafheid, misbruik van racisme als excuus voor de eigen mislukking, you name it. Het goede, dat wat de overgrote meerderheid van de mensen typeert, is hier de uitzondering. Dat hierin liefde kan ontstaan is een mirakel, maar ja, de liefde is een mirakel.
Zo wordt het verhaal van Marwan en Mavela de rode draad doorheen de film. Marwan en zijn vrienden, de 1080’s, zijn alleszins geen engelen. Mavela werd ondertussen verleid door de stoere uitstraling van een Brusselse stadsbende, de Black Bronx. Een Romeo en Julia verhaal, wordt vaak gezegd, maar dat is het niet helemaal. Daarvoor wordt het accent te weinig op hun verhouding gelegd, in vergelijking met het accent dat gelegd wordt op de dynamiek van Brusselse stadsbendes. Black beoordelen met de parameters van een tragisch liefdesverhaal zou dus ook niet helemaal gepast zijn.
Black zou vooral beoordeeld moeten worden met actieprent parameters, want dat is de weg die de film bij momenten lijkt in te slaan, maar ook dat zou onvoldoende zijn. Black is ruw entertainment. Black mag rekenen op geweldige acteerprestaties, vlekkeloze cameravoering en een montage die geen ruimte laat voor verveling. Black berust ook op herkenbaarheden, voorspelbaarheden en platitudes, maar is dat niet wat je ook zou verwachten van het genre? Coole beelden, goeie muziek, schreeuwen, schoten, vechtpartijen, the full monty. Maar een laag rauw realisme brengt de film dichter bij Kids of Cidade de Deus dan bij zeg maar de Fast and Furious-franchise. De dialogen van Black zijn alleszins pittig, de glimlachen oprecht, de pijn besmettelijk, en dat is een verdienste.
Black is geen Irréversible: het zou belachelijk zijn deze film af te doen als een té gewelddadige prent. Zeker in tijden wanneer men vrijwillig naar onthoofdingen kijkt, zou het hypocriet zijn om Black af te rekenen op het weergeven van een gewelddadige tijdsgeest. Maar dat verlost de makers niet van het sadistische karakter van hun (toch niet zo expliciete) verkrachtingsscènes. Dat de samenhang van het verhaal niet altijd even sterk is, dat de rivaliteit tussen stadsbendes onvoldoende uitgewerkt is, dat mag je de film wél verwijten, want een correct uitgewerkt verhaal hoort er altijd bij. Dat de personages soms karikaturaal overkomen valt anderzijds in een grijze zone.
Het zou ten slotte oneerlijk zijn om deze film te beoordelen op basis van etnische eigenschappen van de makers. Als een zwarte man in Canada zich terecht gestigmatiseerd voelt door deze film, zou het flauw zijn om ineens te antwoorden met maat, ik ben ook een Afrikaan. Eén film mag niet anders beoordeeld worden als die door twee makers van Marokkaanse origine wordt gemaakt, of door Hans Herbots. Als deze film door Herbots werd gemaakt, zouden die close ups van sadistische zwarte mannen ongemakkelijke verwijzingen naar The Birth of a Nation oproepen. Ik zie niet waarom dat nu niet het geval zou zijn. Want er is een dunne lijn tussen street credibility geven aan een verhaal (zoals de filmpromotie van Black de leiding van de streetwise regisseurs verwelkomt) en het misbruik van street credibility om een grimmige onderwereld waar iedereen zwart is enigszins aanvaardbaar te doen lijken. Zeker na de eigen inspanningen om die vicieuze cirkel van vijandige beeldvorming te doorbreken.
Black hanteert een combinatie van registers en mag niet beoordeeld worden op basis van zuivere criteria. Daardoor lijkt de film gedoemd gepolariseerde reacties te ontketenen. Tja, ‘gedoemd’… polarisering is ook een verkoopstrategie. De film doet het in ieder geval goed en zal het goed blijven doen. Met een Dropbox Discovery Award in Toronto en een Publieksprijs in Gent is Black goed vertrokken. Zelfs Brusseleirs van 't joêr zijn ze geworden, Fallah en El Arbi! Dat de regisseurs al een deal gesloten hebben met het Amerikaanse Creative Artists Agency geeft aan dat we nog veel zullen horen van de jonge en getalenteerde filmmakers. En geen enkele recensent zal dat tegenhouden.
PS1: El Arbi verdedigt vaak de meest bekritiseerbare aspecten van hun film met een verwijzing naar Goodfellas van Martin Scorcese. Dat Scorcese zo'n brutale film maakte over misdadigers uit zijn ‘eigen gemeenschap’ zou ergens kunnen rechtvaardigen dat hij en Fallah een brutale film zouden kunnen maken over Brusselse bendes van mensen van allochtone origine. El Arbi lijkt de effecten van een negatieve beeldvorming te willen relativeren met de alleszins correcte stelling dat niemand conclusies mag trekken over ‘Italianen’ aan de hand van Goodfellas. Het mensdom blijkt helaas anders te functioneren, want Amerikanen van Italiaanse afkomst hebben toch wel last gehad van stereotypering, en dat valt gedeeltelijk te danken aan het reduceren van hun identiteit in film tot maffiosi. De kritiek op Black valt dus niet zomaar weg te relativeren: als het zo eenvoudig was als “men mag geen conclusies trekken over groepen mensen aan de hand van het beeld dat in de media wordt verspreid”, dan was Image, bijvoorbeeld, niet nodig geweest.
Goodfellas is anderzijds gebaseerd op feiten. Op een waargebeurd verhaal, in eerste persoon verteld door wie het allemaal meemaakte, geschreven door een journalist die jarenlang ervaring had met ‘the mob’ en geregisseerd door iemand die in nauw contact met dat milieu is opgegroeid (voor Goodfellas, was er ook Mean Streets). Goodfellas is geen fictie waar feiten (niemand zal ontkennen dat stadsbendes bestaan), getuigenissen en horen zeggens samen gegoten worden door mensen voor wie dit verhaal anders een even ver-van-mijn-bed-show is als voor de gemiddelde toeschouwer. Dat zijn grote verschillen die een zichtbare afstand creëren tussen Goodfellas en Black, en verklaren waarom één film beter en complexer is, meer diepgang biedt en legitiemer wordt dan een andere.
Mag je dan geen controversieel verhaal vertellen dat je zelf niet meegemaakt hebt? Natuurlijk mag je dat! Zolang je bewust bent van het eventuele stigmatiseringspotentieel en terechte kritiek niet zomaar van tafel veegt. Zeker niet met een verwijzing naar een verhaal dat precies zo rijk is omdat het eerstehands wordt verteld.
PS2: Op de beslissing van sommige zalen om de film niet te programmeren - beslissing die alleszins onze verontwaardiging waard is (hoewel minstens één zaal niet uit angst handelde, maar uit esthetische overwegingen) - reageert Fallah met een nu al iconisch "fuck politieke correctheid". Achteraf gezien zou dat ook een adequate 'tagline' zijn voor de film. 'Black: fuck politieke correctheid'. Meerdere filmcritici voelen zich opmerkelijk genoeg 'entitled' om te spreken in termen van "negers" en "jattende kutmarokkanen" in hun recensies over de film. Het is nog de vraag of dat een neveneffect van de film is, of van de wervende oneliner van Fallah.
Black, van Adil El Arbi en Bilall Fallah. Vanaf 11.11 in de bioscoop.
>>> Lees meer filmnieuws en recensies op Kif Kif Filmblog