De heruitvinding van Latijns-Amerika

Nog tot 06.08 loopt in BOZAR de tentoonstelling “Latin American Cartographies: art, social cohesion and urban landscapes”. Het resultaat van een maandenlang traject dat artistieke praktijken samenbrengt rond mensenrechten, onderwijs, burgerschap, stedelijkheid, gezondheidszorg of geweld.

Over de tentoonstelling “Latin American Cartographies: art, social cohesion and urban landscapes”, tot 6 augustus te zien @ BOZAR.

Latijns-Amerika is een onderbelicht subcontinent. Onder andere daarom valt het al toe te juichen dat het Brusselse BOZAR ruimte maakt voor “Latin American Cartographies: art, cohesion and urban landscapes” en ons wil aansturen om onze aandacht daar op te vestigen. De Nederlands-Panamese curator Antonio José Guzmán noemt dit geen tentoonstelling, maar een laboratorium; hij ziet kunst namelijk als een proces. Het is ook een pilootproject. Een hybride project is het ook: een combinatie van workshops en residenties, een 18 maanden lang traject dat artistieke praktijken samenbrengt rond prangende kwesties zoals mensenrechten, onderwijs, burgerschap, stedelijkheid, gezondheidszorg of geweld. Inhoudelijk zorgt de museografie voor samenhang en maakt de hardere boodschappen enigszins verteerbaar.

Vijf Latijns-Amerikaanse steden werkten elk rond een bepaald onderwerp: Puebla rond het geheugen, Medellín rond weerkracht, San Salvador rond geweld, Lima rond leren en Curitiba rond mobiliteit. De zoektocht levert interessante reflecties op heel veel vlakken. Zo wordt in ‘El Juego’ een voetbalmatch georganiseerd door kunstenaarscollectief The Fire Theory, op zoek naar verzoening. Maar het is geen match tussen ex-militairen en ex-guerrillastrijders: de teams worden zodanig samengesteld dat elke speler aan dezelfde kant staat van een ex-vijand. In een land dat ooit een ‘voetbaloorlog’ vocht tegen noorderbuur Honduras, is dat een statement van formaat. Het gaat over een verzoening waar de overheid nooit werk van heeft gemaakt, dus The Fire Theory doet het dan maar zelf. Ze exploreren wat er gebeurt als de vijand van weleer je buurman wordt in Morazán, een belangrijke conflictzone tijdens de jaren ’80.

De audiovisuele registratie van ‘El Juego’ is niet het enige project waarin de kunstenaars fungeren als “vormgevers van het verleden”, het geheugen is echter vaak aanwezig door de werken heen. Zo exploreert ook het Mexicaanse collectief Método Salgari het onroerende erfgoed van Medellín door het werk van de Belgische architect Agustín Goovaerts, die imposante gebouwen ontwierp die ofwel verdwenen zijn, ofwel een totaal andere functie vervullen in de huidige stedelijke context dan die waarvoor ze werden gemaakt.

Activisme en verzet krijgen een belangrijke plaats in dit laboratorium. Dat hoeft niemand te verbazen wanneer het gaat over een continent in constante heruitvinding, bakermat van zowel dictaturen als revoluties. Kunstenaars maken onder andere zichtbaar wat de gevolgen zijn van de investering in de uitbreiding van de voetbalstadium van Curitiba (voor de 2014 FIFA World Cup) en bevragen daarmee de gevolgen van ‘vooruitgang’ en van ‘buitenlandse oplossingen’ voor de lokale problemen, een dilemma waar alle ontwikkelingslanden altijd mee geworsteld hebben. Het ontwerp van een fictieve stad, Curillín de Medetiba (een speelse mix van de namen Medellín en Curitiba), geeft dan het zeer herkenbare conflict weer tussen private en publieke belangen, tussen de geplande en de geïmproviseerde stad, maar ook de potentiele impact van kunst en cultuur op het dagelijks leven in de reële megapolis.

Een van de meest indrukwekkende bijdragen komt van de Nederlandse-Colombiaanse schilderkunstenares Raquel Van Haver. Monumentale schilderijen leggen een bijzondere band tussen Europese en Latijns-Amerikaanse contexten en verbeelden de veelzijdige identiteit van mensen met een migratieachtergrond zoals zijzelf. De kunstenares neemt mensen ernstig die vaak gestigmatiseerd worden, zij het als patsers, macho’s of criminelen, minderheden die op zoek zijn naar hun plek ondanks afwijzing en hun culturele bagage weigeren achterwege te laten. Of integendeel, ze toont wat mensen die hun roots verloochenen meemaken. Haar werk geeft globalisering weer, maar tegelijk ook het lokale dat daaronder dreigt te verdwenen. 

 

Curator Guzmán betreurt de afwezigheid van een aantal landen die vandaag complexe evoluties meemaken en daarom de ideale context vormen voor een dergelijke zoektocht, maar hij ziet die afwezigheid als een noodzakelijk kwaad, als collateral damage voor de nood aan focus in zulk grootschalig project. Hij ziet dit project ook als een belichaming van de vele dromen van een verenigd Latijns-Amerika, vertrekkende vanuit het koloniaal idee van de cartografie, vanuit de toe-eigening van een strategie die destijds werd opgelegd om volkeren te verdelen en er over te heersen en die nu te gebruiken om mensen te verenigen.

Maar ook naar Europa toe wordt een boodschap gericht. Europa kan namelijk, zoals ooit gezegd door Dilma Rousseff, leren van het Latijns-Amerikaanse vermogen om met etnisch-culturele diversiteit om te gaan, om een discours om te zetten in een praktijk, om de mix van invloeden te zien als een rijkdom, als een manier om iets nieuws te laten ontstaan. Om te evolueren naar een idee van “democratische en multiculturele waarden”, in de woorden van Guzmán.

Latin American Cartographies: Art, Social Cohesion & Urban Landscapes. Nog tot 06.08 @
BOZAR. Vrije toegang. Meer info:
www.bozar.be