Een venster op een rechtvaardige wereld

Karst van Zwet recenseerde het boek 'Voor wie willen we zorgen - Ecofeminisme als inspiratiebron' van Dirk Holemans, Marie-Monique Franssen en Philsan Osman. "Het boek biedt een nieuw kader dat het mogelijk maakt om een radicaal andere wereld te bedenken, gebaseerd op een wereldbeeld dat volledig haaks staat op de huidige dominante normen en waarden."

In eerste instantie wordt in het boek de nood aan een nieuw perspectief besproken op wat het betekent om zorg te dragen en voor wie. Het oorspronkelijke ecofeminisme bekijkt dit vanuit de vernietiging van de natuur, en hoe ditzelfde mechanisme ook actief is in de onderdrukking van vrouwen. Een belangrijke toevoeging van dit nieuwe onderzoek is de kritische blik van onder andere van de onderzoekster Philsan Osman, die dit perspectief terug in balans brengt door minderheden en gemarginaliseerde gemeenschappen als katalysator centraal te stellen. Het inzicht dat huidige globale problemen zo nauw met elkaar verbonden zijn dat deze niet los van elkaar kunnen worden opgelost, is de kracht van dit boek. Klimatologische rechtvaardigheid kan enkel bestaan met gendergelijkheid en zonder racisme.

Het nieuwe ecofeminisme doorbreekt de muur tussen algemene dualistische opvattingen zoals mens versus natuur, man versus vrouw of West versus Oost als verschillende concepten

In de moderne Westerse opvatting over zorg zit een hiërarchie verscholen dat bepaalde culturele gemeenschappen en hun waarden inherent boven anderen plaatst. Het meest sprekende voorbeeld hiervan is de neerbuigende houding van de Westerse medische wetenschap tegenover duizenden jaren oude inheemse medische kennis. Het nieuwe ecofeminisme doorbreekt de muur tussen algemene dualistische opvattingen zoals mens versus natuur, man versus vrouw of West versus Oost als verschillende concepten. Dat dit denken in verschillen vaak ten grondslag ligt aan de disproportionele onderdrukking van vrouwen en minderheden van kleur is de belangrijkste winst van intersectionaliteit en systeemdenken dat centraal staat binnen het nieuwe ecofeminisme.

Het ontmantelt een begrip van macht, kennis en zijn die overgeërfd zijn van koloniale moderniteit en haar raciale categorieën. Het onderstreept die andere manieren van denken die afkomstig zijn uit ‘ruimtes die het zwijgen zijn opgelegd, onderdrukt, geluidloos gemaakt, gedemoniseerd en ondergewaardeerd door een zichzelf op de schouder kloppend Westen dat al eeuwenlang een politiek van vernietiging en economische crisis voortduwt'.

Ideologische dominantie en gezondheidszorg

De huidige dominante blik op zorg is er een van instrumentele aard, gedefinieerd aan de hand van technische en wetenschappelijke vooruitgang van medische instrumenten en experimentele medicijnen en behandelingen. Dit perspectief is het intellectuele kleinkind van de 17e eeuwse verlichting en een nawee van het kolonialisme. Westerse zorg is niet neutraal maar beladen met ideologie en historie, die het ethische denkkader ervan ommuurt. Veel van de ontsporing en ongelijkheid in de zorg is indirect het gevolg van deze vervreemding. De mens in het Globale Zuiden delft het onderspit omdat het Globale Noorden in hun wereldbeeld het ‘eigen ik’ buiten de gedeelde natuur plaatst. Daarbinnen moeten wij allen het leven delen.

De moderne zorg is verspreid over de wereld en verdrukt vaak andere manieren van zorg dragen. In de laatste eeuwen heeft de mens veel vooruitgang geboekt, maar daarmee ook alle natuurlijke systemen veranderd die het leven ondersteunen op aarde en in de natuur. Het antropoceen, de tijd waar de witte en Westerse mens de norm is, beïnvloedt al het leven op aarde en wij zijn hard op weg al het resterende leven op aarde voor altijd in de naam ervan te vernietigen. Hebben wij de macht om deze koers te veranderen en onderdeel te worden van de oplossing in plaats van het probleem? Het is zeker nog niet te laat maar de mogelijke opties zijn wel beperkt.

Het boek biedt een nieuw kader dat het mogelijk maakt een radicaal andere wereld te bedenken, gebaseerd op een wereldbeeld dat volledig haaks staat op de huidige morele normen en waarden

Het ecofeminisme kan een fundament zijn voor een culturele omslag die mensen moeten maken in hun hoofd om in te zien dat mens en natuur één zijn. De natuur staat niet los van de mens en deze twee waren ooit met elkaar verweven. De enige manier om een volledige natuurramp en sociale ontwrichting te voorkomen, is te erkennen dat de mensheid zonder uitzondering een essentieel onderdeel is van het ecosysteem. De intersectionaliteit en het systeemdenken van deze theorie helpen ons na te denken over hoe wij als mensheid weer zorg kunnen dragen voor alles en iedereen.

'Natuur' en zelforganiserende processen

Uiteraard zijn deze ideeën niet nieuw, maar ze zijn wel in de vergetelheid geraakt in grote delen van de wereld. Een van de belangrijkste redenen hiervoor is dat het oorspronkelijke ecofeminisme zich alleen richtte op de intersectie van natuur en witte vrouwen en daarbij voorbij ging aan opvattingen over de onlosmakelijk verbondenheid tussen begrippen van ras en klasse. Wat Philsan Osman goed gezien heeft is dat de eerste ideeën van het ecofeminisme haar relevantie verloren hebben omdat het alle vrouwen met verschillende identiteiten op een hoop gooit. Kan deze verbreding een perspectief bieden om ons huidige ecologische en sociologische omstandigheden beter te begrijpen, verbeteren en herstellen?

Het boek biedt als inspiratiebron vooral een nieuw kader dat het mogelijk maakt een radicaal andere wereld te bedenken, gebaseerd op een wereldbeeld dat volledig haaks staat op de huidige morele normen en waarden. Het ontmaskert de diepgewortelde aannames in universaliteit en vrijheidsbewegingen dat de de nood aan vrijheid, gelijkheid en broederschap voornamelijk definieert als wit en mannelijk.

Wat Philsan Osman goed gezien heeft is dat de eerste ideeën van het ecofeminisme haar relevantie verloren hebben omdat het alle vrouwen met verschillende identiteiten op een hoop gooit

Zowel de historische als mythische natuur staan aan het begin van de menselijke beschaving en flora en fauna van de natuurlijke wereld. Voedingsgewassen, geneeskrachtige kruiden, om hun kleur, vorm en parfum bewonderde bloemen, het groeide er alles in samenhang met mens en dier. De moderne zorg is roofzuchtig en gewelddadig terwijl het ecofeminisme is afgestemd op de onderlinge leefbaarheid van de vele functies en variëteiten.

Daarom is het venster van het ecofeminisme er een van hoop, de wieg van de cultuur van de toekomst. Uit haar groeit het bewustzijn van de onderlinge solidariteit, als symbool van vruchtbaarheid, creativiteit en gelijkheid. Onze verhouding tot de wereld moet veranderen zodat het niet langer een gebied is dat wij aan de macht van onze berekeningen willen onderwerpen, maar juist een paradijs wordt van water, aarde, lucht en vuur waarin wij in harmonie met alles en iedereen kunnen leven.

Holistische en zelforganiserend processen zijn fundamenteel voor de natuur en inheemse systemen. Kort samengevat zijn het open processen waarbij in ‘chaos’ structuren ontstaan doordat onderdelen van binnen dit systeem vrije interacties met elkaar aangaan. In de natuurkunde en biologie ontstaan dit soort processen als er voldoende energie beschikbaar is, die een zelforganisatie veroorzaakt door willekeurige schommelingen, die vervolgens weer door een positieve terugkoppeling versterkt worden. Ik ben ervan overtuigd dat het boek ecofeminisme als inspiratiebron de potentie heeft om dit voor elkaar te krijgen en dat het een van de fundamenten kan zijn voor een duurzame zorg voor iedereen in de nabije toekomst.



Over de auteur:

Karst van Zwet woont in Antwerpen en komt oorspronkelijk uit Nederland. Hij studeerde Archivistiek aan de Reinwardt Academie van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Hij zette zijn kennis onder meer al in voor het ordenen van de antiracistische bibliotheek van Kif Kif.