Er is niet te weinig maar te véél inmenging in Syrië

De militaire en politieke druk op Syrië wordt opgevoerd en daar bovenop houden Europese economische sancties het land al 18 maanden in de tang. Het zijn gevaarlijke ontwikkelingen, die van Syrië een nieuw Irak kunnen maken.
Er is niet te weinig maar te véél inmenging in Syrië
 

De militaire en politieke druk op Syrië wordt opgevoerd: NAVO-raketten voor buurland Turkije, diplomatieke erkenning voor een groep opposanten (de SNC) als 'enige legitieme vertegenwoordiger van het Syrische volk' in de plaats van de Syrische regering, wapentuig en steun voor de rebellen. Dat alles komt bovenop Europese economische sancties, die al 18 maanden het land in de tang houden. Het zijn gevaarlijke ontwikkelingen, die van Syrië een nieuw Irak kunnen maken.

In dit artikel werpen we eerst een blik op de gevolgen van de bestaande economische sancties voor het Syrische volk. Daarna schetsen we de grote lijnen van de politieke en militaire inmenging waarvan Syrië op dit moment het slachtoffer is. Vervolgens plaatsen we die inmenging in een breder perspectief : welke geopolitieke belangen spelen mee? We komen tot de conclusie dat inmenging in Syrië niet de oplossing is, maar een deel van het probleem.

Een standpunt tegen inmenging

Wat weten we over het conflict in Syrië? Niemand kan zeggen hoeveel Syriërs precies de regering steunen, hoeveel er de rebellen genegen zijn, hoeveel er afzijdig blijven in het conflict. Dat het geen zwart-witverhaal is, is duidelijk. Voor intal verandert dat echter niets aan het volgende principe:

Uiteraard heeft het Syrische volk, net zoals het Belgische volk, het volste recht om in verzet te komen tegen haar regering. Maar dat recht behoort per definitie enkel toe aan de Syriërs zelf. Elke inmenging – politiek of militair – door vreemde mogendheden in de interne aangelegenheden van Syrië, is een schending van de Syrische nationale soevereiniteit.
En daar wringt het schoentje. Syrië is vandaag het toneel van verregaande buitenlandse inmenging. 'De internationale gemeenschap kijkt machteloos toe', horen we soms. Niets is minder waar. De interventie is al volop bezig.

Sancties zijn slecht voor de gezondheid

Laten we eerst even inzoomen op de gevolgen van de Europese sancties tegen Syrië, van kracht sinds 11 maart 2011. De sancties treffen de hele Syrische bevolking, de meest kwetsbaren eerst. Wat betekent dat, bijvoorbeeld, voor hun recht op gezondheid? We citeren het medische vaktijdschrift The Lancet van juni 2012:

« For more than 1 year Syria has faced economic sanctions the direct and indirect effects of which are devastating. The value of the Syrian pound has collapsed, and the price of basic essentials such as milk, eggs, and rice has more than doubled. The cost of heating oil has increased more than threefold, with a direct effect on the ability of health services to function (eg, the vaccine chain). With thousands of job losses, the ability of people to afford basic essentials and medicines for vulnerable groups such as pregnant women, children, and older people has become nigh on impossible. Sanctions have also affected the ability to maintain clean water supplies, with increased concerns for waterborne infections and diarrhoeal diseases, especially in children. The plight of those fleeing from violence in refugee camps is dismal and a source of serious psychological distress, especially for children who do not understand what is happening. »

Willen we met Syrië de weg op van Irak? Daar maakten alleen al de sancties, nog afgezien dus van de militaire agressie, 500.000 doden. Het Irakese drama liet zich trouwens ook in buurland Syrië voelen: Syrië vangt meer dan 1 miljoen Irakese vluchtelingen op. Anders gezegd: de Europese sancties zijn al een vorm van oorlog. Maar er is meer. De interventie is al bezig

 

Turkije als uitvalsbasis voor de rebellen

Internationale bendes van islamistische strijders krijgen op Turks grondgebied, met instemming van de AKP-regering, geld, logistieke steun, training en bovenal vrije doorgang aan de Syrische grens. 

Turkije speelt een centrale rol in de destabilisering van Syrië. Dat Turkije begin december van haar NAVO-bondgenoten Patriot-raketten kreeg « om zich te beschermen » tegen Syrië is dus de wereld op zijn kop. Het zou echter verkeerd zijn om te doen alsof NAVO-lidstaat Turkije alleen handelt. Ook de VS, Frankrijk, Qatar,... én België mengen zich

Ook de VS, Frankrijk, Groot-Brittannië en de petro-monarchiën Saudi-Arabië en Qatar steunen de rebellen politiek én militair – met geld, wapens en inlichtingen. Al die landen vuren het gewapende conflict mee aan.

En via de NAVO en de EU is ook ons eigen land, België, betrokken partij. De Belgische minister van Buitenlandse Zaken, Didier Reynders, laat zich niet onbetuigd.

Eind juni 2012 gaf Reynders te kennen voorstander te zijn van « een interventie buiten het kader van de VN » (een illegale oorlog dus, zoals die tegen Irak in 2003). Hij is ook regelmatig te gast op de bijéénkomsten van de zgn. « Vrienden van Syrië », de club van landen die een regimewissel willen in Syrië. Op 12 december waren ze samen in Marrakech. Net nu de druk op Syrië steeds meer wordt opgevoerd, liet Reynders weten dat ons land bereid is om ook eens zo'n vergadering van de « Vrienden van Syrië » te organiseren.

De Syrische Nationale Coalitie

Die « Vrienden van Syrië » hebben alvast hun eigen nieuwe, toekomstige machthebbers van Syrië aangeduid. De Syrische Nationale Coalitie (SNC), gedomineerd door de Syrische Moslimbroeders, zag begin november 2012 het licht in Doha, onder toezicht van de regering – dwz van de koninklijke familie – van Qatar.

De SNC werd in november al erkend door o.a. Frankrijk en Groot-Brittannië, en sinds midden december ook door de VS en de hele EU. België deed dat op 10 december, en op 12 december verklaarde Didier Reynders dat de SNC een vertegenwoordiging mag komen openen in Brussel

Al deze mogendheden beschouwen de SNC als de 'legitieme vertegenwoordiger van het Syrische volk', in de plaats van de Syrische regering. Dat is een bepaald ondemocratische (zeg maar koloniale) manier om de leiders van een onafhankelijk land aan te duiden.

De destabilisering van Syrië in breder perspectief

Maar moeten we dan niets doen? Voor we als buitenstaanders op zoek gaan naar een 'oplossing' voor Syrië, moeten we ons misschien de vraag stellen : « Hoe maken we het niet nóg erger? ».
« First do no harm »

Aansturen op een gewapende regimewissel in Syrië houdt grote gevaren in. Er dreigt voor Syrië balkanisering op basis van religieuze en regionale verschillen. Wellicht ontaardt het conflict in een langdurige burgeroolog, die de hele regio destabiliseert. Daar zien we vandaag al de voortekenen van in Libanon. Nóg meer inmenging zou de regio dus verder in chaos storten, met alle gevolgen van dien voor de bevolking: humanitaire catastrofes en verdere economische en sociale achteruitgang, zoals in Irak en Libië.

Hoeft dat te verbazen? Het woord 'interventie' klinkt neutraler dan de brutale realiteit die erachter schuil gaat. Op een debat over Syrië merkte Jean Bricmont het volgende op: « De cruciale vraag in verband met interventies is: 'wie intervenieert?' Interveniëren kan enkel met het akkoord en de steun van het Amerikaanse leger, het enige leger dat daar sterk genoeg voor is. Het 'humanitaire' interventiestandpunt klinkt goed, maar komt er dus in de praktijk op neer dat je de zorg voor het oplossen van de mensenrechtenproblemen in de wereld toevertrouwt aan de Amerikaanse luchtmacht. Die kan enkel bombarderen, en dan nog met onbemande vliegtuigen. »

Inmenging betekent m.a.w. wapengekletter. De les van de oorlogen in Afghanistan, Irak en Libië is duidelijk: « Interventie is het probleem, niet de oplossing » . Maar als interventies zoveel schade aanrichten, waarom dan keer op keer dezelfde fout maken? Of is dat een naïeve vraag?

Syrië slachtoffer van geopolitiek

Net zoals in die vorige oorlogen zijn de goede bedoelingen waarmee de inmenging in Syrië verpakt wordt, maar schijn. Welke belangen spelen zoal mee? Syrië is geostrategisch gesproken een belangrijk land. We stippen slechts drie punten aan:

• In het Westen grenst Syrië aan Israël, waarmee het nog steeds in staat van oorlog is omdat Israël de Syrische Golanhoogte bezet houdt - een gebied dat niet alleen veel kostbaar water heeft, maar als uitkijkpost over de regio ook militair-strategisch van grote waarde is.

• Syrië is een bondgenoot van Iran, een land met grote olievoorraden maar dat 'zondigt' door een van het Westen onafhankelijke koers te varen. Het Westen wil Iran isoleren.

• Syrië onderhoudt goede relaties met Rusland en China. Syrië kijkt voor haar ontwikkeling naar het Oosten in plaats van het Westen. Zeker in tijden van crisis, is dat niet wat de VS en Europa wensen.

Conclusie

Het conflict in Syrië heeft een sterk internationale dimensie. Syrië is vandaag het slachtoffer van inmenging door verschillende Westerse mogendheden en hun feodale bondgenoten uit de regio.

De mooie woorden waarmee die machtige landen hun inmenging verpakken, zijn volstrekt ongeloofwaardig. « Democratie », « mensenrechten », « burgers beschermen » - wie gelooft dat nog? Na Afghanistan, Irak en Libië weten we wel beter : oorlog brengt alleen het tegendeel daarvan.

De echte drijfveer voor de Westerse inmenging ligt elders. Zoals verwoord in de visie-tekst van intal:

« De Verenigde Staten, de Europese Unie en de andere rijke industrielanden willen dat hun multinationals op de rug van de derdewereldlanden nog méér winst maken door nog méér grondstoffen en afzetmarkten in te palmen en goedkope arbeidskracht uit te buiten. (...) De grootmachten, de Verenigde Staten op kop, gebruiken economische en politieke druk om hun wil op te leggen. De VS schrikken er niet voor terug om oorlogen te ontketenen en militair te (laten) tussenbeide komen tegen landen en bewegingen die niet in de pas lopen. »

De economische crisis zal deze logica alleen maar verscherpen. Aan ons om te zeggen: 'Niet in onze naam!'
Daarom vraagt intal aan de Belgische regering om een non-interventiepolitiek te voeren en deze ook te verdedigen binnen de EU en op internationale fora.

Het principe van de nationale soevereiniteit kwam niet toevallig tot stand na Wereldoorlog II. Buitenlandse inmenging vandaag opnieuw voorstellen als aanvaardbaar in de internationale betrekkingen, om 'humanitaire redenen', plaatst ons op een hellend vlak. Als elk land zich mag mengen in elk ander land, zetten we de deur open voor de oorlog van allen tegen allen. Daar hebben alleen de sterke landen baat bij.