Geschiedenis en ontwikkeling tot wereldreligie | “Het basisidee is gelijkheid” [interview met Jan De Zutter - Deel II]

Over Jan De Zutter, zijn ervaring in de moderne hekserij en neopaganisme.
Geschiedenis en ontwikkeling tot wereldreligie | “Het

Niet alle paganisten zijn fantastische mensen, want elke religie lokt ook onevenwichtige figuren. Religie is een gevaarlijk medium, omdat mensen zich daar kwetsbaar opstellen.

 

Jan De Zutter studeerde kunstgeschiedenis en oudheidkunde aan de UGent, is journalist geweest bij DeMorgen en momenteel woordvoerder van de SP.A-fractie in het Europees parlement. Hij heeft verschillende boeken geschreven en woont in Antwerpen. Daarnaast is Jan ook neopaganist. We praten met hem over de geschiedenis van neopaganisme, de verschillende verschijningsvormen en de ontwikkeling tot een wereldreligie. [Deel I lees je hier

Kif Kif: Ecologie, geen gezagsfiguur en feminisme werden in de 20ste eeuw enorm belangrijk

Jan De Zutter: Er is heel wat historisch onderzoek gedaan naar de wicca. Eén van de beste auteurs is Ronald Hutton. In een van zijn boeken doet hij de volledige geschiedenis van de moderne hekserij uit de doeken. Daaruit blijkt dat moderne hekserij eigenlijk een sociaal proces was. Drie moderne sociale elementen zijn daarbij belangrijk geweest. Eerst en vooral is er de gelijkwaardigheid tussen man en vrouw, een voorloper van het feminisme. Al in de 19de eeuw waren de vroege voorlopers van de wicca, zowel mannen als vrouwen bezig met de suffragettebeweging, vrouwenrechten en dergelijke meer. In de polariteit man-vrouw, god-godin zijn beide elementen evenwaardig. Wat in het paganisme evident is, was in de katholieke of christelijke samenleving revolutionair en heel progressief. 

Ten tweede was er het verzet tegen dogmatiek en gezag, wat in het katholicisme heel sterk aanwezig was. De paus, pastoors, kardinalen en bisschoppen zeggen hoe het moet en de gelovigen moeten dat volgen. Maar de 20ste eeuw werd ook voor het katholicisme een eeuw van democratisering, van zelf nadenken en zelf dingen doen. Iets vanzelfsprekend in de wicca: wie ingewijd is wordt automatisch priester. Er zijn geen gelovigen die volgen, iedereen is priester. Het basisidee is gelijkheid.

Een derde element is natuurlijk het respect voor de natuur. Ecologie was in het paganisme altijd belangrijk. Met de industriële revolutie in de 19de eeuw veranderde het landschap: fabrieken, mechanisering zorgden voor een verdringing van de natuur. De natuur werd gezien als een vrouw die verkracht wordt door een gigantisch mannelijk industrieel complex.

Rituelen gebeuren meestal naakt?

De wicca is de enige paganistische tak die haar rituelen, niet altijd, maar vaak naakt doet. Dat spreekt bij buitenstaanders tot de verbeelding: onze zingeving zou vooral met erotiek, seks en orgieën te maken hebben. Maar dat is niet zo. Het is meer te vergelijken met de naturistenbeweging. Ook wij vinden dat naakt in de zon lopen, de zon en de wind op je huid voelen gezond is. Eens in je blootje zwemmen is aangenaam. Het was zelfs meer dan dat: het was ook een verzet tegen het puritanisme van de kerk. In het vroeg-20ste-eeuwse puriteinse, victoriaanse Groot-Brittanniëkeek men heel vreemd op als een groep naakte mensen in hun blootje de godin ging aanbidden.

Hoe oud is wicca?

Gardners ontdekking van een oude coven die zou teruggaan tot in de 16de eeuw, zoals hij die in 1949 beschreef in zijn boek, bleek een verzinsel. Veel van de verhalen zijn verzonnen en dat weten paganisten ook. Zij maken er geen probleem van. Maar is het nog zinvol als je de “fictie”eruit haalt? Voor mij alleszins wel, ik weet wat echt is en wat verzonnen en ik heb behoefte aan religiositeit en rituelen. En deze vorm van religiositeit die niet hiërarchisch is en de vrouw en de natuur waardeert, vind ik heel modern. Trekt het soms vreemde mensen aan? Ja, zoals in elke religie zitten er zotten tussen. Zitten er voyeurs tussen? Vast wel. Niet alle paganisten zijn fantastische mensen, want elke religie lokt ook onevenwichtige figuren. Religie is een gevaarlijk medium, omdat mensen zich daar kwetsbaar opstellen.

 

Neodruïdisme en wicca

 

Naast de wicca heb je nog andere paganistische religies, zoals het neodruïdisme. En die is niet gebaseerd op verzinsels, want ooit waren er heidense druïden. Het verschil tussen heksen en druïden is klein. In de 17de-18de eeuw, was er belangstelling naar het eigen historisch verleden van Groot-Brittanniëen deden amateur-historici onderzoek naar de Kelten en naar druïdisme. In die tijd kon je je niet bekeren tot het heidendom, want dan kreeg je ernstige problemen. Men ging dan maar verhalen verzinnen waarbij ze de oude druïden van de Kelten linkten aan Christus. Druïden waren oorspronkelijk zonnevereerders, het symbool van God. Maar door de christelijke aanpassingen werd het neodruïdisme van de 17de-18de eeuw een christelijk druïdisme. Het was een club zoals de vrijmetselarij, ook in dezelfde periode ontstaan. Er waren verschillende druïdenrodes in Engeland en die waren serieus, met leden met naam en faam, waaronder Winsten Churchill en een aantal kroonprinsen. Je zou het kunnen beschouwen als een service club van mannen in witte gewaden die naar Stonehenge trokken voor hun rituelen.

Geïnspireerd door de wicca in de tweede helft van de 20ste eeuw splitsten sommige Britse druïden zich af van de christelijk geinspireerde druïdenordes. Ze beschouwden zich als heidenen. Met als gevolg dat er vandaag nog nauwelijks christelijke druïdengroepen zijn in Engeland. De aandacht voor natuur en openheid zijn vergelijkbaar met die van de wicca. Rituelen verlopen gelijk, daarom voeren we ze soms samen uit. In de druïdenopleiding komen poëzie en literatuur meer aan bod, terwijl sjamanistische natuurmagie minder aandacht krijgt. De seizoensfeesten of sabbats zijn dezelfde. Waar wicca’s lid zijn van een ‘coven’van een tiental personen, noemen druïden hun groepen ‘groves’die honderden leden kunnen tellen.

Dan zijn er nog de paganistische Noorse Scandinavische religies, die Thor en Wodan vereren, met ook een Germaanse variant, met bijvoorbeeld Donar. De leden organiseren zich niet in covens of groves, maar in een soort gemeenschap. Net als het druïdisme kennen deze religies een vergaande geschiedenis waarvan men lang niet alles weet. Toch probeert men op basis van een aantal bronnen de oorspronkelijke beoefening te reconstrueren. Dat noemt men neoconstructivisme. Alle varianten hebben culturele verschillen, maar de essentie is altijd de verbondenheid tussen alles, de bezielde natuur die alle dingen met elkaar verbindt, de natuurfeesten. In Scandinaviëmerk je soms dat er een vorm van nationalisme en machisme gekoppeld is aan de natuurgodsdienst.

Daarnaast waren er in Zuid-Europa ook gelijkaardige neopaganistische religies. In Griekenland bestaan groepen die terug hun oude goden zoals Zeus vereren. De oude Oost-Europese landen kenden voor de komst van de Sovjet-Unie een actieve heidense traditie. Die is nu opnieuw geactiveerd. Er is zelfs een actieve uitwisseling tussen al die groepen in Europa. De wicca is voor al die groepen heel belangrijk geweest, omdat zij het paganisme populair heeft gemaakt.

Daarnaast zijn er ook nog paganistische tradities buiten Europa. Zelf trok ik in 2003 naar Cuba op zoek naar de oude religie van de Afrikaanse slaven, santeria. Santeriais gebaseerd op de religie van de Yoruba, een groep volkeren uit West-Afrika waar nu Nigeria ligt. Van daaruit werden ze als slaven naar Centraal- en Zuid-Amerika gevoerd om er op de plantages te werken. Ze wilden hun religie behouden. Wat niet mocht van de katholieke overheersers. Zoals in het achttiende eeuwse druïdisme het geval was, legden ze een flinterdun laagje katholicisme over hun geloof. Hun orisha’s kregen het uiterlijk van  katholieke heiligen die ze op dezelfde manier als thuis vereerden: met dansen begeleid door trommels. De Spanjaarden vonden het allemaal wat vreemd, maar maakten er geen probleem van. De santerosen santeras, de priesters en priesteressen en de babalawos, de hogepriesters, beoefenen de religie nog altijd. Vooral als je bij een babalawoterecht komt, valt bijna alle katholicisme weg. Die beoefent de oude Afrikaanse paganistische rituelen. En ik wilde dat zien. Dus ik heb toen contact gezocht met een babalawo. Alles sloot aan bij wat ik kende. Het jaar daarop zijn mijn vrouw en ik er gedurende drie dagen op een spectaculaire manier ingewijd. Ik heb er nog altijd een “mariabeeldje”van. Maar is dat wel Maria of de Cubaanse Oshum, de godin van de liefde, de rivier en de seksualiteit? Alle vormen komen stilaan bij elkaar en lopen door elkaar heen. Ik ga steeds minder zeggen: ‘Ik ben een wicca’. Ik ben eerder paganist.

Michael York, een prof aan een Britse universiteit, is godsdienstsocioloog en heeft Paganism As World religiongeschreven. Daarin staat hij stil bij paganisme dat je over de hele wereld terugvindt. Van de indianen in het regenwoud over het confucianisme in China tot in het boeddhisme in Tibet. Als je met de lama’s praat, is dat deels boeddhistisch, maar ook een stuk animistisch. Tel je al die tradities die vertrekken van de goddelijke natuur en de cyclus van de natuur samen, dan blijkt het paganisme een relatief grote wereldreligie. Naast de Yorubazijn er nog andere oude die teruggaan naar de slavenhandel. Iedereen kent de voedoe in Haïti. Dat is sterk paganistisch. Maar je moet er niet per se de wereld voor rond. Ook in Antwerpen kan je mensen vinden die voedoe- of santeria-rituelen uitvoeren. Met Cubaanse vrienden voed ik soms de hongerige orisha’s.

Rituelen schrijven, doet de hoge priester dat alleen of doet iedereen dat? 

Iedereen schrijft rituelen uit. Hogepriesters verzetten het meeste werk. Maar ze hebben geen gezagsfunctie. Elke coven wordt ook anders geleid. Je vertrekt van een set basisrituelen. Eén van die basisprincipes is dat je in een cirkel werkt. Daarmee verwijzen we naar het circulaire karakter van het leven: de geboorte, de dood, alles vloeit in elkaar over, de planeet is rond, de maan draait rond de aarde, enz. De symboliek van het ronde vinden we ook terug in de vorm van de baarmoeder waar menselijk leven ontstaat. Een tweede basisprincipe is de bipolariteit man-vrouw. Beide delen zijn evenwaardig. In het perfecte geval nemen er evenveel vrouwen als mannen deel aan een ritueel. Maar in de praktijk zijn er doorgaans iets meer vrouwen aanwezig. Daar merk je dat religies een afspiegeling zijn van wat er leeft. Op die manier geeft de religie blijk van de noden in de samenleving.

 

[Redactie: Karin Joossens] 

>> Lees Deel I: “Ik ben actief in een heksencoven” en deel III 'Rituelen in de moderne hekserij of Wicca'

>>> Lees meer interviews in het Kif Kif dossier 'Levensbeschouwing & Superdiversiteit'