Gwendolyn Rutten: 'Dit wordt de eeuw van het individu.'

In tegenstelling tot Bruno Tobback, die maar wat bazelde over het belang van een beleidspartij zodat hij het zeker niet over linkse thema’s hoefde te hebben, weet Rutten perfect hoe liberalen hun ideologie moeten verdedigen
Gwendolyn Rutten: 'Dit wordt de eeuw van het individu.'

Het vooral niet hebben over het kapitalisme, over corporatisme, of zelfs over het Keynesianisme. Dan dreigt het masker af te vallen en beginnen mensen na te denken.

 

Gwendolyn redt Open VLD (van de kiesdrempel)!

Wie in De Standaard van vandaag (woensdag 30 januari, red.) iets over ideologie wil lezen, begint best met de allerlaatste pagina. Daar kreeg Marc Reynebeau een hoekje plaats om de oproep van Unizo tot een quasi-staatsgreep aan te klagen. Voor DWm was de stuitende oorlogstaal van Karel Van Eetvelt maandag al voorpaginanieuws. Reynebeau merkt terecht op dat dit niet langer een zaak voor journalisten is, maar voor de staatsveiligheid.

Maar kom, over naar de orde van de dag. Laten we het dus bijvoorbeeld maar snel over Mohammed met een Mercedes hebben, want die rijdt tegenwoordig niet meer met een afdankertje van 20 jaar oud rond. Dat kan niet zijn natuurlijk, waarom hebben wij anders die aftrekposten voor onze bedrijfswagens uitgevonden? Repressieve tolerantie heet dat.

Open VLD? 'Ideologie' op zijn best

De Standaard kent haar prioriteiten. Dat geldt ook voor Gwendolyn Rutten die vandaag aan de beurt was in de interviewreeks De terugkeer van de ideologie. (‘Dit wordt de eeuw van het individu’, dS, 30 jan.) In tegenstelling tot Bruno Tobback daags voordien, die maar wat bazelde over het belang van een beleidspartij zodat hij het zeker niet over linkse thema’s hoefde te hebben, weet Rutten perfect hoe liberalen hun ideologie moeten verdedigen: door het vooral niet over het kapitalisme, over corporatisme, of zelfs over het Keynesianisme te hebben. Dan dreigt het masker af te vallen en beginnen mensen na te denken. Glad ijs!

Ook belangrijk is dat de partijvoorzitster het nu vooral niet over Ford Genk of ArcelorMittal heeft. Als die vraag valt, dan kan je best onmiddellijk een grote verdwijntruc improviseren zodat de journalist in kwestie over iets anders begint. (Als die journalist Joël De Ceulaer is, dan kan een knipoog naar Darwin volstaan, ontdekte Rutten. Als dat niet lukt, begin dan gewoon over Freud of Verhaeghe. Altijd prijs.)

Rutten is zonder twijfel de sterkste partijvoorzit(s)ter sinds Verhofstadt omdat ze heel goed beseft dat ze het vooral over andere zaken moet hebben dan de neoliberale keuken. Vandaar dat dit interview voldoende belangrijk is om er even op door te gaan.

Verhofstadt slaagde er in de antipolitieke stroom die Vlaams Blok groot maakte, te recupereren door ons wijs te maken dat politiek na de val van Berlijnse Muur niet meer over structuren of de overheid zou gaan maar over ‘de burger’. In dit tijdperk van hyperindividualisme slaat dat natuurlijk aan, want wij willen het zo graag over onszelf hebben. Deze zwakte kennen reclamemarketeers helaas maar al te goed, Noël Slangen op kop.

Verhofstadt ontdekte dus dat een burger niet alleen voor Macdonalds een succesverhaal hoeft te zijn, en dat deed ook Rutten door de knieën gaan: “Ik heb in 1999 bij de VLD gesolliciteerd omdat het de partij was die mij als burger het gevoel gaf dat ik iets waard was. Verhofstadt had een geweldige boodschap: het gaat niet om de instellingen, het gaat niet om het systeem, het gaat om ú. Dat heeft mij destijds overtuigd om voor de partij te kiezen. Omdat het de partij was die verwoordde wat ik al heel mijn leven dacht. En vandaag meer dan ooit.” Dat laatste klopt alvast, Open VLD draait vandaag inderdaad om haar.

De ideologische spin van Rutten is ijzersterk: filosofeer over stemrecht, uiteraard zonder dat je wetsvoorstellen overweegt, of zeg iets over geld, vrijheid, kindergeld en successierechten. De oren zullen zich ongetwijfeld spitsen: praten over onze centen, dat blijft hangen. Dat maakt politiek plots concreet. Zolang je het in tijden van maatschappelijke en economische crisis maar niet moet hebben over Griekenland, over abstracte dingen als notionele intrestaftrek, over het nefaste Duitse model en al helemaal niet over ecologische calamiteiten ten gevolge van de neoklassieke consumptie-economie.

Laten we toch niet vergeten dat Open VLD meer dan N-VA een populistische partij is, want die hebben nog wel een nationalistisch en dus een politiek agenda. Open VLD wil gewoon aan de macht blijven, n’ importe quoi, bij voorkeur met een ultrarechtse partij als N-VA. Ook al zijn die het tegenbeeld van het imago dat ze zelf zo gepassioneerd communiceren: conservatief versus progressief, antiverlichting versus verlichting, nationalistisch versus kosmopolitisch.

Als politiek vernieuwer moet Rutten toch weten dat De Wever’s Burkeaanse conservatieve ideologie haar gedroomde progressieve toekomst op slot wil draaien? Die voorliefde voor N-VA illustreert echter treffend het bordkarton van de gepredikte waarden: het gaat blijkbaar helemaal niet om de ethiek van de Popperiaanse ‘open samenleving’ maar om de vrijheid van de vos in het kippenhok. Of dat hok nu federaal dan wel confederaal is, dat is bijzaak.

Progressief poseur

Rutten heeft ook geleerd hoe liberale ideologen het waardevolle en wervende imago van het linkse, emancipatorische elan kunnen recupereren. De uitdaging: hoe recycleer je die ‘vrij en blij’-ideologie van de vrijzinnige en bevrijdende mei ’68 spirit in een progressief profiel op maat van het patronaat? Vervang bijvoorbeeld het idee van internationale solidariteit - het internationalisme van de arbeidsbeweging - door een ‘kosmopolitisme’ en dus door een modieus, consumerend wereldburgerschap.

Breng een optimistisch en positief verhaal dat de kracht van de gewone mens herkent. Dat kan voor kapitalisten ook niet moeilijk zijn, zij weten immers maar al te goed ook hoe waardevol ‘arbeid’ is, als bron van uitbuiting dan.

Benadruk dat ‘wij’ de Wereldoorlogen hebben overwonnen, zoals ook Bush senior en junior dat tijdens hun golfoorlogen zo graag deden, alsof de overwinning van de geallieerden unisono de verdienste van het Westen was. Dat ‘wij’ de nazi’s nooit hadden kunnen overwinnen zonder de communisten, en dat die heel grote zo niet de grootste offers hebben gebracht, circa 26 miljoen slachtoffers, dat heeft men ons al tijdens de Koude Oorlog snel doen vergeten.

Of loop school bij de Amerikaanse ‘filosofen’ die zo graag extatisch praten – bij voorkeur met wat aandachtzoekende provocatie - over technologie, transhumanisme, wetenschap en nieuwe media. Dat staat intellectueel, mainstream media zijn er dol op en je hoeft het niet meer over sociale problemen zoals armoede of racisme te hebben. Niets dan voordelen!

Rutten praat daarom plots over George Orwell en de dreiging die de digitale revolutie voor het individu en zijn privacy in petto heeft. Desondanks vindt ze de verkliklogica van procureur Herman Dams prima, want dat zou over criminaliteit gaan. Door over nieuwe media te mijmeren, kan zij niet alleen inspelen op wat leeft bij jongeren, maar misschien ook het imago van Anonymous of de Pirate party, die het in het buitenland zo goed doet, wat recupereren. Een gat in de markt.

Ze hoopt blijkbaar wel dat die ‘kwetsbare’ internetgebruiker niet door krijgt dat net het corporatisme de grootste aanstoker is voor een horizontale, digitale dictatuur. Onlangs bijvoorbeeld biechten Amerikaanse bedrijven zoals Facebook en Twitter op dat zij hun databanken beschikbaar stellen aan de CIA. Grote Broer kijkt dus al een tijdje mee, dat besefte bijvoorbeeld Wikileaks maar al te goed toen bleek dat betaalsystemen als VISA en Mastercard plots hun fondsenwerving saboteerden, hoewel diezelfde maatregelen gek genoeg niet van toepassing zijn op sites met kinderporno.

Rutten weet waar het in de toekomst om draait: “Dit wordt de eeuw van het individu”. Dat klopt, het individu zal, alleen en geïsoleerd, ongemeen hard onder druk komen te staan in het concurrerende piramidesysteem die vooral liberalen van onze maatschappij hebben gemaakt, de zogenaamde meritocratie.

Ook het hedendaagse onbehagen weet ze overigens naar haar hand te zetten, want het neoliberale ellebogenwerk tussen winners en losers dat we vandaag maar al te goed kennen, wordt in het liberalees vertaald naar ‘de afgunstmaatschappij’. Sociaal zijn, zo leren we nu, dat begint met niet jaloers te zijn op de begunstigden van onze dividenden maatschappij. Is het misschien verkeerd om een ‘winnaar’ te zijn? Gaan we de Lotto dan ook afschaffen misschien?

In een zelfde toon fluit Rutten van verontwaardiging: “Wij willen meer welvaart creëren, onder meer door de index te hervormen, en toch krijgen wij het etiket asociaal.” Stel u voor zeg? De fameuze American Dream die ook onze liberalen zo graag propageren is nochtans ook in Europa al even in zijn tegendeel omgeslagen: het is een strijd, niet om een winnaar te worden, maar om te vermijden dat je niet als eerste in de goot belandt. Een loser opdat iemand anders een beetje minder loser zou zijn.

Maagd Maria versus Mohammed

Ook opmerkelijk is de wijze waarop Rutten zichzelf profileert: als de geboren onschuld, vrij van elke blaam, wil ze het positieve in onze samenleving terug doen aantrekken. Al dat protest, het klinkt allemaal als zuur gezaag, en zo gaan we niet vooruit geraken. Door de look & feel van een nieuw begin, een parfum dat ruikt naar morgen, hoopt ze zich te kunnen ontslaan van het wanbeleid van haar partij uit het verleden.

Maar als zelfverklaarde maagd Maria valt ze echter wel continu door de mand, want de manipulatieve verdraaiingen die ze opvoert, lijken wel een doorkijkblouse. Zo praat zij graag over het ‘perverse’ karakter van ‘de fiscaliteit’, waarmee ze vlotjes de diepe verontwaardiging recupereert die betrekking heeft op de decadentie van de financiële markten eerder dan de verzorgingsstaat.

Rutten klaagt over de index, maar dat de overheid als hoofdaandeelhouder van BNP Paribas op honger speculeert, dat zweeft aan haar blauwe ogen voorbij. In koor met de ondernemers, klaagt ze mee over de belastingsdruk. Zoals Didier Bellens, de topman van Belgacom, die gisteren nog in het buitenland tamboerde dat onze overheid bedrijven doodt, terwijl hij persoonlijk wel een megalomaan loon krijgt (meer dan een miljoen Euro), en zijn bedrijf dat megawinsten maakt (meer dan een miljard Euro in 2012) er nochtans wel vanaf komt met minimumbelastingen: 4,33% terwijl de vennootschapsbelasting voor andere ondernemers tussen de 25 en 34% ligt.

Rutten draait er haar hand ook niet voor om zichzelf continu tegen te spreken. Zo stelt ze naar eigen zeggen de burger centraal, maar als ze de vraag krijgt of de Europa niet te snel gaat, want de burger kan niet meer volgen, dan antwoordt ze: “Als je aan de burger had gevraagd wat er moest gebeuren, dan was Europa er nooit gekomen.”! Soms moet de burger tegen zichzelf in bescherming worden genomen blijkbaar, en zet je best de democratie even op pauze?

Dat is niet de enige uitschuiver, waaruit blijkt dat hoe filterdun de liberaal-progressieve pose is. Inzake gelijke kansen praat Rutten maar wat graag over feminisme, ook al stemde haar partij tegen de quota’s voor vrouwen in raden van bestuur. Maar als het over ‘Mohammed’ gaat, alsof het een verzamelnaam is waarmee we het in één woord kunnen hebben over ‘migranten, zieken en werklozen’, dan haalt ze haar neus op, gooit ze plots de remmen toe en maakt zich er vanaf met een stuntelige semantische salto. Je kan aldus Rutten geen quota voor Mohammed invoeren omdat je niet kan definiëren wat ‘allochtone jongeren’ precies zijn! Hoe handig toch, dat discriminatiediscours?

Nadat de interviewer zich in deze Mohammed-vraag vastbijt – het blijft dS natuurlijk - , vernemen we dat ze zich over Mohammed geen zorgen maakt: “De markt zal ons een handje toesteken”. Tja, de onzichtbare hand als ultiem redder-in-nood argument. Het liberalisme is een religie zoals een ander, nietwaar? Eentje met de schijn van onschuld, zolang we het maar niet over de onzichtbare voet moeten hebben, die steeds naar onder stamt.

I love Thatcher?

Toch nog een meer dan pijnlijk schoonheidsfoutje in dit ideologische parcours: Rutten begint weer over the Iron Lady. Zij kan ook moeilijk anders, want dS speelde vorig jaar op haar mediageniek verlangen in door haar te vragen of ze iets over Margeret Thatcher in de krant kon komen vertellen, wat ze maar al te graag deed. Ze kon en kan haar bewondering amper bedwingen, want het gaat volgens haar tenslotte toch om een grote vrouw. Meteen ook zout in de wonde voor feministen: dat net deze vrouw, als boegbeeld van een meedogenloze mannenwereld, om haar vrouw-zijn moet worden geroemd.

Rutten probeert nog wel even te ontdubbelen tussen de persoon en waar die dan voor staat, iets waar we in tijden van vedettencultus genre Astrid Bryan niet meer over vallen. Maar natuurlijk kan Rutten bezwaarlijk aangeven dat zij Thatcher geweldig vindt gewoon omdat die het als vrouw tot zo een machtspositie heeft geschopt. Vandaar dat ze onderlijnt dat ze vooral bewondert hoe Thatcher de vakbonden heeft klein gekregen. Twee vliegen in één klap: de redactie van dS content en haar achterban gerust gesteld, die misschien wat in de war was geraakt door al die nieuwerwetse ideetjes over technologie enzo.

Op dit punt geeft dit interview ons wel iets belangrijks prijs: een mooie inkijk op het ideologische wereldbeeld waarin de commerciële media ons elke dag opnieuw onder dompelen. Als morgen in deze interviewreeks Peter Mertens aan bod komt, dan zal die wellicht nog maar eens uitgevraagd worden over Stalin en Mao, ongeacht hoe dikwijls hij zijn partijprogramma ook maar herhaalt. Desondanks kan je als voorzitter van een beleidspartij gerust uw voorliefde etaleren voor iemand als Thatcher, zelfs voor de gruwelijke en bloedige manier waarop die de arbeidersbeweging en de vakbonden onderdrukte, zonder daarop aangepakt te worden, blijkbaar zelfs zonder dat de gemiddelde lezer nog zijn schouders ophaalt.

Rutten voegt er nog de treiterende dooddoener aan toe: “Als je werkloos wordt, wat wil je dan? Een job, toch? Liever dan afhankelijk worden van de overheid. Dat zouden de vakbonden ook eens mogen beseffen.” Dus de vakbonden zouden niet beseffen dat mensen hun job willen houden? Misschien moet Gwendolyn, die van Hasselt afkomstig is, dat eens gaan uitleggen in Ford Genk?

Bijziende journalistiek

Om het dan toch even over het idool van Rutten te hebben, meer bepaald over de vragen die in dit interview wel aan bod hadden moeten komen: ‘Wat vindt Rutten van het rabiate neoliberalisme (Pinochet, Reaganomics, Chicago Boys, etc.) en het daarmee verbonden misdadig Westerse imperialisme?’ Om het dan nog niet te hebben over hoe Thatcherism ook onze Westerse welvaartsmaatschappij in slow motion en met uitgesteld effect in de prak reed? Kijk maar eens hoe Blair en Cameron sindsdien tekeer kunnen gaan, nadat Thatcher de weg voor hen had vrijgemaakt door het middenveld lam te slagen.

Ziedaar de myopie van de ‘afhankelijke’ media: ‘Liberalisme’ wordt steevast voorgesteld als de partij van positivo’s, van vrijheid en blijheid, van de innoverende technologie en dus de toekomst. Vreemd toch dat de interviewer die technologiepraatjes niet even doorprikte? Alsof liberalen in tegenstelling tot bijvoorbeeld nationalisten vrij zijn van elke vorm van extremisme.

Opvallend ook hoe snel men in alle tooggetater over ‘de verlichting’ blijkbaar vergeet dat het kapitalisme sinds feodale tijden, via kolonisatie en later het militair corporatisme tot op vandaag zich al eeuwen uitleeft in slavernij, moordenpartijen, oorlog voeren, privatiseren, uitbuiten… .

Maar goed, laten we toch niet zo negatief doen en vooruit kijken. Want we hebben het nu toch goed, flatscreens en vermaakprogramma’s voor iedereen? Zolang we de oogkleppen ophouden en niet naar het economische onrecht in ‘de buitenwereld’ kijken, tenzij het met wat moppen tussendoor veilig verpakt aan bod komt in De Kruitfabriek, bijvoorbeeld.

Het klopt wel dat het kapitalisme, met heel veel dank aan de vooruitgang in wetenschap en technologie, welvaart heeft gecreëerd. Toch is en blijft de prijs aan menselijke miserie daarvoor veel te hoog: meer dan 2 miljard mensen op deze planeet verdient minder dan twee dollar per dag. Dat aantal stijgt minstens even snel als de toenemende inkomensongelijkheid, nu ook in het Europa van Rutten's grote voorbeeld Verhofstadt. Als het kapitalisme als systeem iets heeft bewezen, dan is het wel dat het niet kan zonder onmenselijke ongelijkheid, zonder oorlog om grondstoffen, en zonder een suïcidale, alles verslindende groei.

Nog een onverbloemd ideologisch vraagje voor Rutten: distantieert u zich van het Victoriaanse regime waar Margaret – Victorian Values – Thatcher steeds zo nostalgisch over was? Kent u eventueel het boek van Mark Davis: Late Victorian Holocausts? Het gaat over de tientallen miljoenen Indianen, Afrikanen, Chinezen, Brazilianen, Russen, etc. die omkwamen door volkomen vermijdbare hongersnoden in de 19de eeuw. De meeste van deze catastrofen waren het rechtstreekse gevolg van de mythe van de ‘vrije markt’. Bijvraag: hoe ziet u uw ideologie dit te vermijden in de 21ste eeuw?

Tot slot, wat we met dit interview nog maar eens hebben geleerd is dat de liberalen geen ‘verhaal’ hebben maar wel een hele verzameling ‘verhaaltjes’ waarmee zij ideologisch perfect hun doel kunnen bereiken: de hedendaagse egocultuur met een vage modieuze mist partijpolitiek rehabiliteren.

Wie wil weten welk verhaal liberalen met hun ideologisch rookgordijn zoveel mogelijk van het zicht willen onttrekken, en dus echt iets over ideologie profundo wil leren, moet even wat tijd maken voor een uiteenzetting van prof. David Harvey in BBC Hard Talk (3 delen), of tijdens een lezing op Penn Humanities Forum 2011. Het is er sindsdien alleszins niet minder actueel op geworden.