Hervorming secundair onderwijs broodnodig

Uit PISA-studies zou blijken dat onze sterkste leerlingen nu al zwaar afgeremd worden en de geplande hervorming van het secundair onderwijs alleen maar tot meer nivellering naar beneden zal leiden. De middelmaat zou de norm worden. Wat een onzin.
Hervorming secundair onderwijs broodnodig

Het is nonsens te beweren dat een beleid dat streeft naar gelijke kansen leidt tot nivellering naar beneden. Als je het goed aanpakt, kan je op alle vlakken scoren.

 

Halt aan de grootschalige verspilling van talent

Carl Van Keirsbilck en Geert Noels (DS 11 mei) beweren dat uit de PISA-studies blijkt dat onze sterkste leerlingen nu al zwaar afgeremd worden en de geplande hervorming van het secundair onderwijs alleen maar tot meer nivellering naar beneden zal leiden. De middelmaat zou de norm worden. Wat een onzin. 

De OESO, de organisatie van rijke geïndustrialiseerde landen die tot taak heeft het kapitalistische marktsysteem goed te laten functioneren, dringt al jaren aan om het Belgische onderwijssysteem te hervormen en de definitieve studiekeuze in het secundair onderwijs uit te stellen. In ons sterk gesegregeerd en selectief onderwijslandschap reproduceren we gewoon sociale ongelijkheid. Vlaanderen verspilt zo op grote schaal talent. Dat is dom, niet in het minst vanuit economisch perspectief.
Vlaanderen scoort gemiddeld hoog in PISA maar kent een enorme correlatie tussen socio-economische thuissituatie en prestaties: kansarme kinderen scoren doorgaans slecht, kansrijke kinderen goed. Dat is niet normaal. In een goed functionerend schoolsysteem (zoals het Finse) is de sociaal-economische thuissituatie niet zo bepalend voor leerresultaten. Bovendien is nergens in de geïndustrialiseerde wereld de kloof tussen allochtonen van de tweede generatie en autochtonen zo groot als in Vlaanderen. Wie nu op de rem staat om hervormingen door te voeren, is ziende blind.

In Polen voerde men het afgelopen decennium een succesvolle hervorming van het secundair onderwijs door. De studiekeuze tussen algemeen vormend en technisch of beroepsonderwijs werd er uitgesteld en meteen nam de sociale ongelijkheid af, terwijl de gemiddelde resultaten bleven stijgen. In Finland (waar de keuze ook pas op 15 jaar gemaakt wordt) haalt men de hoogste gemiddelde scores, levert men meer toppresteerders af dan in Vlaanderen, zijn er beduidend minder leerlingen die de basiscompetenties niet bereiken en is er een pak minder sociale ongelijkheid. Er zijn geen sterke of zwakke scholen zoals in België, het bereikte niveau is overal vergelijkbaar. Dat is wat het internationale PISA onderzoek al jaren bewijst: het is nonsens te beweren dat een beleid dat streeft naar gelijke kansen leidt tot nivellering naar beneden. Als je het goed aanpakt, kan je op alle vlakken scoren. Daarom ook dat de OESO België steeds maar op de vingers blijft tikken. Duitsland en Nederland, waar Van Keirsbilck en Noels aan refereren, doen het trouwens ook slecht met hun selectieve systemen.

Uiteraard is een hervorming van het secundair onderwijs alleen niet zalig makend, ook al toonde Polen aan dat alleen daarmee al mooie resultaten te behalen vallen. Het gaat zeker om een complexe operatie (en men moet niet voor het Angelsaksische of Franse systeem van gemeenschappelijke onderbouw kiezen maar voor het Scandinavische model), maar laat dat nu toch geen reden zijn om het al bij voorbaat op te geven. Het Finse recept bestaat verder uit verschillende elementen (alle onderwijskrachten zijn universitairen, doorgedreven sociale mix in scholen en klassen, gedifferentieerde individu-gerichte begeleiding, zelfevaluatie door leerlingen, etc.) waaruit we kunnen leren. En de kostprijs per leerling is er hetzelfde.

Hoe groot de uitdagingen vanuit technisch oogpunt ook mogen zijn, het wordt steeds duidelijker dat het grootste probleem waarmee ons onderwijssysteem te kampen heeft, een gebrek aan visie bij vele betrokkenen is. Een onderwijssysteem dient om mensen op te leiden en kinderen hun talenten te laten ontwikkelen. Alle kinderen. Het is stuitend te zien hoe het voor velen een evidentie lijkt te zijn dat er nu eenmaal goede en zwakke scholen en sterke en zwakke richtingen zijn. Onze kijk in Vlaanderen op onderwijs beperkt zich tot selectie en filteren om er vooral voor te zorgen dat onze middenklasse leerlingen en elite leerlingen van goed onderwijs kunnen genieten. Jammer voor al de rest. Wat een stuitende kortzichtigheid.

Middenklasse ouders doen er alles aan wat ze kunnen om hun kinderen zo lang mogelijk in het ASO te houden, terwijl kinderen uit de arbeidersklasse buitenproportioneel in TSO en BSO starten, ook anno 2012 (zoals onlangs nog maar eens aangetoond werd in het onderzoek van collega Mieke Van Houtte van de Universiteit Gent). Het onderwijs is niet langer een sociale lift.
We zijn de 21ste eeuw binnengestapt. Een onderwijssysteem dat sociale ongelijkheid reproduceert en versterkt, kan een kenniseconomie zich niet permitteren. Bij de OESO, dat de PISA onderzoeken coördineert, heeft men dat begrepen. Nu Vlaanderen nog.

---

Dirk Jacobs is hoogleraar sociologie aan de ULB en auteur van het PISA-rapport “Verspild talent” voor de Koning Boudewijnstichting.