‘Laat me eens voelen’: over Into Darkness van Rachida El Garani

Rachida El Garani studeerde vorig jaar af met Into Darkness. Haar film werd geselecteerd voor het IDFA en in Leuven won ze er een VAF Wildcard mee. Kort daarna schreef ze in de sociale media: “een nieuwe generatie filmmakers is opgestaan om de ware stem van de diversiteit te laten horen”.
‘Laat me eens voelen’: over Into Darkness van Rachi

Intiem maar respectvol. Aangrijpend, zonder cheape emoties

 

Tijdens het begin van Into Darkness krijg je een krop in de keel: een Marokkaans kind vertelt wat hij ooit van zijn moeder te horen kreeg over zijn geboorte. Pas dan ontdekken we dat hij half blind is geboren. Gedurende dertig minuten zullen we hem en zijn familie volgen, waarvan het leeuwendeel volledig blind zijn. Ze wonen in Taroudant, een kleine stad niet ver van Agadir, in de regio waar de ouders van regisseuse Rachida El Garani vandaan komen.

El Garani was een van de revelaties van 2015 en haar verhaal leest als een film. Op haar 36ste, moeder van twee kinderen, ging ze film studeren met liefdevolle steun van haar man. Vier jaar later en net afgestudeerd van het RITCS met grote onderscheiding, plukte ze de vruchten van haar volharding: haar eindwerk Into Darkness werd geselecteerd door het Nederlandse IDFA en in Leuven haalde ze een VAF Wildcard binnen, een startbudget voor haar volgend project. Kort daarna schreef ze in de sociale media: “een nieuwe generatie filmmakers is opgestaan om de ware stem van de diversiteit te laten horen”. Die “ware stem van de diversiteit” merk je al in haar film, een combinatie van vakmanschap en strijdvaardigheid. Een trotse kijk van binnenuit, zonder betutteling of exotisme, ondanks het gevoelig onderwerp dat ze koos te verfilmen.

Het zal niemand verbazen hoe belangrijk het geluid is voor deze film. Onze zintuigen worden verscherpt om ons in het verhaal te helpen inleven. Als er over de zee wordt gesproken, horen we vooral de golven; als ze ‘s nachts op straat wandelen, horen we de motor van de taxi die hen in een donker steegje achterliet.

De stedelijke omgeving is voor hen vijandig. Hun kwetsbaarheid herinnert ons aan de eenvoudige en wijze woorden van auteur en mediafiguur Ish Ait Hamou: “mensen hebben recht op hulp en wij hebben de plicht om te helpen wanneer we kunnen”. Ja, solidariteit is een morele plicht. Maar tegelijkertijd worden we veel te vaak geconfronteerd met een wereld waarin diegene met pech aan zijn lot wordt overgelaten.

De mensen die gevolgd worden in Into Darkness geven ons een les in waardigheid en veerkracht. Dagelijkse taken worden titanische ondernemingen, maar hoewel afhankelijk van externe hulp, dragen ze hun last met fierheid en hoop. Hun kracht is hun samenhorigheid. Ondanks conflicten, bewegen ze als een geheel. Laat dat een boodschap zijn voor elke gemeenschap: l’union fait la force. Ze leren ons de waarde van de dingen die we vanzelfsprekend vinden. Het fysieke contact tussen de familieleden schenkt bijvoorbeeld tederheid aan de soms bikkelharde vertelling. Een tederheid die veel mensen met veel meer geluk dan dit gezin niet hebben. Geluk is relatief.

Into Darkness is intiem maar respectvol. Aangrijpend, zonder cheape emoties. De film maakt intelligent gebruik van beeldtaal om ideeën te communiceren. Op het einde blijven we dankbaar achter. Dankbaar dat we de verzorgde beelden (die confronterende close-up’s!) van cameraman Kris Van Den Bulck konden zien.


El Garani mag gerust een belofte worden genoemd. Haar film ging in februari in première in haar geboortestad Genk, in het kader van RITCS On Tour. Op 15 maart volgt een vertoning in Campo (Gent) en in april in KVS Brussel. Op zondag 22 mei is er een namiddagvertoning met nagesprek in het Antwerpse Atlas waar ze ook op 26 mei als 'Dwarsdenker' zal spreken en haar film zal laten zien. Een deelname aan het Leuvense DOCVILLE in mei zou logisch zijn. Laat die stem maar horen.