Meertaligheid: een troef!

Maandag stelden we in Gent een boek voor over inspirerend werken met meertalige kinderen op school en in de buitenschoolse opvang. Vandaag vindt een conferentie plaats over hetzelfde thema.
Meertaligheid: een troef!

Omdat meertaligheid geen synoniem hoeft te zijn voor gebrekkig Nederlands en een schoolse achterstand

 

Maandag stelden we in Gent een boek voor over inspirerend werken met meertalige kinderen op school en in de buitenschoolse opvang. Vandaag vindt een conferentie plaats  over hetzelfde thema.  Omdat meertaligheid geen synoniem hoeft te zijn voor gebrekkig Nederlands en een schoolse achterstand.

In onze geglobaliseerde wereld is het kennen van veel talen een troef. Waarom zouden we  alle troeven die kinderen op zak hebben niet ten volle uitspelen? Van de Gentse schoolkinderen heeft liefst 37% een andere thuistaal. Dat maakt hun parcours anders dan dat van kinderen die Nederlands als moedertaal hebben.  Maar dit hoeft niet te betekenen dat hun Nederlands gebrekkig is.

Professor Kris Van den Branden van de Faculteit Letteren/ Centrum voor Taal en Onderwijs van de KU Leuven: “De zin in talen leren en al die positieve connotaties bij meertaligheid lijken in Vlaanderen wat weggeëbd, terwijl die in andere delen van de wereld alleen maar lijken toe te nemen. Het Vlaamse buikgevoel rond meertaligheid lijkt wel een kramp te zijn geworden. Als het over meertaligheid in Vlaanderen gaat (zeker in de media), gaat het vaak over ‘een strijd’, ’het verdringen van het Nederlands’, ‘de teloorgang van onze taal en cultuur’. Alle talige verkeer moet over één rijstrook. De auto-mobiliteit leert ons waar dat uiteindelijk toe leidt: naar opstoppingen, minder doorstroming, minder plezier en veel tijdverlies. Dit boek gaat over een taal-snelweg met heel veel rijstroken.”

Leerkrachten inzicht geven in de wijze waarop leerlingen een tweede taal verwerven is één van de doelstellingen van het boek en de conferentie. Zo lezen we in het boek dat het gemiddeld twee jaar duurt om als meertalige de alledaagse taal op hetzelfde niveau te spreken als een moedertaalspreker, en dat dit tussen de 5 tot 8 jaar duurt voor de schooltaal. Ook het verschil tussen het simultaan en successieve meertaligheid is boeiend. Bij het laatste leerproces komt het kind later in aanraking met de tweede taal en gebruikt het de eerste taal als opstap.

Auteurs Sara Gielen en Ayse Isçi begeleiden scholen die met meertaligheid aan de slag zijn. Hun praktijkervaring koppelen ze op een begrijpbare manier aan wetenschappelijke achtergrond. Professor dr. Orhan Agirdag bij de boekvoorstelling: “Ik ken geen enkel onderwerp waarover zoveel wetenschappelijke eensgezindheid bestaat. De moedertaal benutten verbetert op lange termijn de onderwijsprestaties van de leerlingen.”

Meer dan een kwarteeuw geleden kreeg de Vlaamse overheid onderwijs als bevoegdheid, maar klassen zijn vandaag niet meer hetzelfde. En hoewel we sindsdien goede resultaten kunnen voorleggen, blijven we een slechte leerling op het vlak van gelijke kansen. Laten we daar iets aan veranderen door complexloos met alle talen om te gaan: zeer hard inzetten op Nederlands leren en daarbij thuistalen benutten als een troef en niet als een handicap.

Onderzoek en ervaring in Gent leert dat leerkrachten niet meer terug willen en leerlingen zich beter in hun vel voelen. Laat ons alle troeven van alle leerlingen inzetten en de kaart van meertaligheid in het onderwijs trekken.

 

Wie met het boek en zijn auteurs wil kennismaken kan dit woensdag 5 maart in Gent. Alle info op http://www.pbdgent.be/smo