Uw voorbeeld, mijnheer De Roover

Het is jammer Mr. De Roover, dat u op een wij-zij verhaal antwoordt met een bevestiging ervan nl. met een wij-zij verhaal met omgedraaide rollen. U had ook kunnen antwoorden met een wij-verhaal. U had gewoonweg de politie die (onschuldige)burgers op niet correcte manier behandelt kunnen veroordelen
Uw voorbeeld, mijnheer De Roover

Ethnic profiling bestaat, en is weinig meer dan de veronderstelling dat die kleurrijke 8 op 10 ons geen andere keuze laat dan mensen met bepaalde kenmerken te viseren.

 

Beste mijnheer De Roover,

U heeft zich op een duidelijke manier uitgesproken over de schrijnende zaak Channouf en dat had voorbeeldig kunnen zijn, niet omdat uw uitspraak zo speciaal zou zijn - want u heeft niks anders gedaan dan uw plicht na te komen als Kamerlid en burger - maar omdat er weinig politici zijn die vanuit de zogenaamde ‘top’ van de Belgische politiek zich durven uitspreken over zaken waarin onze instellingen, de politie in het bijzonder, zo’n troebele rol spelen.

“Dat had voorbeeldig kunnen zijn”, zeg ik. De voorwaardelijke wijs hanteer ik bewust. Hoewel u pertinente vragen stelt en hoewel u veroordeelt dat een onschuldige Belgische burger door de ordediensten behandeld wordt als een crimineel, laat u het daar helaas niet bij. U heeft daarnaast ook de kans gegrepen om te ontkennen dat uw partij “niet erg hoog oploopt met de diversiteit” en zich “in uiterst-rechts vaarwater zou bevinden”. Het is dan dat uw betoog een aura van opportunisme begint te krijgen. Maar dat is in ieder geval geen uitzondering, u bent zeker niet de enige die bepaalde omstandigheden in zijn politieke voordeel wil laten spelen. Dat is een algemene malaise. Ik betreur even hard de politici aan de andere kant van het spectrum die elke door onafhankelijke burgers georganiseerde betoging/beweging gijzelen met hun vlaggen en t-shirts, hun monopoly van de media-aandacht en hun straatbrede spandoeken vol slogans.

Het ergste is alleszins niet dat u de kans neemt om uw partij te profileren als verdedigers van de diversiteit (of dat zo is, is een andere discussie): u neemt ook de kans om zichzelf als een voorbeeld te profileren. “Voila, ik maak werk van het ene verhaal. Wie volgt?” is uw laatste zin.

U daagt duidelijk met die zin anderen uit om uw voorbeeld te volgen. Die ‘anderen’ zijn, volgens de door u aangehaalde clichés, "de mensen met meer getinte huid of de obligate linkse multiculti's" die, volgens het “klassieke patroon”, "de verdediging van Channouf" op zich nemen. Wij zouden dan, als we uw voorbeeld zouden volgen, “werk [moeten] maken” van het andere verhaal, met andere woorden, “misbaar maken” over de "8 op 10 minderjarige criminelen" die onlangs aangehaald werden door Vlaams Belang, minderjarigen met wie we toevallig dezelfde huidskleur delen en voor de rest niks mee te maken hebben.

Het is jammer, mijnheer De Roover, dat u op een wij-zij verhaal antwoordt met een bevestiging ervan, namelijk met een wij-zij verhaal met omgedraaide rollen. U had ook kunnen antwoorden met een wij-verhaal. U had gewoonweg de politie die (onschuldige) burgers op niet correcte manier behandelt kunnen veroordelen (los van huidskleur: Jonathan Jacob was ook een slachtoffer van politie-excessen).

U had kunnen zeggen dat als 8 op 10 minderjarige criminelen een andere huidskleur hebben, WIJ een maatschappelijk probleem hebben. En dat WIJ daar allemaal werk van moeten maken. WIJ allemaal, niet enkel "de mensen met meer getinte huid of de obligate linkse multiculti's".

Want onder andere daarom worden te veel onschuldige mensen behandeld als criminelen. Door te veel burgers en zelfs door onze ordediensten. Uit de tekst van Yassine moeten we vooral onthouden dat deze samenleving “misdadigers creëert”. Hoe? Door hun schuld te vermoeden, door hen op voorhand verdacht te maken, door hen te wantrouwen en als criminelen te behandelen. En dat geldt even goed voor de jongen op straat, de tramreiziger, de bekeerling, de taxichauffeur en de intellectueel. Weinig dingen laten zo’n diepe indruk op een mens na, zeker op jonge leeftijd, als de onmeetbare onrechtvaardigheid van een onterechte beschuldiging, van een gratuite verdachtmaking. Ik spreek uit eigen ervaring. En dat maakt een groot deel van onze jeugd vandaag mee. Dat is, het spijt me het te zeggen, een deel van het systeem geworden.

Er leeft uiteraard een niet te onderschatten deel van onze samenleving met de overtuiging “dat 'de vreemdelingen' hier vooral actief zijn als crimineel”. En die overtuiging verwoorden wij op verschillende manieren. Ethnic profiling, rekening houden met etniciteit als de ordedinsten een actie moeten ondernemen, is daar een van. Ethnic profiling is ondertussen geen “overtuiging” maar een keiharde realiteit. Ethnic profiling bestaat, en is weinig meer dan de veronderstelling dat die kleurrijke 8 op 10 ons geen andere keuze laat dan mensen met bepaalde kenmerken te viseren. Uw partijgenote Zuhal Demir verwoordt het anders, in het kader van onze arbeidsmarkt: “de ene Mohammed verpest het voor de andere Mohammed”. Uw partijvoorzitter verwoordt het nog anders, in het kader van moslimextremisme: “het is een kleine minderheid die het verpest voor een hele gemeenschap”. De aanvaarding van de collectieve beschuldiging lijkt dus deel te maken uit de visie van uw partij. Maar het gaat zeker voorbij de grenzen van uw partij, want het parket verwoordt het bijvoorbeeld ook anders, wanneer ze suggereren dat de ene Channouf het verpest voor de andere Channouf, in plaats van te antwoorden met een verontschuldiging.

We lijken geen rekening te houden met het feit dat schuld en onschuld individuele zaken zijn en dat we een enorme verantwoordelijkheid dragen als volwassene burgers en als houders van een rechtsstaat. Het zou evident moeten zijn dat we geen conclusies mogen trekken over persoon X op basis van onze ervaring met persoon Z die erop lijkt, dezelfde bril draagt, dezelfde vlag in zijn voortuin laat wapperen, dezelfde huidskleur heeft, dezelfde religie praktiseert of dezelfde familienaam draagt. Simpelweg omdat we NIKS weten over persoon X. De ene Mohammed verpest het niet voor de andere Mohammed: WIJ verpesten het, uit gemak, uit angst, uit onwetendheid, voor de tweede Mohammed.

U had een voorbeeld kunnen worden, mijnheer De Roover. U had ons allemaal kunnen vertegenwoordigen maar in plaats daarvan wilt u als “blanke autochtoon” een parlementaire vraag stellen. U had beroep kunnen doen op het collectief dat we als samenleving vormen om algemene problemen zonder meer aan te kaarten. U had partijpolitieke en persoonlijke interesses opzij kunnen schuiven. Maar jammer genoeg bezweek u aan de bekoring van het opportunisme en het wij-zij denken, met omgekeerde rollen of niet.

Maar, dat is alleszins niet echt uitzonderlijk. Dat maken WIJ ook elke dag mee.

Groeten,

O.

 

>>> Orlando Verde is geboren in Venezuela in 1977 en woont in Antwerpen sinds 2001. Mestieze melomaan. Verwend kind. Informaticus van opleiding. Schrijft en maakt films af en toe. Eigenlijk vertelt hij vooral graag verhaaltjes. Check hier zijn opiniemakersprofiel op Kif Kif, en download hier zijn E-book 'Columnkoorts'.