Jonge moslima’s die op zoek zijn naar een identiteit die zowel islamitisch als Westers is, vechten een dubbele strijd: aan de ene kant tegen de dogmatische religieuze druk uit het Midden-Oosten en aan de andere kant tegen het fundamentalistisch secularisme uit het Westen.
De profeet Mohammed als feminist. Deze zin was de eerste gedachte die in mij opkwam toen ik klaar was met het lezen van Fatima Mernissi’s boek De politieke harem: Vrouwen en de profeet. Hoewel het boek, dat meer bekend is in de Engelse versie The Veil and the Male elite, reeds uit 1987 dateert en daarmee een jaar ouder is dan ik, is het in nu misschien nog wel relevanter dan toen.
Fatima Mernissi was een Marokkaanse sociologe en misschien wel één van de eerste feministen die de titel 'moslimfeministe' droeg. Voor sommige is de term islamitisch feminisme wellicht een paradox, maar in tegenstelling tot het Westerse feminisme waarbij het secularisme een grote rol heeft gespeeld, wordt er in het islamitisch feminisme juist binnen de kaders van het geloof nagedacht. Het gaat hier dan vooral om het herzien van patriarchale interpretaties van koranverzen en hadith (uitspraken van de profeet). De politieke harem is haar meest bekende en misschien ook wel meest controversiële boek aangezien het verbannen werd in Marokko, Iran en de Arabische Golfstaten.
In haar introductie valt Mernissi meteen met de deur in huis. Ze beschrijft een scene die zich afspeelt bij haar lokale kruidenier. Een voor sommigen wat onschuldig gesprek, maar ontzettende tekenend voor de positie waar de vrouw zich in bevindt in het een land als Marokko. Op de vraag “kan een vrouw aan het hoofd staan van een moslimgemeenschap?” liet de kruidenier met een niet mis te verstane kreet zijn ergernis blijken. Hij eindigt de discussie met de hadith: “Het volk dat zijn lot in handen van een vrouw legt, zal nooit voorspoed kennen.” Dit moment was cruciaal voor Mernissi en ook meteen de inspiratie voor haar boek. Volgens haar is deze hadith dan ook één van de redenen waarom vrouwen ondervertegenwoordigd zijn in politieke functies.
Hier begint haar zoektocht. Ze geeft de lezer eerst een beknopte biografie van de profeet en vervolgens gaat ze dieper in op de traditie van de hadith binnen de islam. Ze gaat historisch en methodologisch te werk, ze gebruikt bronnen van klassieke geleerden zoals Malik ibn Anas en Ibn Hadjar om op deze wijze de context te verklaren. Ze neemt niet alleen de bovenstaande, maar ook verschillende andere vrouwonvriendelijke hadith onder de loep.
De rode draad in haar boek is dat de profeet centraal staat en zij wil laten zien in hoeverre hij opkwam voor de rechten van vrouwen en naar sociale gelijkheid streefde. Dit is vooral te merken aan de volgende hoofdstukken in het boek waarbij ze dieper in gaat op niet alleen hoe de profeet met zijn vrouwen omging, maar ook op de vrouwen zelf. Zo belicht ze bijvoorbeeld het leven van Khadija als succesvolle zakenvrouw en heeft ze aandacht voor de figuur van Aicha, ‘de moeder der gelovigen’.
Mernissi heeft ook specifieke aandacht voor de zeer intelligente Oem Salama die aan de profeet vroeg waarom de Koran alleen maar over mannen sprak en niet over vrouwen, dit was blijkbaar een sentiment gedeeld door meerdere vrouwen in de gemeenschap. Waarop vers 35 van Surat al-Ahzab werd geopenbaard, in dit vers worden zowel mannen als vrouwen direct beide aangesproken en gelijkgesteld. In de tijd van de profeet Mohammed werd er veel hervormd qua vrouwenrechten (niet zonder tegenspraak van de mannen uit de pre-islamitische traditie natuurlijk). Mernissi spreekt van een complete omwenteling tegenover de pre-islamitische periode en de joods-christelijke traditie als het op het vrouwelijke aankwam. Dit was te merken aan uiteenlopende elementen van de wijze waarop de profeet Mohammed omging met vrouwen die menstrueerden tot het feit dat erfrecht voor vrouwen werd ingevoerd. Uit hadith blijkt bijvoorbeeld dat de profeet de Koran al eens reciteerde terwijl hij met zijn hoofd tegen de knieën van zijn vrouw lag. Zelfs vandaag zien we dat de moslimgemeenschap het nog steeds moeilijk heeft met deze controversiële thema’s die de profeet Mohammed al eeuwen geleden beslechtte.
Mijn enige kritiekpunt over het boek is haar standpunt met betrekking tot de hijab oftewel de hoofddoek. De punten die zij naar voor schuift zijn erg interessant en ook de taalkundige uitleg met behulp van exegese grootheden zoals Tabaari en as-Suyuti stemmen tot nadenken. Maar je merkt hoe negatief zij staat tegenover de hijab. Wat mij betreft staat zelfbeschikking centraal in het feminisme. Daarenboven ligt de focus van de laatste feministische golf waar wij ons nu in bevinden in de erkenning dat vrouwen verschillende contextuele uitdagingen kennen. Ik als moslima in het Westen ervaar het feit dat ik mijn hijab niet mag dragen juist als onderdrukkend wat minder speelde toen Mernissi haar boek schreef. Voor mij gaat mijn moslimfeminisme dan ook over het 'reclaimen' van de hijab als feministisch symbool tegenover een maatschappij die vrouwen alsmaar meer seksualiseert.
Maar al verandert feminisme met iedere golf, dat neemt niet weg dat een boek als dit vandaag minder waard zou zijn. Integendeel, het is belangrijk om de vrouwen te erkennen die zich uitspraken voor gelijke rechten. Het is van nog groter belang om te laten zien dat er pluralisme en meningsverschillen bestaan, ook binnen een islamitische context. In een tijd waar het enge dogmatisme de overhand lijkt te nemen zijn het juist dit soort boeken die een tegengeluid bieden.
Jonge moslima’s die op zoek zijn naar een identiteit die zowel islamitisch als Westers is, vechten een dubbele strijd: aan de ene kant tegen de dogmatische religieuze druk uit het Midden-Oosten en aan de andere kant tegen het fundamentalistisch secularisme uit het Westen. Deze twee extremen voelen tegenstrijdig aan, maar zoals altijd is er een gulden middenweg. Boeken zoals De politieke harem demonstreren dat perfect. Voor mij was de profeet een strijder voor sociale rechtvaardigheid en vooral ook voor vrouwen.
**
Op 30 november is er in Bozar een hommage aan Fatima Mernissi met bijdragen van Iman Lechkar, houdster van de Fatima Mernissi Leerstoel (VUB), Yassin Adnan, Asma Lamrabet en Najib Elmokhtari over de erfenis van Fatima Mernissi, gevolgd door een concert van Abeer Al Abed & het Amsterdams Andalusisch Orkest. Klik hier voor meer info.
En op 21 maart 2018 van 19:30 tot 22:00 zal Kif Kif leesclub i.s.m Femina Libera -de feministische leesgroep van de Groene Waterman het boek 'Achter de sluier' van Fatima Mernissi besproken worden. De avond zal worden begeleid door Kif Kif contributor Imaan Snijders. Locatie is de kelder van de Groene Waterman te Wolstraat 7, 2000 Antwerpen.