“Mensen die met liefde zitten, moeten radicaal verzoenen”

Een jaar geleden stonden Midden-Oostenjournalist Pieter Stockmans en islamoloog Montasser AlDe’emeh aan weerszijden van een ideologische grenslijn. Naar aanleiding van hun boek De Jihadkaravaan kropen ze in Leuven samen op de zetel van boekencafé Barbóék om onze vooroordelen af te slachten.
“Mensen die met liefde zitten, moeten radicaal verzoe

De Jihadkaravaan heeft niet tot doel om één partij met de vinger te wijzen, maar om te nuanceren. Neem jullie verantwoordelijkheid op. Wij zijn ook deels verantwoordelijk. Niet per se ik of u, maar onze samenleving. (Montasser AlDe’emeh)

 

Een jaar geleden stonden Midden-Oostenjournalist Pieter Stockmans en islamoloog Montasser AlDe’emeh aan weerszijden van een ideologische grenslijn. Terwijl Pieter jaagde op getuigenissen van Koerden die klemzitten in een enclave omringd door jihadistische milities, werd een van die milities, de Syrische aftakking van Al-Qaida, het onderwerp van Montassers doctoraatsonderzoek. Vandaag kruipen ze in Leuven samen op de zetel van boekencafé Barbóék om onze vooroordelen af te slachten.

Als de sudderende burgeroorlogen in het Midden-Oosten een IS-strijder of een bootje met oorlogsvluchtelingen op Fort Europa afschieten, roept de media graag Montasser AlDe’emeh erbij om onze angst te sussen. Wat we soms lijken te vergeten, is dat deze jihadexpert zelf een mens is van vlees en bloed. Meer nog, hij is jaren geleden zelf als jonge Palestijnse vluchteling op België afgeschoten, en draagt al jaren een verhaal van verdriet en liefde met zich mee. Van haat en Al-Qaida-sympathie naar verzoeningsradicalisme, ook Montasser vocht een innerlijke jihad uit.

 

Van harte gefeliciteerd met jullie beklijvende roman De Jihadkaravaan. Het boek keert vooroordelen binnenstebuiten en grijpt je als lezer zo naar de keel dat de mensen in je omgeving denken dat je in de Derde Wereldoorlog bent verwikkeld.

 

Pieter Stockmans: Eigenlijk is de Derde Wereldoorlog ook al bezig. Maar hij ontwikkelt zich op een andere manier dan de vorige twee. Vandaag (30 september) is Rusland begonnen met luchtaanvallen op Syrië. Alle grootmachten steunen andere partijen in de burgeroorlog in Syrië en Irak. Wat wij daarvan hier voelen doorsijpelen, is, in vergelijking met het conflict in het Midden-Oosten, nog maar heel beperkt. Maar je hebt wel een aantal aanslagen gehad hier in Europa. Dat zijn uitingen van de invloed van buitenlandse conflicten hier bij ons, en wij mogen niet de illusie koesteren dat we hier niet bij betrokken zijn. Het is juist omdat we betrokken zijn, dat we uiteindelijk ook beschouwd worden als een doelwit voor bepaalde groepen, en als we ergens tussen willen komen, moeten we ook realistisch zijn en erkennen dat we een doelwit kunnen zijn. En als er een half miljoen vluchtelingen op vijf jaar tijd in Europa aankomen, roepen we moord en brand, omdat we niet weten dat er een gigantisch conflict gaande is.

Montasser AlDe’emeh: Burgemeester Bart De Wever zei dat de dode vluchtelingen in de Middellandse Zee onze verantwoordelijkheid niet zijn, terwijl Europa wel een rol speelt in het conflict in Syrië, onder meer door het Vrije Syrische Leger te steunen en wapens te leveren die via Saudi-Arabië in Syrië terecht komen. Ook Belgische wapens. Die komen ook terecht bij rebellen die tegen Assad vechten. Later hebben verschillende van die milities de eed van trouw gezworen aan al-Bagdhadi, de huidige leider van IS, en zijn die wapens in handen gekomen van IS en andere jihadistische groepen.

Pieter Stockmans: In de jaren 70-80 heeft het Westen hetzelfde gedaan, door de moedjahedien te steunen, die uiteindelijk de grondslag geworden zijn van de wereldwijde Jihadbeweging. Wij hebben hen in het begin gemaakt. Bart De Wever en andere politici spelen echter in op het Vlaamse gevoel van isolationisme. “Het is onze schuld niet. Wij zijn een eilandje in de wereld en hebben er niets mee te maken.” Veel mensen weten niet wat onze leiders doen. In 2008 en 2012 hebben alle EU lidstaten 17,3 miljard wapens vergund voor export naar Saudi-Arabië, waarvan België 1,17 miljard wapens. Hoe is het mogelijk dat je zo’n land, waarvan je weet dat het een van de meest betrokken partijen is in het geopolitieke conflict in het Midden-Oosten, nog sterker maakt?

Montasser AlDe’emeh: In mijn tienerjaren hoorde ik van een prediker uit Koeweit dat vanuit België in de jaren ’40 wapens werden geleverd aan zionistische milities die uiteindelijk mijn ouders uit hun land hebben verjaagd. Die Israëlisch-Palestijnse problematiek heeft gevolgen tot op de dag van vandaag. Maar daarom is het niet alleen de schuld van het Westen. Iedereen treft schuld. Ook de Arabische Liga, leiders die hun bevolkingen onderdrukken en analfabetisme in stand houden. De Jihadkaravaan heeft niet tot doel om één partij met de vinger te wijzen, maar om te nuanceren. Neem jullie verantwoordelijkheid op. Wij zijn ook deels verantwoordelijk. Niet per se ik of u, maar onze samenleving.

 

De Jihadkaravaan laat zich lezen als een roman. Tegelijkertijd kijken we achter de schermen bij jonge Syriëstrijders. Waarom vermengen jullie een literair levensverhaal met journalistiek?

 

Montasser AlDe’emeh: Op vijftienjarige leeftijd had ik al de neiging om mijn verhaal op papier te zetten. Toen zat ik echter nog met haat. Ik nam een slachtofferrol aan. “Wij zijn uit ons land gezet, dus wij zijn het slachtoffer. Ik wil niet meer leven in België.” Een leerkracht uit het middelbaar moedigde me aan om te wachten met schrijven. En ik wachtte, terwijl ik tijdens en na mijn bezoek aan Auschwitz evolueerde naar een open houding tegenover de joden. Via Facebook ontdekte ik Pieter als een journalist die in Palestina met de mensen gaat leven en hun persoonlijke inbreng in kaart brengt. Hij kijkt naar wat er omgaat in hun harten. Voilà, de ideale man om mij te helpen. Als ik tegen een doorsnee journalist zou zeggen dat ik vroeger een aanslag wilde plegen, is het om zeep.

Pieter Stockmans: Vergelijk het met een ijsberg. Als je op zee vaart, wordt daar al je aandacht naartoe gezogen. Op dezelfde manier wordt al onze aandacht nu opgeëist door Syriëstrijders die poseren met een Kalasjnikov. Op dezelfde manier werd Montasser veroordeeld door sommige leerkrachten omdat hij rondliep met een Palestijnse sjaal, het symbool van zijn vaderland. Terwijl hij met Palestina in zijn hart zat en ernaar snakte om erover te praten, zaten wij al klaar met onze vooroordelen. Omdat media onze vooroordelen voeden. Het tipje van de ijsberg is voor mij puur verslaggeving, kort en snel, met het gevaar dat we cruciale informatie missen. Wat er onder die ijsberg zit, is een roman, een levensverhaal.

Montasser AlDe’emeh: Tijdens onze eerste ontmoeting ontdekten we dat we bijna dezelfde kijk op de wereld deelden, en vanaf dat moment was het duidelijk dat we dat boek moesten schrijven. Aan de ene kant hebben we dossiers opgevraagd van het Centrum voor Leerlingenbegeleiding, van de Dienst Vreemdelingenzaken,… Aan de andere kant is Pieter de toonaangevende mensen in mijn leven, waaronder mijn ouders en mijn leerkrachten, gaan interviewen, om alle perspectieven samen te brengen.

Pieter Stockmans: Van Montassers leven maakten we een casus. Hoe komen moslims bij ons terecht, met het verhaal dat zij met zich meedragen vanuit hun thuisland? Zij komen hier terecht door oorlogen waarin wij ook een rol spelen, zoals het conflict Israël-Palestina, waarin we Israël al decennialang een hand boven het hoofd houden. We moeten ons niet verbazen dat Palestijnen een uitweg zoeken, en dat een aantal van hen hier terecht komen. Maar niet als een onbeschreven blad. Zij komen met zoveel leed terecht in een omgeving die hen totaal niet begrijpt. Wat Montasser kapot heeft gemaakt, is het snakken naar begrip dat nooit is gekomen. Hij nam zijn omgeving dat kwalijk. Nu verwacht hij niet meer dat mensen hem begrijpen, en dat was zijn bevrijding. Ik wilde dat in romanstijl beschrijven, zodat mensen die niet met dat complexe Midden-Oosten of Palestina bezig zijn dat boek zouden vastnemen en het van a tot z zouden uitlezen, om daarna te beseffen dat het allemaal echt is. Wij willen een breder publiek bereiken, de grote massa die nooit politieke dingen op hun Facebookpagina post, maar wel eens een goed boek wil lezen.

 

Jullie pleiten voor integratie in plaats van assimilatie. Weg met het hoofddoekenverbod, de heisa rond de zogenaamde boerkini, en een heleboel andere maatregelen die moslims verhinderen om als gelijken te functioneren in de Belgische maatschappij. Dat stuit vele Belgen tegen de borst, uit angst dat hun eigen cultuur ten onder zal gaan en zijzelf zullen opgaan in de islam. Is die angst gegrond?

 

Pieter Stockmans: Onbewust associëren mensen een cultuur of een religie met het geweld in naam van die religie. Als er in Parijs op klaarlichte dag mensen worden neergeschoten door daders die dat beweren te doen in naam van de islam, dan worden mensen bang voor alles wat met die religie te maken heeft. Vandaag is er een bericht dat de hoofddoek problematiseert, morgen is het de boerkini, en overmorgen is het weer iets anders. De bedoeling van die aanslagen is net om angst aan te wakkeren voor elk kenmerk dat met die religie te maken heeft. Mensen zijn bang, kun je het hen verwijten? Ook zij zijn slachtoffer van een geopolitieke realiteit waar niemand nog vat op heeft.

Montasser AlDe’emeh: Als we spreken over integratie, dan komt het erop neer mensen te accepteren zoals ze zijn zolang ze de vrijheid van de ander respecteren. Als wij ons als Vlamingen niet eens betrouwbaar kunnen opstellen tegenover onze medeburger, hoe zouden wij dan een wereldconflict kunnen oplossen? Wij komen niet eens overeen in kwesties als de boerkini, de hoofddoek of verdoofd slachten. Een schaapje kopen en slachten op het Offerfeest, dat is belangrijk voor moslims. Ik denk niet dat verdoofd slachten ingaat tegen islamitische principes, maar zelfs daarover kunnen wij niet samenzitten en praten. En is het zo moeilijk om iemand met een hoofddoek het verkeer te laten regelen? In Engeland is het wel mogelijk. We leven in 2015, mensen. Niet meer in de homogene wereld van weleer.

Pieter Stockmans: De homogeniteit is verdwenen omwille van de verschillende gebeurtenissen in de voorbije 50 jaar. De migratie, de oorlogen in het Midden-Oosten…, waarin we een rol hebben gespeeld. Daardoor zijn vreemdelingen met hun cultuur naar ons gekomen. In plaats van eenrichtingsverkeer te blijven regelen, waarin we verwachten dat migranten hun cultuur volledig aan de kant schuiven en zich aanpassen aan ons, moeten wij ons aanpassen aan de realiteit die wij mee hebben gecreëerd. Trouwens, ik voel mij niet bedreigd door een vrouw die volledig bedekt gaat zwemmen. En ik heb ook geen schrik dat, omdat zij dat doet, binnenkort iedere vrouw in boerkini zal moeten zwemmen. Of dat moslims binnenkort de wetten gaan bepalen. En waarom denken we dat de Belgische moslims, waarvan de overgrote meerderheid een geloofsbeleving heeft die veel meer geïntegreerd en aangepast is aan de Europese cultuur zijn dan wij denken, de strikte islamitische wet zouden opleggen die uit het Midden-Oosten komt?

Montasser AlDe’emeh: De jongeren die hier vandaag worden geboren hebben daar ook niet voor gekozen. Uiteindelijk was het een contract tussen de overheid en gastarbeiders, die hier zijn komen werken en kinderen hebben gekregen of hun gezin hebben meegenomen. Moeten zij dan afstand nemen van hun cultuur en religie? Het is niet makkelijk om een evenwicht te vinden tussen hun eigen culturele en religieuze identiteit en de westerse samenleving. En toch doen ze het. Wij zijn uiteindelijk allemaal één, allemaal mensen. Niemand heeft ervoor gekozen om te zijn wie hij is, want wij worden gemaakt door omstandigheden.

 

In de Jihadkaravaan wordt de media vaak gehekeld, omdat zij de angst die IS en andere extremisten zaaien verder vermenigvuldigen. Werken media polarisering in de hand?

 

Montasser AlDe’emeh: Het probleem in de media vandaag de dag is dat de mensen die duiding geven bij de beangstigende gebeurtenissen nauwelijks de tijd daarvoor krijgen. Een expert wordt uitgenodigd voor een interview, om uiteindelijk in vijf minuten drie vragen op zich afgevuurd te krijgen, en terug naar huis te mogen vertrekken. Ons boek, dat zowel in de ziel kijkt als de complexe geopolitiek duidt, is niet gerecenseerd door de grote kranten. Het kwam niet aan bod op de televisie. Maar mensen die het boek lezen, bedanken ons voor de andere insteek die we hen aanbieden.

Pieter Stockmans: Wat er ook speelt, is dat we op zoek zijn naar het bevestigen van vooroordelen en naar de bevestiging van wat wij al geloven. Hoewel journalistiek moet ingaan tegen gevestigde denkbeelden, worden die er net nog eens goed ingewreven. Neem nu de berichtgeving over de vluchtelingen. In misschien één asielcentrum zijn er eens drie vluchtelingen geweest die eten weigerden. Maar meteen een grote titel in de kranten: ‘Asielzoekers zijn ondankbaar.’

Montasser AlDe’emeh: Of dat mediabericht over de zogezegde 4000 IS-strijders tussen de vluchtelingen. Dat klopt niet. IS heeft die soldaten nodig. Op het moment rekruteren ze jongeren uit onze landen om voor het kalifaat te vechten, en dan zouden ze er zoveel naar Europa sturen? En zelfs als er enkele IS-strijders tussen de vluchtelingen zouden zitten, moeten wij daarom alle vluchtelingen tegenhouden? Als ik vertel dat de Egyptische dictator al-Sisi op één dag honderden mensen liet doodschieten op straat, knipperen mensen nog niet met hun ogen. Ondertussen focussen we ons heel de tijd op IS en vergeten we de voedingsbodem van het probleem aan te pakken. Het kan niet wat IS doet, maar waar was de wereld toen die andere mensen brandden?

Pieter Stockmans: Kijk naar het verschil tussen de aandacht die we geven aan IS en de aandacht die we geven aan Assad. Angst verkoopt. De reden waarom wij ons op IS focussen is omdat IS zich rechtstreeks tegen ons keert. Assad heeft misschien een tienvoud van de doden die IS heeft gemaakt op zijn geweten. Maar hij keert zich niet rechtstreeks tegen ons. En toch: zijn gruwelen voeden IS, en die keren zich wel rechtstreeks tegen ons. De berichtgeving is wel degelijk schadelijk: omdat er onevenredig veel aandacht wordt gegeven aan de daden van IS, willen politici vandaag de dag zelfs samenwerken met Assad. Terwijl de polarisering de maatschappij steeds sterker gaat aantasten.

Montasser AlDe’emeh: Polarisatie is belangrijk voor IS. Als moslimjongeren zich hier goed voelen, vertrekken ze niet naar Syrië. Maar niet alleen IS wil twee werelden creëren: het land van geloof versus het land van ongeloof. Ook extremisten in Europa plaatsen de westerse beschaafde wereld tegenover de islam, en worden zo objectieve bondgenoten van IS. En de media trapt er ook in.

Pieter Stockmans: IS wil gebruik maken van de kloof die ontstaan is binnen de westerse maatschappij na 9/11. Al-Qaida wist dat er sinds een twintigtal jaar een heel aantal moslims naar Europa geïmmigreerd was en dat hun integratie niet altijd vlot verloopt. Door een aanslag konden zij de kloof tussen beide werelden definitief slaan. Een kloof waarin Montasser gevallen is.

Montasser AlDe’emeh: Terwijl ik eigenlijk geen dommerik ben, maar iemand die altijd op zoek is geweest naar kennis. Toch viel ik in die kloof. De foto van Bin Laden hing in mijn kamer, al heeft mijn moeder die verwijderd. Bijna alle moslimjongeren zitten in die kloof. Ze springen van de ene kant naar de andere, niet wetende tot welke wereld ze behoren. Waarom focussen wij alleen op de zwakkeren? Waarom focussen wij ons niet op grootmachten? Want die hebben uiteindelijk de macht om aan tafel te zitten. Zij hebben een grotere verantwoordelijkheid dan de tienerjongen Montasser, die zich door de complexe wereld heen heeft moeten vechten.

Pieter Stockmans: Maar wat heeft Montasser gedaan? Ook al zat hij met zoveel haat, toch heeft hij een spirituele reis gemaakt naar de wortels van zijn haat en ze een voor een uitgedaagd. Het waren illusies, maar om te beseffen dat het illusies waren, moest hij ze nastreven en gedesillusioneerd raken. Zijn verhaal toont dat het de verantwoordelijkheid is van ieder individu om kennis te gaan opzoeken, kennis die onze vooroordelen uitdaagt. Om kritisch te staan in de wereld, gewapend met kennis.

Montasser AlDe’emeh: Ik heb er zelf niet voor gekozen om te haten, maar ik ben gaan haten, tot ik uiteindelijk afstand nam van die haat. Nu sta ik open voor het verdriet van de joden, omdat er een voedingsbodem is voor dat verdriet. Maar de situatie in Gaza moet verbeteren. Sommige joden stellen dat zij het uitverkoren volk van God zijn. Moeten zij dan niet aan de wereld laten zien wat vrede is, hoe je met andere mensen moet omgaan? Mijn boodschap aan de regering van Israël en alle regeringen die een bevolking onderdrukken: neem die bevolking serieus en respecteer hun rechten, zodat zij de kans krijgen om te transformeren. Anders kan je van een oorlogsslachtoffer in Gaza niet verwachten dat hij dezelfde spirituele reis onderneemt als ikzelf.

 

Ook u beraamde plannen om u aan te sluiten bij de jihadkaravaan.

 

Montasser AlDe’emeh: Ja. Het bleven uiteindelijk gedachten. Wat hebben mensen nodig in onze maatschappij? Een spreekbuis, zodat ze hun gevoelens kunnen uiten. Vinden ze die niet, dan begaan ze wanhoopsdaden. In België plegen gemiddeld vijf mensen per dag zelfmoord. Dat zijn mensen die naar communicatie snakken. Een geruststellende hand of een open blik kan al voldoende zijn om hen weer hoop te geven. Als we spreken over “de Syriëstrijder”, gaat het vaak om jongeren jonger dan 26 jaar, die nood hebben aan een luisterend oor, begrip, empathie. Ik vond dat niet, en werd zelfs veroordeeld voor de simpele dingen, zoals het dragen van een Palestijnse sjaal. Is het dan niet logisch dat ik mijn heil elders zoek? Als mensen de maatschappij links laten liggen, zegt dat iets over die mensen, maar zeker ook iets over de maatschappij.

 

Hoewel u met zoveel haat zat omdat u niet erkend werd als volwaardig burger, bent u toch van het pad naar de jihadkaravaan afgeweken. Maar vele anderen leidt het juist daarnaartoe. Op welke manier moet de maatschappij evolueren?

 

Montasser AlDe’emeh: De maatschappij kan het op twee manieren beter aanpakken. In de eerste plaats zou iedereen empathie moeten tonen, wat betekent dat je je verplaatst in de denkwereld van anderen. In de tweede plaats moet iedereen, moslimjongeren in het bijzonder, tot zelfbevrijding komen. Die jongeren zitten vast tussen twee werelden en zijn gedwongen verschillende identiteiten aan te nemen, omdat iedereen iets van hen verwacht. Aan de ene kant de maatschappij, zoals leerkrachten en werkgevers. Aan de andere kant hun ouders, hun familie en de moslimgemeenschap. Daarbinnen zien we diezelfde discriminatie. Twee weken geleden werd ik gebeld door een meisje dat wilde gaan werken om zich te integreren, terwijl haar vader daar ernstige bezwaren op had. Toch volhardde ze, om daarna afgewezen te worden omdat ze een hoofddoek draagt. Wil iemand in die positie zitten? Als ik zeg dat ik opensta voor het verhaal van de joden, dan word ik door mijn eigen gemeenschap verketterd. Maar het is mijn eigen keuze. Daarom is zelfbevrijding zo belangrijk. Jezus bevrijdde zichzelf en koos voor een eigen staat in zijn hart. Op het einde van de reis naar de wortels van mijn haat ben ik naar Sabbarin getrokken, het Palestijnse dorp waarin mijn ouders hebben geleefd. Het is volledig weggevaagd door zionistische milities in 1948. Waar mijn wortels beginnen, daar heb ik een olijfboom geplant, en net als Jezus gekozen voor een eigen staat in mijn hart. Ik zoek niet meer naar begrip of liefde, en dat was mijn verlossing. Het is geen verhaal van wij of zij, maar een verhaal van jezelf.

 

Op weg naar zelfbevrijding besloot u om te gaan studeren aan de KU Leuven, waardoor u bent uitgegroeid tot een van de meest vooraanstaande islamologen van Nederland en België.

 

Montasser AlDe’emeh: Ik heb veel aan de KU Leuven te danken, want zij hebben mij deels gemaakt tot wie ik nu ben. Aan de ene kant hebben de professoren en de ombudsdienst mij steun en warmte geboden. Tijdens de oorlog in Gaza in 2008-2009 zag ik het vaak niet meer zitten en in het eerste semester heb ik geen examens afgelegd. Ik zat er zo diep door dat ik iets effectief wilde gaan doen voor Gaza. Je moet niet verwachten dat je op één dag het licht ziet, of een teken van God krijgt dat je moet transformeren. Maar de KU Leuven schatte mij in op mijn waarde. Mijn examens werden verplaatst naar het tweede semester, en ik slaagde met onderscheiding. Aan de andere kant boden ze mij kennis aan over de islamitische en joodse geschiedenis, die mijn geest bijna letterlijk heeft geopend. Daarvoor haalde ik al mijn kennis van het internet, voornamelijk van filmpjes op Youtube. Aan de KU Leuven las ik wetenschappelijke werken en objectieve boeken. En bij het vak ‘Inleiding tot het Jodendom’ ontmoette ik Julien Klener, een joodse professor uit Brussel. Zo viel er een joodse traan in mijn Palestijnse ziel.

Pieter Stockmans:A l kon je tijdens zijn eerste les niet blijven zitten.

Montasser AlDe’emeh: Ik kon het niet aan. Maar mijn honger naar kennis was te groot.

Pieter Stockmans: Dat was één van de redenen waarom ik het zo belangrijk vond om dit verhaal naar buiten te brengen. Iemand komt uit een politiek conflict, waardoor hij is gevormd en is gaan haten, en gaat dan toch de taal en cultuur van zijn zogenaamde vijand bestuderen. En hoewel hij in het begin niet eens kan blijven zitten, blijft hij toch volharden, omdat zijn nieuwsgierigheid naar kennis sterker is dan zijn haat.

 

Montasser haalt Martin Luther King aan in zijn bevrijding van de haat. ‘Duisternis kan geen duisternis verdrijven, enkel het licht is daartoe in staat. Haat kan geen haat verdrijven, enkel de liefde is daartoe in staat.’

 

Montasser AlDe’emeh: En toch was het bij mij net omgekeerd. Haat heeft haat verdreven. Om dat te begrijpen, moet je het boek lezen. Om je situatie te verbeteren, moet je bij jezelf beginnen en je eigen verantwoordelijkheid opnemen. Ieder op zijn eigen niveau. Ik heb een centrum opgericht, De Weg Naar, waarin ik de moeders van vertrokken en teruggekeerde Syriëstrijders begeleid. Subsidies van de overheid krijg ik niet. Betekent dat dan dat ik niets moet doen?

Pieter Stockmans: Die ouders spartelen met een invloed die op hun zoon of dochter is beginnen inspelen en waar zij helemaal geen vat op krijgen. Terwijl ze zoeken naar een manier om hun kinderen nog een beetje onder controle te houden, spelen er zoveel factoren – de islam in Europa, extremistische groepen die op frustratie inspelen, het onrecht in het Midden-Oosten, discriminatie en racisme – die radicaliserende jongeren beïnvloeden. Zo raken moeders volledig het noorden kwijt, terwijl de maatschappij een beschuldigende vinger naar hen uitsteekt.

Montasser AlDe’emeh: En of je nu een werkende vader bent, een moeder thuis, een imam in de moskee, een straathoekwerker… je kan altijd zelf iets doen. Spui niet enkel je frustraties op Facebook, doe iets. In plaats van de slachtoffers in Syrië te willen gaan helpen en zo de situatie misschien nog erger te maken, help de Syriërs die in onze maatschappij terecht komen.

Pieter Stockmans: In De Jihadkaravaan lanceren wij ons manifest, dat wij “Tien kogels van verzoening” hebben genoemd. In een wereld waarin polarisering de norm wordt, vormt verzoening een bedreiging. Vele mensen vinden het Midden-Oosten te complex, waardoor ze geneigd zijn niet te reageren. “Het is te ingewikkeld, we gaan dat toch niet kunnen oplossen.” Daarom willen wij mensen inspiratie bieden. Het is mogelijk om in een vaak negatieve realiteit te evolueren naar verzoeningsradicalisme. Montasser is naar de wortels van zijn haat en zijn eigen radicalisme gereisd. Hij is er bijna fysiek onderdoor gegaan, maar hij heeft het toch maar gedaan. En als hij het kan, waarom wij dan niet allemaal?

Montasser AlDe’emeh: Wat heb ik gekregen voor mijn transformatie? Haat, van mensen die tegen verzoening en liefde zijn. Voor mij is het daarom niet voldoende om te horen: “Uw verhaal inspireert mij.” Nee. Vertel het verder, organiseer een lezing. Mensen die met liefde zitten, moeten radicaal verzoenen.

 

Amélie Hurkens

 

Recensie (een brief aan de auteurs):

 


De Jihadkaravaan, Reis naar de Wortels van de Haat. Uitgeverij Lannoo. 24,99 euro. Lees hier alle info over het boek.

 

Herbekijk hieronder in 3 delen de boekvoorstelling in Leuven (Barboek)

 

 

Deel 1

Deel 2

Deel 3