Van Emmanuel Todd (°1951) verscheen het boek ‘Wie is Charlie?’. De auteur is een belangrijke stem in het Franse culturele leven. Dat dankt hij onder meer aan zijn wetenschappelijke productiviteit, zijn innovatieve ideeën en het feit dat hij de ineenstorting van de Sovjet-Unie voorspeld had.
Zijn hart klopt links, ooit sympathiseerde hij met de Franse Communistische Partij. Zijn joodse achtergrond maakt dan weer dat hij uit eigen ervaring kan spreken over integratie, assimilatie en uitsluiting. Hij is een zwaargewicht: toen hij in mei jl. zijn boek ‘Qui est Charlie?’ publiceerde, achtte premier Valls het nodig publiekelijk te reageren met een weerlegging.[1] Die reactie van de eerste minister maakte meteen duidelijk dat het boek een schot in de roos was. Nu Wie is Charlie? in het Nederlands beschikbaar is, is het nuttig het werk eens goed te bekijken.[2]
Het is best daarbij een onderscheid te maken tussen Todds standpunten en zijn wetenschappelijke analyses. Je hoeft het niet eens te zijn met (alle) stellingnames om de analyse te bekijken, en de kwaliteit van de analyse is niet nodig voor het beoordelen van de standpunten. Een deel van Todds boek is demografisch, sociologisch en statistisch vakwerk, vaak met hypotheses die nog moeten worden getoetst. Iets waar specialisten zich over moeten buigen. Maar daarnaast zijn er rake observaties, worden er interessante historische verbanden gelegd, lezen we de beschouwingen van een briljante geest.
Het geweld van een agressieve natie
Om met enkele standpunten te beginnen: de auteur vindt het hoofddoekenverbod in de Franse staatsscholen goed, hij ziet de broers Kouachi en Amedy Coulibaly als psychiatrische gevallen en is voorstander van assimilatie van immigranten in de opnemende maatschappij. Dat zie ik allemaal anders. Ik vind de Franse wet op de ‘levensbeschouwelijke kentekens’ in de scholen een schande en een duidelijke uiting van islamofobie. Ik denk ook dat je het politieke activisme van de Kouachi’s en Coulibaly niet mag weggommen en dat ze niet gekker zijn dan bijvoorbeeld Franse gevechtspiloten die keurig doelwitten in Libië bombardeerden, of nu bommen gooien op IS. En assimilatie vind ik niet iets om tegen te zijn, maar ook helemaal geen vereiste. Moeten Antwerpse joden afstand doen van hun klederdracht, hun kosjere voedselregels, hun traditionalistische opvoeding om op te gaan in de rest van de bevolking? Nergens voor nodig, denk ik dan, integendeel: bescherm hun levensstijl als cultureel erfgoed!
Nu ben ik, zonder het te willen, toch al op een minpunt van Todds boek gestuit: de militair-politieke dimensie ontbreekt. De aanslagen van januari 2015 in Parijs waren (ook) politiek gemotiveerd, ze kwamen onder meer voort uit de inmenging van Frankrijk in de interne conflicten van Mali. Frankrijk vond het nodig en eigende zich het recht toe de islamitische rebellen in dat land te bestrijden. En niet zo’n beetje, het ging om uitroeiing. ‘U vraagt wat we gaan doen met de terroristen als we ze vinden? Ze vernietigen! Gevangennemen als het kan, ervoor zorgen dat ze in de toekomst geen schade meer kunnen aanrichten.’ Op 11 januari 2013 krijgen de Franse troepen in Mali de instructie: vrij schieten op verdachte voertuigen![3]
Het is deze context (waartoe ook de Israëlische drones behoren die tegen de moslimrebellen werden ingezet) die mee moet worden bekeken als je het over Coulibaly en de Kouachi’s wil hebben. Niet dat dat hun gedrag verontschuldigt, maar het roept de vraag op hoe ethisch verantwoord en hoe legitiem de Franse neokoloniale politiek is? En is die niet veel bloediger dan wat Coulibaly en co aanrichtten? Is de verontwaardiging over de moorden in Parijs niet erg selectief en egocentrisch? Dat er uitgeroeid wordt in Afrika, nu ja… Maar als dat terugkaatst naar Parijs: ho maar![4]
Hysterische overreactie
Maar die kwestie komt dus niet aan de orde bij Todd. Zijn hoofdpunt – en daar botst hij frontaal met premier Valls – is dat de massabetogingen van 11 januari 2015 onder de slogan ‘Je suis Charlie’ een geval van hysterie waren, een duidelijke overreactie, en dat er van de door de overheid geproclameerde nationale eenheid geen sprake was. ‘Het volk was niet Charlie, de jongeren van de banlieues, moslim of niet, waren niet Charlie, de arbeiders buiten het centrum waren niet Charlie.’ De manifestatie, georganiseerd en gebruikt door de politieke machthebbers, toonde vooral de hogere middenklasse en de wat lagere regionen van de maatschappij die ze kon meetrekken.
Todd vat de strekking van de betoging onder de term ‘neo-republicanisme’. Dat is een opkomende ideologie waarin hij een sterk aandeel van ex-catholicisme observeert, ‘zombie-katholicisme’, in zijn niet zo flatterende terminologie. Het is een ideologie van en voor de bovenste helft van de samenleving. Ze zwaait met het republikeinse beginsel van de vrijheid, maar verdoezelt het principe van de gelijkheid.
Het misbruik van het begrip vrijheid wordt door Todd scherp aangeklaagd: ‘De Republiek die opnieuw gefundeerd moet worden plaatst in het centrum van haar waarden het recht op blasfemie, met als directe toepassing de plicht tot blasfemie tegenover het emblematische personage van een minderheidsgodsdienst, gedragen door een benadeelde sociale groep. In de context van massale werkloosheid, discriminatie bij de tewerkstelling van jongeren met Maghrebijnse achtergrond, en een onophoudelijke diabolisering van de islam door de ideologen die aan de top van de Franse samenleving staan, zowel op de televisie als in de Académie Française, kan niet genoeg gewezen worden op het geweld dat teruggekeerd is in de betoging van 11 januari.’ Want het is iets anders, stelt Todd, je eigen godsdienst te bekritiseren, dan die van anderen.
Je moet hierbij ook de globale economisch-politieke visie van Todd in het oog houden. Een oplossing voor de werkloosheid in Frankrijk en de budgettaire problemen is volgens hem niet mogelijk zonder de euro op te geven en ook het lidmaatschap van de EU, waarin Frankrijk aan de Duitse leiband loopt en gedwongen wordt tot een asociale politiek. (Ja, denk ik dan, de recente lotgevallen van Griekenland laten evenmin een andere conclusie toe, al maken die evenzeer duidelijk dat het moeilijk of onmogelijk is aan de klauwen en de wurggreep van de Europäische Union te ontsnappen.)
Geen remedie maar repressie
Hoe fout het loopt in Frankrijk illustreert Todd ook met de evolutie in de gevangenissen. Van 1980 tot 2014 steeg het aantal personen in de gevangenis met 70 %. Die stijging komt niet door de zware criminaliteit (moord en doodslag gaan in dalende lijn) maar door de criminaliteit die gekoppeld is aan armoede en sociale marginaliteit. ‘Het is de onrechtvaardigheid van de wereld die de gevangenissen vult.’ En het is het blok van middenklasse, ouderen en personen met een katholieke achtergrond dat verantwoordelijk is voor het huidige beleid waarin de problemen blijven toenemen, waar dan op gereageerd wordt met repressie i.p.v. met oplossingsstrategieën. De Republiek is ontaard, het overheersende blok wil niets horen van gelijkheid.
Op Todds heel concrete kritiek antwoordde Manuel Valls met ontwijkingsmanoeuvres – Todd ziet alles zwart-wit, hij maakt van de elites van het land verraders, karikaturen zijn toch essentieel voor het vormen van de publieke opinie en verdedigen meestal de zwakken en de gediscrimineerden… En verder met holle retoriek: je moet geloven in Frankrijk, je moet de Republiek verdedigen, want zij beschermt de burgers en emancipeert de individuen, zij is ‘onze’ grootste sterkte. Maar niets in deze oproep tot blind geloof, tot het adoreren van abstracte begrippen die niet gekoppeld zijn aan concrete beleidspunten, weerlegde Todds betoog. We blijven zitten met vragen als: hoe wil de Franse regering de werkloosheid verminderen, de werkloze jongeren een toekomst bieden, de toenemende verarming onderaan de maatschappij tegengaan, het ongenoegen van moslims die zich gekwetst voelen door Mohammedcartoons wegnemen, het groeiende antisemitisme indijken, de snel groeiende gevangenispopulatie weer verminderen?
Emmanuel Todd is overigens geen pessimist. Hij ziet ook positieve krachten aan het werk, en één daarvan is de islam, waarin gelijkheid een belangrijke rol speelt. ‘In het geval van Frankrijk zou het egalitarisme van de islam, dat vandaag als een bedreiging wordt gezien, een hoopvol perspectief kunnen zijn.’ Dat is een verrassende stelling – met weinig uitleg – die ik hem wel eens graag zou willen horen toelichten.[5]
[1] Le Mondevan 7 mei 2015 : http://www.lemonde.fr/societe/article/2015/05/07/manuel-valls-nous-devons-resister-au-pessimisme-ambiant_4629245_3224.html
[2] Emmanuel Todd, Qui est Charlie ? Sociologie d’une crise religieuse, Seuil, Parijs, mei 2015. Nederlandse vertaling bij De Bezige Bij. Ik baseer me hier op de oorspronkelijke editie en vertaal waar nodig daaruit.
[3]Christophe Boisbouvier, Hollande l’Africain, La Découverte, Paris, oktober 2015, p. 207-208.
[4] Dat de actie van de Kouachi’s en van Koulibaly vrijwel samenviel met de eerste verjaardag van de Franse oorlog tegen de rebellen in Mali, dat de Charliebetoging van 11 januari 2015 exact samenviel met de verjaardag van de start van die oorlog (de operatie ‘Serval’) en dat de stemming van oorlogskredieten op de parlementaire agenda stond – het zijn zaken die weinig of geen aandacht kregen, en die duidelijk taboe zijn.
[5] Een interessante bespreking van Todds boek is die van Coralie Delaume: http://l-arene-nue.blogspot.fr/2015/05/charlie-todd-le-bebe-et-leau-du-bain.html . Ik schreef eerder al over Charlie: Je ne suis pas un de ses cons de Charlie, http://www.dewereldmorgen.be/artikel/2015/02/04/je-ne-suis-pas-un-de-ces-cons-de-charlie (nu ook in boekvorm: Eric Hulsens, Bloot of boerka? Uitgeverij Antidote, Ledeberg 2015).