“Onze strijd in Iran is verbonden met die van onderdrukte groepen wereldwijd”

De door vrouwen geleide protestbeweging in Iran blijft groeien, in het land zelf en wereldwijd. Het regime reageert met steeds bloediger geweld en massale arrestaties. Wie kunnen bondgenoten zijn in de strijd voor ‘vrouw, leven, vrijheid’, en wie zeker niet? Is er een leider nodig voor een succesvolle revolutie? En hoe kunnen mensen vanop afstand bijdragen aan de strijd? Het Belgische Zan Zendegi Azadi-collectief organiseerde vorige week vrijdag met zo’n 70 activisten en andere geïnteresseerden een gespreksavond in Brussel om te reflecteren op de strijd tot nu toe, en hoe nu verder.

De protesten tegen het regime van ayatollah Ali Khamenei hebben zich in minder dan twee maanden verspreid naar minstens 133 steden en 129 universiteiten in Iran. Sinds het begin van de opstand, die op gang kwam na de dood van de Koerdisch-Iraanse Zhina (Mahsa) Amini in handen van de zedenpolitie, werden meer dan 10.000 demonstranten, activisten, muzikanten en gewone burgers gearresteerd. Honderden mensen werden tijdens de protestacties gedood door de veiligheidsdiensten. De Iraans-Belgische journalist Ali Arkani beschreef vorige maand in een artikel voor Kif Kif hoe de huidige protesten kaderen in een decennialang groeiende onvrede bij de Iraanse bevolking. Het gevecht tegen de staatsonderdrukking is dus een werk van lange adem. 

Ondertussen wordt ook door verzetsgroepen in België nagedacht over hoe de strijd het best gevoerd kan worden. Vorige week vrijdag (4 november) organiseerde het collectief Zan Zendegi Azadi (Perzisch voor ‘vrouw, leven, vrijheid’) daartoe een gespreksavond in de Pianofabriek in Sint-Gillis. Het collectief wilde ruimte maken voor politieke discussie over de doelen, strategieën en transnationale bondgenootschappen van de beweging.

“Er is liberaal feminisme, er is staatsfeminisme, er is racistisch feminisme, fascistisch feminisme. Dat is zeker niet het feminisme waar we voor strijden als collectief”

“Demonstraties zijn van essentieel belang om de kracht van de strijd te laten zien, maar ze bieden niet genoeg ruimte om die politieke discussies te voeren”, aldus Roxanne van Zan Zendegi Azadi België. “Voor welk feminisme vechten we, voor welke vrouwen, welke levens, en wat noemen we vrijheid? Er is liberaal feminisme, er is staatsfeminisme, er is racistisch feminisme, fascistisch feminisme. Dat is zeker niet het feminisme waar we voor strijden als collectief, en dat opent de vraag: voor welk feminisme strijden we dan wel? En daarnaast: hoe leggen we de connectie met Afghanistan, Syrië, Irak, Palestina, maar ook met andere landen over de hele wereld?”

Roxanne ging gesprek met mede-activist Fariba Amirkhizi, de Afghaans-Belgische feminist en journalist Lailuma Sadid en Arife Soysuren van de East Kurdisan Free Woman Society (KJAR) en het publiek. Ook andere Belgisch-Iraanse protestorganisaties zoals Belgium for Zhina, M-A Collectif, Woman Life Freedom Gent en Committee for the Defence of Peoples’ Struggles in Iran waren vertegenwoordigd. Via een livestream werd de avond gevolgd door activisten in Iran. 

Wie zijn bondgenoten in de strijd, en wie niet?

Fariba Amirkhizi geeft aan dat de strijd verder gaat dan enkel die tegen de onderdrukking van vrouwen. “Er is een breder onrecht, en dat is het patriarchale, kapitalistische systeem, dat in de Iraanse context gepaard gaat met een theocratisch regime”, legt ze uit. “Als je vrouwenonderdrukking fundamenteel wilt bestrijden, moet je tegen al die zaken strijden. Onze bondgenoten zijn vrouwen, maar ook alle andere onderdrukte groepen, arbeidersbewegingen, leerkrachten, professoren… iedereen die strijdt tegen de onderdrukking van minderheden in Iran, onder meer Koerden, Baluchi en Turkmenen.”

“De rechtervleugel die onze beweging wil gebruiken als propaganda voor haar islamofobe agenda is geen bondgenoot in onze strijd“

“We vechten om onze lichamen terug te krijgen,” geeft Amirkhizi aan. Want het zijn onze lichamen die het slagveld zijn van de strijd tegen uitbuiting door het patriarchale kapitalistische systeem. Of dat nu de uitbuiting van arbeiders is, of de verplichting om een hoofddoek te dragen. We willen de zeggenschap terug over onze lichamen op alle vlakken: de controle over onze seksualiteit, over ons leven, over of we wel of geen kinderen krijgen… Dat betekent ook dat er een sterke link is tussen ons en strijdbewegingen van vrouwen wereldwijd.”

Gedurende de avond liet performance-kunstenaar Kimia Nasirian de woorden ‘vrouw, leven, vrijheid’ in het Perzisch en Frans op haar arm tatoeëren. De actie werd live gestreamd op een groot scherm, als symbool voor het dagelijkse lijden van vrouwen.

Gedurende de avond liet performance-kunstenaar Kimia Nasirian de woorden ‘vrouw, leven, vrijheid’ in het Perzisch en Frans op haar arm tatoeëren. De actie werd live gestreamd op een groot scherm, als symbool voor het dagelijkse lijden van vrouwen.


Het is dus belangrijk om een gemeenschappelijke strijd te voeren tegen intersectionele onderdrukking, met een brede coalitie. Maar, waarschuwt Amirkhizi: “Niet iedereen is onze bondgenoot. De rechtervleugel die onze beweging wil gebruiken als propaganda voor haar islamofobe agenda is geen bondgenoot in onze strijd. Hetzelfde geldt voor nationalistische partijen, die onze strijd willen kapen. Ook de ‘linkse’ groeperingen die in het Iraanse regime een medestander tegen Amerikaans imperialisme zien, zijn niet onze bondgenoten.”

"Voor ons is het recht op vrije kledingkeuze een eerste stap. Maar we strijden niet voor hervormingen van hetzelfde onderdrukkingssysteem. Het doel is volledige emancipatie van vrouwen"

“Natuurlijk strijden we ook voor vrije kledingkeuze. Op dit moment hebben vrouwen in Iran niet het recht om zelf hun kleding te kiezen, om zelf te kiezen of ze willen trouwen of scheiden, om te beslissen of ze kinderen willen krijgen, of ze willen studeren of werken… dat zijn basisrechten en daar strijden we voor. Maar dat is voor ons maar een eerste stap. We strijden niet voor hervormingen van hetzelfde onderdrukkingssysteem. Het doel is volledige emancipatie van vrouwen.”

Solidariteit tussen de Koerdische, Iraanse, Afghaanse en Syrische strijd

Ook Lailuma Sadid ziet een verbinding tussen de Iraanse protestbeweging en feministische strijd in andere landen. In Afghanistan, waar de activist en journalist voor Brussels Morning Newspaper vandaan komt, kwam na het terugtrekken van de NAVO-troepen de Taliban na meer dan 20 jaar weer aan de macht. “Soms denk ik over de Taliban als een soort verdere evolutie van de Iraanse mollahs [de islamitische geestelijken die in Iran de macht hebben, red.] Maar zodra ik dat zeg krijg ik er al spijt van omdat ik ook de immense wreedheden van het regime in Iran zie.”

“Ik ben opgegroeid met de oorlog”, gaat Sadid verder. “Ik kan me niet eens meer herinneren hoeveel verschillende regimes we hebben gehad. En geen enkele ervan stond aan de kant van de bevolking. Een belangrijk verschil tussen de komst van de Taliban in Afghanistan 23 jaar geleden, en wat er nu gebeurt, is dat er destijds nog niet zoveel camera’s waren om de onderdrukking van het regime te documenteren, en geen internet om de beelden te verspreiden. Ik ben blij om nu te zien hoe de vrouwenbewegingen in het land, hoe klein ze ook zijn, strijden voor basisrechten voor vrouwen: onderwijs, werk en vrijheid. En wanneer ik de Iraanse strijd voor ‘vrouw, leven, vrijheid’ zie en de solidariteit in andere landen, geeft dat me hoop. Of het nu gaat om Afghanistan, Syrië of Iran, we moeten samen strijden en onze onderlinge solidariteit laten zien.”

Dichter Maryam Kamyab droeg aan het begin van de avond een gedicht voor, opgedragen aan vier Iraanse vrouwen die in zich verzetten tegen het regime: Neda Aghasoltan, Vida Movahed, Sepideh Rashno, en Zhina Amini. (Video: Stef Arends)

Arife Soysuren van de East Kurdistan Free Woman Society (KJAR) bekijkt de protesten in Iran vanuit het perspectief van de Koerdische verzetsbeweging. “Het is belangrijk om te onthouden dat de strijd voor vrouw, leven, vrijheid begon in Koerdistan [De protestslogan ‘Jin, Jiyan, Azadi’ wordt al tientallen jaren gebruikt in de Koerdische strijd voor zelfbeschikking, red.] We willen samenwerken en de krachten bundelen”, aldus Soysuren. 

Ze ziet een verschil tussen eerdere revoluties zoals de Iraanse revolutie van 1979 en de Russische revolutie in 1917, en de huidige opstand in Iran. “Tijdens eerdere revoluties was het idee steeds ‘eerst de revolutie, daarna vrouwenrechten’, en die rechten kwamen vervolgens nooit. Wij zeggen: ‘als we een revolutie willen, moeten we starten met vrouwenrechten.’ Wij geloven dat vrouwen over de hele wereld niet vrij zijn. In het Midden-Oosten worden vrouwen thuis vastgehouden, in naam van religie. In westerse landen worden vrouwen geobjectiveerd in naam van het kapitalisme. Aan beide kanten zien we dat er geen respect is voor vrouwen.”

Het regime prent ons in dat we bang moeten zijn wat er gebeurt zonder hen

“Ik ben bang voor het scenario waarbij de provincie Koerdistan zou worden afgesplitst van Iran”, zegt iemand uit het publiek tijdens een vragenronde. Fariba Amirkhizi begrijpt die angst wel: “In Iran leven we in een patriarchaal, kapitalistisch, theocratisch systeem, dat ons continu bang maakt voor wat er allemaal kan gebeuren als zij ons niet meer regeren. Zo zeggen ze bijvoorbeeld ‘als we de vrouwen in Iran zelf hun kleding laten kiezen, gaan ze binnenkort allemaal naakt of in bikini de straat op’. Maar waarom zou je bang moeten zijn om mensen zelfbeschikkingsrecht te geven? Als Iran een land is dat minderheidsgroepen niet onderdrukt, waarom zou de Koerdische minderheid er dan per se wegwillen? We moeten niet bang zijn om mensen zelf te laten kiezen!”

"We hebben geleerd van de fouten uit het verleden, van de revolutie in 1979 waarbij ons een leider werd opgedrongen van bovenaf. Dat laten we niet nog eens gebeuren; een leider als Khomeini zullen we nooit accepteren"

Over de vraag of er een leider nodig is om de revolutie tot een goed einde te brengen, twijfelen de activisten. “Af en toe vraag ik me dat ook af,” zegt Lailuma Sadid. “Er zijn demonstraties verspreid over het hele land, en hoewel er wel organisaties zijn die ze op touw zetten, is er geen leider. De vorige keer is de revolutie in Iran geëvolueerd tot een regime zonder respect voor de bevolking. In Egypte, tijdens de Arabische lente, was er ook geen leider en daar heeft toen een islamistische groepering de macht gegrepen. De economische situatie in Iran is ook heel moeilijk, dus ik vind het lastig om me een toekomst voor te stellen zonder goede leider.” Arife Soysuren is van mening dat het grootste gevaar voor het bereiken van zelfbeschikkingsrecht voor iedereen ligt in het idee van natiestaten. “In een natiestaat worden minderheidsgroepen per definitie onderdrukt. Daar accepteert men enkel één volk, één taal en één vlag.” 

Fariba Amirkhizi denkt dat leiderschap in de revolutie wel degelijk nodig is, maar niet van bovenaf opgelegd: “Ik denk dat we niet bang moeten zijn voor het idee van leiding. Maar dat moet wel leiderschap van onderuit zijn. We hebben geleerd van de fouten uit het verleden, van de revolutie in 1979 waarbij ons een leider werd opgedrongen van bovenaf. Dat laten we niet nog eens gebeuren; een leider als Khomeini zullen we nooit accepteren.” 

Bijdragen aan de strijd vanop afstand

Waar iedereen het over eens is, is dat het essentieel is dat de emancipatie van vrouwen door henzelf wordt gevoerd. “Wij vragen aan geen enkel land om ons te komen ‘bevrijden’”, zegt Amirkhizi. “We hebben gezien hoe dat in andere landen is gegaan, zoals Irak. We vragen dus niet om buitenlandse interventie, we willen geen sancties. Vrouwen moeten zichzelf bevrijden. Daarvoor hebben we tools nodig, en die tools zijn vrouwenbewegingen.”

“Als je ons wilt steunen, moet je zelf werken aan een revolutie. Strijd ook tegen kapitalistische onderdrukking in België"

“Wat kunnen mensen doen die vanop afstand willen bijdragen aan de strijd van de Iraanse demonstranten?”, vraagt een van de aanwezigen. Het antwoord ligt volgens de activisten in de verbinding tussen de verschillende vormen van onderdrukking in het wereldwijde systeem van patriarchaal kapitalisme. “Iedereen die dat systeem wil veranderen kan daar iets aan doen op de plek waar ze zijn”, zegt Soysuren. “Als je ons wilt steunen, moet je zelf werken aan een revolutie”, voegt Amirkhizi toe. “Strijd tegen kapitalistische onderdrukking in België. Neem deel aan de demonstratie tegen geweld tegen vrouwen in Brussel op 27 november.”

Die boodschap komt overeen met die van andere feministische en antiracistische organisaties, zoals Baas Over Eigen Hoofd (BOEH!), dat strijdt voor vrije kledingkeuze van vrouwen in België, waar het patriarchale systeem de hoofddoek juist verbiedt. “De strijd van vrouwen in Iran is intersectioneel, gelaagd en behoeft een ethische internationale solidariteit, die opstaat voor alle vrouwen, leven en vrijheid”, schreven zij onlangs in een opiniestuk.

Verenigd tegen onderdrukking van LGBTQIA+ personen

In de flyers, socialemediaposts en andere communicatie van het Zan Zendegi Azadi-collectief wordt ook de verbinding gelegd met de onderdrukking van LGBTQIA+ personen in Iran. “Hoe kan de beweging daadwerkelijk zorgen voor inclusie van deze groep die verder gaat dan enkel het benoemen van hun onderdrukking?”, vraagt een activist uit het publiek zich af. 

Niet alleen vrouwen zijn immers het slachtoffer van LGBTQIA+-onderdrukking; ook non-binaire en genderqueer personen en trans mannen worden onderdrukt. Volgens Fariba Amirkhizi is er desalniettemin sprake van een inclusieve beweging. “De strijd tegen LGBTQIA+-onderdrukking is een belangrijk deel van deze beweging. Wanneer we het over onderdrukking van onze lichamen hebben, moeten we het ook daarover hebben. Tijdens demonstraties kaarten we steeds de onderdrukking van deze groep aan. We proberen onze bijeenkomsten ook veilig te maken voor LGBTQIA+ personen, zodat zij hun eigen stem kunnen laten horen.” Over hoe feministische bewegingen in hun communicatie meer aandacht kunnen hebben voor trans- non-binair- en genderqueerinclusief taalgebruik, publiceerde activist en onderzoeker Lee Eisold deze week nog een kritisch artikel.

Tussen de discussies door werd onder meer muziek gedraaid van de Iraanse rapper Toomaj Salehi. Salehi werd deze maand gearresteerd door het regime vanwege ‘propaganda tegen de overheid'. “Iemands misdaad was dat haar haar wapperde in de wind. Iemands misdaad was dat hij of zij dapper was en uitgesproken”, klinkt het onder meer in zijn kritische teksten. De avond werd afgesloten met een gezamenlijk zangmoment, waarbij onder andere een Perzische versie van het bekende Italiaanse protestlied ‘Bella Ciao’ werd gezongen. 

Het Zan Zendegi Azadi-collectief wist in de Pianofabriek de verbinding te leggen tussen verschillende strijden tegen onderdrukking wereldwijd. Het collectief slaagde erin om een omgeving te creëren van relatieve rust om op een veiligere manier te reflecteren op het protest. Dat is van een niet te onderschatten waarde voor een duurzame tegenbeweging. Want, zo gaf ook Baas Over Eigen Hoofd in hun steunbetuiging aan de Iraanse protestbeweging aan, Audre Lorde parafraserend: “Er is geen rechtvaardigheid tot deze rechtvaardigheid ons allemaal te beurt valt.”

Foto's door Stef Arends en Mahsa.



Over de auteur:

Stef Arends is eindredacteur bij Kif Kif. Eerder werkte hij drie jaar als journalist bij de vaste redactie van de onderzoekswebsite Apache.be. Hij wil met zijn journalistieke werk opkomen voor mensenrechten en een gelijke samenleving. Stef is te bereiken via [email protected] en +31646950236.